Tien willekeurige mannen worden gefusilleerd na een mislukte aanslag
De overval
In het huis bewonen Joke Bons en haar dochter Piny de begane grond en de tweede etage. Op de eerste verdieping woont de oplettende huisbaas, precies ertussenin. Voor hun eigen veiligheid weten Joke en Piny niets over de verzetsacties van Linie-West. Als de mannen in hun huis komen vergaderen gaan ze naar boven en bundelen ze bonkaarten voor onderduikers.
Ook op 27 maart 1945 zitten Joke en Piny boven. Ineens horen ze een enorm kabaal: ‘We begrepen dat het goed fout zat en zijn toen razendsnel alle bonnen gaan opeten. Pakje na pakje hebben we doorgeslikt’. Na een tip van de huisbaas is de Sicherheitsdienst het huis binnengevallen. Ze arresteren iedereen. Joke en Piny komen diezelfde avond nog vrij, maar de mannen moeten hun lot afwachten in de dodencel van de gevangenis aan de Weteringschans.
Een aanslag en represailles
Op 10 april plaatsen vier mannen enkele landmijnen onder een brug bij Zijpersluis. Het is de bedoeling om een Duitse kolonne en de brug op te blazen, maar de aanslag mislukt. Alleen de tweede auto komt half in het kanaal terecht, voor de rest heeft de actie weinig effect. Ondanks dat niemand echt gewond is, besluiten de Duitsers toch een strenge represaille uit te voeren.
De Sicherheitsdienst selecteert tien willekeurige mannen om bij de plaats van de aanslag te fusilleren. Dirk en Ton zijn twee van hen, samen met hun vier vrienden en Robbert Cijfer, een andere verzetsstrijder. Op de vroege ochtend van 11 april worden ze uit hun cel gehaald in Amsterdam en aan elkaar vastgebonden op een open vrachtwagen gezet. Onderweg naar Zijpersluis halen ze bij de gevangenis in Alkmaar nog drie verzetslieden op: Bernardus Hollander, Arie Prins en Gerrit Hoogstraten.
In Zijpersluis dwingt de Sicherheitsdienst voorbijgangers om toe te kijken hoe ze de mannen van de wagen schoppen en fusilleren. Het laat een groot litteken achter in de buurt: ‘In de doodse stilte die volgde op het salvo was nog het zachte gekerm te horen van enkele mannen. Een nekschot maakte een definitief einde aan hun leven.’ De lichamen worden in een massagraf in de duinen van Overveen begraven.
Voordat de lichamen na de oorlog worden herbegraven op de Eerebegraafplaats Bloemendaal, moeten bekenden ze eerst identificeren. Tons verloofde Joke herkent hem direct: ‘Ik zag meteen dat het zijn kleren waren. Hij had de spencer aan die ik zelf voor hem gebreid had.’
Bronnen
Monique Bons, ‘En wij gedenken hen. De tien van Zijpersluis’, Zijper Historie Bladen (2001).
‘Vergeten Verzet van Dirk Bons en zijn zoons’, Dirk Bons.
Publicatiedatum: 28/03/2017
Vul deze informatie aan of geef een reactie.
1 reactieMijn moeder was één van degenen die moesten toekijken. Ze heeft het nog vaak gehad over de doodsangst in de ogen van één van de mannen toen die haar aankeek. Dat beeld is haar haar hele leven blijven achtervolgen.
Ze was dan ook een moffenhaatster in hart en nieren.