Hoe was het om bij chocoladefabriek Van Houten te werken? A.H. de Heus vertelt1672: Het Rampjaar in Holland – Kastelen en buitenplaatsen verwoestBijzondere (bij)namen: Gooi en VechtstreekVerknocht aan Molen de VriendschapNoord-Hollandse sauna's moeten véél geduld hebbenWeesp: bier, jenever, cacaoMeester Bouhuys, de Weesperse Joden en de haatcampagne van 'De Misthoorn'Grote of Sint-Laurenskerk in Weesp de kerkvloer voor een groot gedeelte uit grafzerken. De kerk diende eeuwenlang als begraafplaats voor de inwoners">De Weesper zerkenlichterModern en devoot: jonge vrouwen in een middeleeuws kloosterDe verdwenen slagers van Weesp180 jaar verwennerij: Van Houten's Cacao en ChocoladeHet begon in Weesp rond de SlijkstraatDe droomvilla van Casparus met 99 kamersDrukte op het Smal WeespAan de Vecht toont Weesp het rijke verledenStadhuis van het welvarende WeespBastions aan het Utrechts front van WeespDe kerk van de zusters Van HoutenSchuilkerk maakt plaats voor St. LaurentiuskerkKlokken Grote Kerk Weesp klinken als eeuwen geledenIn de synagoge van Weesp staan geen auto’s meerBoren in de Maarten LutherkerkRaadhuis van het verdwenen WeesperkarspelGraaf opent porseleinfabriek in WeespAetsveld: onontsloten schatkamer van oude bewoning langs de VechtRivier vol historieWaterlinies in NederlandVan HoutenkerkHet Chocoladekerkje, een gehoorzaal én kerk in WeespWeesp werd groot door genotJoods trouwen en feesten in WeespStelling van Amsterdam: ZuidoostfrontGemaal van de Nieuwe Keverdijkse polder in WeespHet Gemaal Aetsveldsche Polder in WeespFort UitermeerFort aan de OssenmarktDe Vesting Weesp en de waterlinie
Nadat ze de Grote Kerk aan de Nieuwstraat bij de reformatie aan de protestanten hadden moeten overdragen, zochten rooms-katholieken in Weesp hun toevlucht in een schuilkerk. Alleen in het geheim konden ze in een gebouw aan de Achtergracht hun geloof belijden. Aan de Herengracht werden eind 18e eeuw met toestemming van de autoriteiten enkele pakhuizen van een jeneverstokerij omgebouwd tot een kerk. Van de straat kon je niet zien dat hier een godshuis stond. Daar kwam vanaf 1874 verandering in.
Tot de oudste gebouwen in Weesp behoort de Grote of Laurenskerk. Deze kerk die in het hart van de stad staat, is in 1462 ingewijd. De stad telde toen zo’n 1200 inwoners. Zij bouwden hun nieuwe gotische kerk op de plek waar vroeger een bakstenen kerk had gestaan. En vermoedelijk stond daar verder terug in de tijd een kerkje van tufsteen. In de toren van de Grote Kerk valt nog een deel van de toren van de voorganger te herkennen. En ook al zie je de kerktoren niet, de klokken van de Grote Kerk laten zich in de hele binnenstad horen. Net als eeuwen geleden.
‘Dit was de plaats waar zij de eeuwige en elkaar ontmoetten – tot ze zo maar weg waren.’ Je leest het op een gedenkplaat in de Hanensteeg in Weesp, op de zijmuur van de voormalige synagoge aan de Nieuwstraat. Op 29 april 1942 vertrokken de laatste joden uit het stadje. Gedwongen.
Een charmant kerkje staat aan de Nieuwstad in Weesp. De spitsboogvensters en het klokkentorentje maken het een karakteristiek gebouw. De zaalkerk dateert van 1819 en is van oorsprong een trefpunt van de Evangelisch Lutherse gemeente. Kerkbezoek nam eind vorige eeuw alom af. Enkele protestantse kerkgenootschappen in de stad sloten zich begin deze eeuw aaneen. Het pand uit 1819 was niet meer nodig. De kerk kreeg een prozaïsche ‘doorstart’ als medische praktijkruimte. Met behoud van de status van rijksmonument.
Het is dat het vroegere gemeentehuis nog aan de Vecht in Weesp staat, maar verder is van de gemeente Weesperkarspel vrijwel niets terug te vinden. Weesperkarspel was een uitgestrekte, landelijke gemeente die Weesp omklemde. Weesp was de stad, Weesperkarspel het polderland rondom. Niet alleen het raadhuis van Weesperkarspel stond in de gemeente Weesp, een tijdje was zelfs de burgemeester van Weesp ook burgervader van Weesperkarspel. De Hoogstraat 24 oogt nog altijd als een gewichtig raadhuis uit het begin van de 19e eeuw. Nu woont Midas Dekkers er. De schrijver-bioloog heeft in de vroegere raadszaal zijn werkkamer.
