Oneindig Noord-HollandBeleef de geschiedenis van jouw provincie
NL | EN

Archeologie

De bodem van Noord-Holland geeft regelmatig schatten prijs: een 800 jaar oude sarcofaag, een zwaard uit de 1e eeuw, de resten van een oud kasteel, maar ook kleinere zaken als potten, pannen, munten. De provincie heeft de taak deze archeologische vondsten goed te bewaren en te beheren, en wil de inwoners van Noord-Holland graag betrekken bij de historie. Alle vondsten worden opgeslagen en tentoongesteld in archeologiecentrum Huis van Hilde te Castricum.

Verhalen

De Braakpolder en het Maantjesland

De Braakpolder herbergt één van de twaalf meest hoogwaardige archeologische vindplaatsen van Noord-Holland. Om die reden is het gebied zelfs als provinciaal archeologisch monument aangewezen, onder de naam Maantjesland.

>

Cees de Steentijdman

De Provincie Noord-Holland presenteerde op vrijdag 8 november 2013 de reconstructie van de 4500 jaar oude 'Cees'. Gemaakt op basis van het in 1990 gevonden skelet op de Mienakker nabij Hoogwoud, is de levensechte mensfiguur een representant van de oer-Noord-Hollander. Vanaf januari 2015 is hij in zijn steentijduitrusting te bewonderen in Huis van Hilde, Archeologiemuseum van de provincie Noord-Holland.

>

Archeologisch onderzoek naar Slot Purmersteijn

Willem Eggert, heer van Purmerend, Purmerland en Ilpendam, bouwde tussen 1410 en 1413 Slot Purmersteijn ter plaatse van het huidige Slotplein in Purmerend. Het werd als een vierkant opgetrokken met vier achthoekige torens op de hoeken. De relatief dunne muren van het slot, slechts één meter dik, waren niet bestand tegen kanonschoten.

>

Plattelandsklooster van aardbodem verdwenen

In een weiland langs het Oudelandsdijkje tussen Monnickendam en Ilpendam kwamen in 1959 tijdens een zeer droge zomer koppen tevoorschijn van een groot aantal palen. Het vermoeden rees, dat het hier ging om resten van het verdwenen klooster Galilea Minor, waarvan het bestaan wel bekend was, maar niet de exacte vestigingsplaats.

>

Het verdwenen Sint Ursulaklooster op de Koemarkt in Purmerend

Bij de herinrichting van de Koemarkt in 2009 werden muurresten gevonden waarvan men aannam dat het ging om het Sint Ursulaklooster, een nonnenklooster dat in 1392 was gesticht. Op de eerste kaart van Purmerend van Jacob van Deventer (circa 1560) staat het klooster nog vermeld.

>

Geuzen op de Paardenmarkt

Toen een groep Leidse studenten eind 2010 opgravingen deed op de Paardenmarkt in het centrum van Alkmaar, voorafgaand aan de aanleg van een nieuwe parkeergarage, kwamen zij voor een grote verrassing te staan: plots ontdekten zij een massagraf uit de Tachtigjarige Oorlog. Wie lagen hier? Wat was er met deze mensen gebeurd en waarom waren zij hier begraven?

>

Een skeletvondst op de Geste in Den Oever

In 1937 werd begonnen met de bouw van vier betonnen genieloodsen aan de Gesterweg in Den Oever op Wieringen. Deze loodsen waren bedoeld voor de opslag van munitie en andere noodzakelijke materialen voor de Stelling van Den Oever. Deze stelling bestond uit betonnen bunkers op de sluiseilanden bij Den Oever. De stelling beschermde de sluizen en verhinderde de doorgang naar de Kop van Noord-Holland. Bij de voorbereidende werkzaamheden werden skeletten en een zwaard gevonden.

>

De sarcofagen van Oosterend, Hippolytushoef en Etersheim

In Noord-Holland zijn drie mysterieuze sarcofagen opgedoken tijdens opgravingen bij Oosterend, Hippolytushoef en Etersheim. Hoewel de oorsprong van de afzonderlijke sarcofagen in nevelen gehuld is, vertellen ze gezamenlijk een verhaal over eeuwenoude tradities rondom dood en begraven.

>

Adelbertusweg in Egmond-Binnen

Wie over de Sint Adelbertusweg loopt ziet een gewone straat met huizen uit de jaren 1970 die dicht op elkaar staan. Maar met de Sint Adelbertusweg is meer aan de hand. Wie beter kijkt ziet voetsporen op een aantal plekken in de verder onopvallende bestrating. De afdruk van kindervoetjes, gezet in de ongebakken klei van de tegels. Deze stoeptegels vertellen het verhaal van de levensader tussen de Adelbertusakker aan de westkant van het dorp en de Egmondse Abdij aan de oostkant. Twee centra die het kloppend hart waren voor de regio in de middeleeuwen. Sinds 922 is het dan ook een processieweg waar veel voeten overheen gingen.

