Oneindig Noord-HollandBeleef de geschiedenis van jouw provincie
NL | EN

Tweede Wereldoorlog

De sporen van de Tweede Wereldoorlog zijn overal terug te vinden in Noord-Holland. De verdedigingswerken van de Atlantikwall, de historische panden die door de Duitsers gevorderd werden, de beelden en monumenten die de slachtoffers herdenken en de archeologische vondsten die herinneren aan deze donkere periode. Maar de Tweede Wereldoorlog heeft niet alleen fysiek haar sporen nagelaten. De gebeurtenissen van de oorlog staan bij de ooggetuigen in het geheugen gegrift. Die verborgen verhalen bewaart Oneindig Noord-Holland, opdat ze nooit verloren gaan.

Verhalen

Engelse vliegers in het Landsmeerderveld

Toen de brandstof op was sprongen de zes bemanningsleden uit hun Engelse tweemotorige Vickers Wellington bommenwerper van het 99e squadron. Ze vlogen boven de Noordzee en dachten vlakbij Engeland te zijn. Geen van de mannen overleefde het. Het vliegtuig stortte zonder bemanning neer in het Landsmeerderveld, maar toch leven de vliegers voort in Landsmeer.

>

Herinneringen aan de oorlog

Hij was bijna tien jaar oud toen de Tweede Wereldoorlog begon. Nicolaas Niele is geboren op 25 augustus 1930 in het dorp De Weere. Dit is zijn verhaal. 'De familie Niele is een familie van zwijgers. Daarom zie ik het als mijn taak om te vertellen over wat mijn ouders in de oorlog hebben gedaan voor joden en onderduikers. Onze familie heeft namelijk nog een andere eigenschap, we kunnen niet tegen onrecht.'

>

Herinneringen aan de Binnenlandse Strijdkrachten

In de herfst van 1944 voegde de regering vanuit Londen verschillende verzetsorganisaties samen tot één militaire organisatie: de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten. De NBS (of BS) stond onder bevel van prins Bernhard. Op 12 september, de eerste dag van de bevrijding van Zuid-Nederland, besloot Klaas Groeneveld om een plaatselijke BS-groep op te richten in het dorp Opperdoes. Dick Huis was er lid en vertelt over zijn belevenissen.

>

De tien van Zijpersluis

Tijdens de Tweede Wereldoorlog is in Amsterdam de knokploeg Linie-West actief. Het is een verzetsgroep met zo'n vijfhonderd leden en 1500 onderduikers. Vader Dirk en zoon Antonie (Ton) Bons zijn twee van die leden. Op de Händelstraat 1 komen ze eens in de zoveel tijd met onder anderen David Blom, Johannes van Kan, Jacobus Heeren en Dirk Botterwerg bijeen. Een veilige plek is het echter niet, de huisbaas blijkt een actief NSB'er.

>

‘Als je de mensen zag smullen, brak je hart’

Drommen magere mensen, strompelend door de polders, op zoek naar iets te eten. In de winter van 1944-1945 wordt het bijna een gangbaar beeld. Een hongersnood is in Nederland al lang niet meer voorgekomen, maar nu is het de dagelijkse realiteit voor vrijwel alle stedelingen.

>

‘Geen knoop van mijn gulp voor de Winterhulp!’

De meeste winters van de Tweede Wereldoorlog waren streng. De winter van 1941-1942 was zelfs de koudste sinds 1789 en te vergelijken met die van 1963. Veel mensen leefden in armoede en daar maakte de Duitse bezetter gebruik van. De Duitsers richtten op 22 oktober 1940 de Winterhulp Nederland op, een kopie van de Winterhilfswerk des Deutschen Wolkes. Ze wilden laten zien dat ze de zwakkere Nederlanders steunden, om zo een wit voetje te halen bij de bevolking.

>

Alles Rembrandt in de Tweede Wereldoorlog

Nederlanders moeten zich een vanzelfsprekend deel voelen van het groot-Germaanse rijk. Om dat te bereiken draaien de Duitse propagandamachines op volle toeren. De Duitsers zoeken naar een nieuw nationaal symbool, iemand die de typisch Germaanse 'volkse kracht' belichaamt.

>

Kamp Schoorl: de tragische geschiedenis van de Schoorlse Duinen

Een middagje wandelen door de Schoorlse Duinen is natuurlijk nooit weg. Lekker een luchtje scheppen in de zon, omringd door een uitgestrekt natuurgebied. Verschillende wandel- en fietsroutes beginnen bij het bezoekerscentrum. Wat weinig mensen weten is dat dit centrum op een stuk grond staat dat een tragische geschiedenis kent.

>

Het verhuizende monument van Den Helder

We herdenken de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog nog ieder jaar. Vaak doen we dat bij monumenten die kort na de oorlog zijn opgericht, maar in Den Helder hebben ze recent nog een nieuw monument geplaatst. Het monument Rijkswerf 1940-1945 herdenkt de werknemers van de voormalige Rijkswerf Willemsoord die in de oorlog om het leven kwamen.

>

De uitbarsting van naoorlogse volkswoede

Het mag dan vrede zijn in mei 1945, vredig is de situatie zeker niet. Nederland verkeert in totale chaos. Een uitbarsting van volkswoede richt zich op iedereen die maar van collaboratie wordt verdacht. Alle verdachten moeten worden opgepakt, met gezin en al. Als eind juni 1945 het eerste naoorlogse kabinet aantreedt, zijn al meer dan 100.000 mensen geïnterneerd. Ze worden hard aangepakt en de situatie in de 'kampen' waarin ze terecht komen is tergend. Een historicus schrijft later: 'Het lijkt erop alsof de bewakers de methodes van de voormalige bezetters willen evenaren.'