Een fabriek in een nu onopvallend steegje bezorgde Weesp tijdelijk grote roem. Hier werd sierlijk porselein en aardewerk gemaakt. Dat Weesp bekendheid kreeg door zijn porselein is te danken aan oorlogsgeweld tussen Pruisen en Saksen (Duitsland). Vrijwel alle grote landen raakten rond 1756 met elkaar in gevecht, tot in Amerika toe. Door de strijd werkloos geworden porseleinmakers zochten elders hun heil. Bijvoorbeeld in een fabriek die enkele ondernemers hadden gekocht in Weesp, aan de Kromme Elleboogsteeg 2.
Tussen de Vecht en het Gein, een oudere tak van eerstgenoemde rivier, bevindt zich de Aetsveldse Polder. Van origine hoort dit gebied bij het Hollands-Utrechtse veengebied maar ten tijde van een transgressieperiode tussen ca. 1650-1250 v.Chr. ontstonden er kwelplaatsen en uiteindelijk zelfs uitgestrekte veenmeren. Restanten van dergelijke veenmeren zijn soms ook vandaag de dag nog in het landschap zichtbaar. Het Naardermeer is hier een goed voorbeeld van. Andere meren werden door latere afzettingen opgevuld of zijn drooggelegd. Ook ter plaatse van de Aetsveldse Polder is een voormalig veenmeer door sedimenten van de Vecht weer geheel opgevuld.
In 2011 is een deel van de Vecht gesaneerd. Hier hebben archeologen bij geholpen. De Vecht is al eeuwenlang een belangrijke route voor handel en verkeer. De rivier was deel van de voornaamste binnenlandse vaarroute vanuit de Rijn richting het noorden. Vanaf de Romeinse tijd tot en met vandaag hebben mensen er hun sporen nagelaten. Sporen die te maken hebben met scheepvaart, dorpjes, afval, bruggen, sluizen, beschoeiingen, visserij, werkplaatsen en nog veel meer. Eigenlijk is een deel van een rivier opgegraven, wat heel bijzonder is.
De Nieuwe Hollandse Waterlinie (NHW) is het grootste rijksmonument van Nederland en staat op de nominatielijst van UNESCO. De NHW (1815-1940) loopt van het IJsselmeer tot de Biesbosch. De Linie bestaat uit een prachtig snoer van twee kastelen, vijf vestingsteden, 60 forten, een ingenieus systeem van sluizen, dijken, kanalen en 550 bunkers.
Hoewel gebouwd in opdracht van de dames Van Houten – van de Van Houten chocolade, vanwaar de bijnaam ‘Chocoladekerkje’ – als een kerk voor de Nederlandse Protestantenbond, vervulde het gebouw ook een andere functie. Die van centraal punt in het maatschappelijke leven in Weesp. De Van Houten chocoladefabriek was belangrijk voor de stad, een werkgever voor velen werkzaam in die industrie. Dat bracht een gevarieerd cultureel verenigingsleven met zich mee, dat zich deels in de kerk/ gehoorzaal afspeelde. De andere kerken in Weesp hadden die tweede functie niet. “Het is eigenlijk heel bijzonder dat die kerk weer terugkomt in de gemeenschap”, stelt Morel. Het tamelijk rijke culturele leven van de Weespernaren – opvallend voor een stad zo dicht bij Amsterdam vormt de basis voor de te organiseren activiteiten. De Van Houtenkerk moet in Weesp en omgeving weer een centraal punt in de maatschappij worden. Met de (culturele) activiteiten die er al plaatsvonden vóór de restauratie, aangevuld met nieuwe initiatieven. De kerk leent zich goed voor muziek. “Het houten gewelf zorgt ervoor dat de nagalmtijd aanzienlijk korter is dan in veel andere kerken en er is een redelijke spreekakoestiek. Het woord gehoorzaal zegt het eigenlijk al” , zegt Morel. Zo was er in oktober 2012 een concert van het Navarra String Quartet, die er dit jaar in oktober opnieuw zullen optreden. Ook zijn er in samenwerking met de plaatselijk bibliotheek lezingen georganiseerd, waaronder die van Anna Enquist, met Ivo Jansen op de vleugel. De Bechsteinvleugel die er staat is geschonken door mevrouw Katie Somerwil-Ayrton, en is officieel in gebruik genomen tijdens het kamermuziekconcert dat plaatsvond – in de periode dat men nog bezig was met de restauratie van het gewelf – in december 2012. Maar er moet ook kunnen worden gedineerd, gerecipieerd en gecongresseerd. De afdeling Verhuur Bijzondere Locaties van Stadsherstel speelt hierin een belangrijke rol. Op deze manier moet de exploitatie rendabel worden, volgens de rendementsberekening die Stadsherstel voor elk pand – groot of klein – hanteert.
n
Er lijkt niets te zijn veranderd als je binnenkomt in de inmiddels gerestaureerde kerk. Het resultaat is niet zichtbaar. Dat komt omdat de werkzaamheden nu ze af zijn aan het oog zijn onttrokken. Ook de prachtige kroonluchters hangen er nog steeds. Een opvallend verschil is wel dat de (losse) kerkbanken alleen nog aan de zijkanten staan – ook ter oriëntatie – zodat er in de middenruimte een vrije opstelling is ontstaan. De banken zijn gerestaureerd met behulp van een donatie van de Vrienden van de Van Houtenkerk. En dat is fijn, want er wordt nog wekelijks gekerkt. Het is de restauratiearchitect gelukt om zonder concessies te doen aan het oorspronkelijke gebouw een multifunctionele ruimte te creëren die op alle gebied voldoet aan de eisen van de moderne tijd. In april 2013 was de kerk helemaal gereed en in november van dit jaar werd hij feestelijk heropend tijdens het Chocoladefestival.