>

De Willibrordput bij het Witte Kerkje van Heiloo

De naam Heiloo (Heilegenlo, Heiligelo) wijst op de aanwezigheid van een heilig woud, wat reden geweest kan zijn om hier al vroeg een kerk te stichten. Volgens een overlevering wordt de kerk in verband gebracht met de komst van de Angelsaksische missionaris Willibrord, die een bron liet ontspringen toen er gebrek aan drinkwater was. Er is echter geen enkele reden om aan te nemen dat dit wonder zich afspeelde in Heiloo en ook niet dat het verband hield met een kerkstichting daar. Pas in de 14e eeuw werd dit wonder verbonden aan Heiloo. Het is zelfs niet uitgesloten dat toen de Runxputte in Oesdom (het huidige Kapel, tussen Heiloo en Limmen) bedoeld werd. Het Willibrordspatrocinium in Heiloo werd in ieder geval pas vrij laat vermeld, namelijk in 1455.

>

Palencirkel bij het Maalwater in Heiloo

Soms kom je als archeoloog fenomenen tegen waar je je geen raad mee weet. Naarstig op zoek naar vergelijkbare vindplaatsen probeer je het mysterie te ontrafelen. Dit overkwam de archeologen van het Amsterdams Archeologisch Centrum in Heiloo in 2005. De restanten van een cirkel van twintig palen tekenden zich af in het gele zand. Zou het een rituele cirkel zijn zoals het Engelse Stonehenge en hebben we hier dus te maken met een soort Woodhenge?

>

Bronstijdschatten uit Enkhuizen

Vóór de bouw van de nieuwbouwwijk Kadijken in Enkhuizen zijn verschillende archeologische onderzoeken gedaan. Hierbij is een gebied in kaart gebracht met allerlei sporen en vondsten uit de midden- tot late bronstijd, ongeveer de periode 1600-800 v.Chr. In deze periode is het huidige West-Friesland dicht bewoond geweest.

>

De ruïne van het Kasteel van Egmond

Het kasteel is in de 13e eeuw gesticht door de heer van Egmond, voogd van de Abdij. Het kasteel groeide uit tot één van de grootste van Holland. De bekendste eigenaar was graaf Lamoraal van Egmont, die in 1568 op de Grote Markt in Brussel werd onthoofd. Het kasteel werd in 1573 door de geuzen verwoest om te voorkomen dat het in handen van de Spanjaarden zou vallen. Dezen waren in aantocht om Alkmaar te belegeren. De ruïne bleef tot 1798 bestaan. Toen werden de resterende delen verkocht en afgebroken. Een klein stukje van de rentmeestertoren bleef overeind.

>

Eeuwenoude scheepswerf in Monnickendam

De locatie van Scheepswerf Hakvoort in Monnickendam is al eeuwen als scheepswerf in gebruik. Dat is wel gebleken na de laatste archeologische opgravingen. De scheepshelling is onderzocht vanwege de vervanging van de helling en een geplande uitbreiding.

>

Oud-Loosdrechtse vondsten

Vanwege de geplande bouw van appartementen met parkeergarage aan de Loosdrechtse Plassen is in 2009 aan de Oud-Loosdrechtsedijk in Oud-Loosdrecht een opgraving uitgevoerd. De vindplaats maakt deel uit van de historische kern van Oud-Loosdrecht. Door historisch onderzoek en proefsleuven, archeologische 'kijkgaten', wist men dat het terrein archeologisch waardevol was. Er waren al sporen van onder andere greppels en kuilen en ophogingslagen uit de 14e tot en met de 20e eeuw gevonden. Tijdens de opgraving zijn uit dezelfde periode sporen en vondsten aangetroffen.

>

Rivier vol historie

In 2011 is een deel van de Vecht gesaneerd. Hier hebben archeologen bij geholpen. De Vecht is al eeuwenlang een belangrijke route voor handel en verkeer. De rivier was deel van de voornaamste binnenlandse vaarroute vanuit de Rijn richting het noorden. Vanaf de Romeinse tijd tot en met vandaag hebben mensen er hun sporen nagelaten. Sporen die te maken hebben met scheepvaart, dorpjes, afval, bruggen, sluizen, beschoeiingen, visserij, werkplaatsen en nog veel meer. Eigenlijk is een deel van een rivier opgegraven, wat heel bijzonder is.

>

Decoratie uit de ijzertijd

Een belangrijk deel van archeologie komt pas na het opgraven: het uitwerken van de opgravingen. Door vondsten van verschillende opgravingen met elkaar te vergelijken kun je patronen ontdekken. Aan de hand daarvan worden typologieën opgesteld. Zo kun je bijvoorbeeld ontdekken hoe aardewerk verandert door de tijd heen. Er is onderzoek gedaan naar het aardewerk uit de ijzertijd uit Noord-Holland. Hierdoor kan nu worden bepaald of het aardewerk uit de vroege, midden- of late ijzertijd stamt. Dit is zeer belangrijk, want daarmee kun je bijvoorbeeld ook bepalen wanneer er precies mensen in een gebied woonden.

>

Koninklijke archeologie

Zeker rond de koninklijke feestdagen kom je ze tegen: serviesgoed met afbeeldingen van prinses Beatrix, koningin Máxima en onze koning Willem-Alexander. Dit lijkt van deze tijd, maar de traditie is al enkele eeuwen geleden begonnen. Nederland is één van de weinige naties, die sinds het eind van de 16de eeuw aardewerk produceert met betrekking tot het vorstenhuis. Het wapen van Willem de Zwijger (1533-1584) is de vroegste afbeelding die we kennen en uit het begin van de 17de eeuw komt het eerste portret van een Oranje voor op Delfts aardewerk. Op verschillende plaatsen in Noord-Holland zijn objecten gevonden met verwijzingen naar het koningshuis.

>