>

De massale klopjacht op oorlogscrimineel Pieter Menten

Het is nog vroeg als een kolonne politiewagens op 15 november 1976 de Vliegweg in Blaricum opdraait. De stoet stopt bij nummer 7. Veel agenten zijn uitgerukt om ondernemer, kunstverzamelaar en multimiljonair Pieter Menten te arresteren.

>

Het einde in zicht: de laatste oorlogsdagen in Loosdrecht

In april 1945 komt het eind van de oorlog steeds dichterbij, maar dat betekent niet dat alle spanning uit de lucht is en de wapens direct worden neergelegd. Jacob Streefkerk uit Loosdrecht beschrijft de oorlogstijd gedetailleerd in zijn dagboek. Lopen kan de invalide Jacob niet, maar luisteren des te beter. Hij verzamelt veel gegevens over wat er in de Tweede Wereldoorlog gebeurt en tekent alles wat hem ter ore komt nauwgezet op.

>

Hoe Artis de Tweede Wereldoorlog doorkwam

Artis is in de Tweede Wereldoorlog een van de weinige plekken in Amsterdam waar mensen nog kunnen ontspannen. De dierentuin blijft de hele oorlog open en ook veel Duitsers komen om er een middagje te spenderen. Ondertussen zitten er tussen 1940 en 1945 twee- tot driehonderd mensen in het dierenpark ondergedoken.

>

Velsen: het vertrek van het prinselijk gezin

Het is midden in de nacht van 11 op 12 mei 1940 als majoor Roest van Limburg, controleur-generaal van De Nederlandsche Bank wakker wordt gebeld. Generaal Best van de Vesting Holland vraagt hem of De Nederlandsche Bank een gepantserde geldauto heeft die ook geschikt is voor het vervoer van enige volwassenen en twee kinderen. Op dat moment weet hij nog niet zeker welke kostbare lading er vervoerd moet worden, maar de majoor heeft wel het donkerbruine vermoeden dat het om Prins Bernhard, Prinses Juliana en hun dochtertjes Beatrix en Irene zal gaan.

>

Zo waren de uitbundige bevrijdingsfeesten in Oostzaan

'The Germans in North-West Germany, Holland, Denmark, and the Frisian Islands accepted unconditional surrender, to go into effect at 0800 hours 5 May 1945.' Iedereen die op 4 mei 1945 stiekem naar de BBC luistert hoort woorden van deze strekking. Het is zo ver: de Duitsers hebben gecapituleerd en vanaf de volgende ochtend acht uur is Nederland weer vrij. Na het bericht gaan veel mensen juichend de straat op. Zo ook Andries Claasen en Jan Hottentot uit Oostzaan. Ze vertellen het nieuws aan iedereen die het wil horen. De voorbereidingen voor een groots bevrijdingsfeest kunnen beginnen.

>

De Wehrmacht en het verzet hadden één ding gemeen: Hilversum

Het is april 1942. De kans op een invasie is niet gering. Generaal Friedrich Chistiansen besluit daarom zijn Wehrmacht van Den Haag naar Hilversum te verhuizen. Daar vestigen ze zich in het raadhuis, dat in de jaren twintig is ontworpen door de beroemde architect Willem Dudok. Hilversum wordt voor zowel de Duitsers als voor het verzet een belangrijk communicatieknooppunt, van waaruit ze hun contacten met de wijde omgeving kunnen onderhouden.

>

Meester Bouhuys, de Weesperse Joden en de haatcampagne van ‘De Misthoorn’

'Het afscheid van de Weesper Joden, van wie hij sommigen goed en al heel lang kende, greep mijn vader erg aan. Hij stond te huilen op het perron. We hebben de ons bekende families een hand gegeven en gewacht totdat de trein vertrokken was. Dat was de laatste keer dat we ze hebben gezien.' Op 29 april 1942 verhuisden de Weesperse Joden naar Amsterdam. Vrijwillig was dat niet, de verplaatsing was in opdracht van de Duitse bezetters. De Joden hadden zelf woonruimte moeten vinden en hun spullen moesten ze achterlaten in Weesp, huisraad en al. De enige spullen die ze mee mochten nemen waren enkele stukken handbagage. Het gebeurde allemaal geruisloos. De enige twee niet-Joden op het perron waren Arend Bouhuys en zijn zoon Daan.

>

Vergelding aan de Harddraverslaan

Een paar auto´s draaien op 17 november 1944 met hoge snelheid de Alkmaarse Harddraverslaan op. Ze stoppen bij een zijlaantje. In het donker en de kletterende regen springen Duitse politiemannen met machinegeweren uit de auto´s. Ze duwen vijf mannen naar buiten. Een is een grote, knappe man, een ander draagt een bruin jasje en een draagt een platte portierspet. Kort daarna klinken er schoten. Als de kruitdamp optrekt wordt er nog een keer geschoten. De meeste Duitsers vertrekken, drie van hen blijven achter om de plek des onheils te bewaken. Tegen middernacht haalt een platte wagen de vijf lichamen op. Het enige bewijs dat overblijft van de fusillade is de platte portierspet.

>