De Van Houtenkerk in Weesp – een kerk en stadsgehoorzaal ineen – is zodanig gerestaureerd dat hij voor meerdere doeleinden kan worden gebruikt. De afdeling verhuur bijzondere locaties en Weesp krijgen er een prachtige zaal bij. Maar ook de kerkgemeenschap zal haar eigen ruimte behouden. Na restauratie ziet dit rijksmonument er eigenlijk nog hetzelfde uit als toen Stadsherstel het kocht. Alleen nu wordt er geventileerd, zit er een goede verwarming in, zijn er extra ramen geplaatst om de kou te weren, is het gewelf geïsoleerd en het interieur straalt een nieuwe elan uit.nHet gebouw uit 1906 – ontworpen door architect B.J Ouëndag – is een kerk, maar door de ruimtelijke werking en de verbluffende akoestiek is het meer een zaal, een gehoorzaal. “Het is een prachtige ruimte”, zegt projectleider Paul Morel, “ruimtelijk vormgegeven in architectonische zin en de mooie lichtinval door het glas-in-lood ramen versterkt dat effect.”
Sodom, Gomorra, Weesp? Nou nee, maar het stadje is wel degelijk op genot gebouwd. Het zijn immers genotmiddelen die Weesp groot hebben gemaakt, middelen die ook beeldbepalend zijn geweest voor het stadje op een steenworp afstand van Amsterdam. Bier, jenever, sigaren, brandewijn en chocolade; onder hun invloed heeft deze parel aan de Vecht haar glans gevonden. Eeuwenlang zorgen ze voor economische groei. Deze nijverheid maakt de gemeente tot ver buiten Nederland bekend.
De buurgemeenten van Amsterdam waren in trek voor een uitstapje, en vanwege de goedkopere tarieven trouwden joodse Amsterdammers soms in Zaandam of Weesp. Koosjere boter en kaas werd veelal ingevoerd vanuit de ‘mediene’ – de benaming voor alle plaatsen buiten Amsterdam waar een joodse gemeenschap bestond. Op reis kon men eten en slapen in koosjere kosthuizen en pensions.
De QR-route Stelling van Amsterdam komt langs alle 46 forten en batterijen van deze 135 kilometer lange verdedigingslinie rondom de hoofdstad. Dit onderdeel van de route loopt langs het Zuidoostfront, dat begint bij het Fort bij Abcoude en eindigt bij het Muizenfort in Muiden.
Het gemaalcomplex is gebouwd in 1876 als stoomgemaal met vijzel ten behoeve van de Nieuwe Keverdijksche polder. Tegenwoordig is het in gebruik als electrogemaal met centrifugaalpomp. Het complex bestaat uit een machinegebouw, aangekapte machinistenwoning en een voorboezem, achterwaterloop en uitwateringsduiker. De schoorsteen is verdwenen.
Het gemaalcomplex is gebouwd in 1873 als stoomgemaal met scheprad ten behoeve van de Aetsveldsche Polder. Sinds 1927 is het in gebruik als elektrogemaal met centrifugaalpomp. Het complex bestaat uit een machinegebouw, voor- en achterwaterlopen en een machinistenwoning die in 1988 door nieuwbouw werd vervangen. Dit heeft de gaafheid van het complex echter niet verstoord. De schoorsteen en kolenloods zijn verdwenen.
Fort Uitermeer riep bijna honderd jaar geleden poëtische roerselen op bij de bekende natuurbeschermer en schrijver Jac. P. Thijsse. Roeiend met zijn bootje over de Vecht kwam hij in 1915 langs het fort en werd geraakt door de schoonheid van deze plek.
Weesp heeft van oudsher een belangrijke rol gespeeld in de verdediging van Amsterdam als onderdeel van de beroemde Hollandse Waterlinie. In 1861 werd besloten de bestaande vesting te versterken met een bakstenen torenfort op de Ossenmarkt.
Weesp behoorde tot zowel de Oude als de Nieuwe Hollandse Waterlinie, maar werd in 1901 aan de Stelling van Amsterdam toegevoegd. De middeleeuwse stadsmuren waren vanaf 1672 vervangen door heuse vestingwerken. En ook een drie kilometer zuidoostelijk gelegen schans werd toen gemoderniseerd tot het Fort Uitermeer. De ontwikkeling van het geschut maakte dat zowel op Fort Uitermeer (1845) als in de Vesting Weesp (1861, Fort aan de Ossenmarkt) een torenfort werd gebouwd om het geschut veilig te kunnen opstellen.