Ontruiming en sloop
In 1943 moesten veel bewoners van de kustdorpen hun huis op last van de Duitsers verlaten. Om de kustverdediging uit te breiden moest het gebied namelijk eerst ontruimd worden. Vooral Bergen aan Zee, Egmond aan Zee, IJmuiden, Velsen, Wijk aan Zee en Zandvoort leden onder de maatregelen, maar ook Aerdenhout, Bloemendaal, Castricum en Vogelenzang bleven niet ongeschonden. Hele gebieden werden verboden terrein en grote delen van de dorpen werden gesloopt.
In Velsen verdween bijna een derde van de bebouwing en in Zandvoort bleef enkel net iets meer dan twintig procent van de 3135 huizen onbeschadigd. Winkels, hotels, pensions, cafés en restaurants verdwenen en bij de Hoogovens werden fabrieken, kantoren en magazijnen gesloopt. In Bergen aan Zee ging ongeveer de helft van alle gebouwen tegen de grond, inclusief het beroemde Hotel Nassau-Bergen van architect H.P. Berlage.
Nieuwbouw
Voor al die gebouwen kwamen verdedigingswerken in de plaats. Voor de Duitse inval was Nederland zelf al begonnen met het bouwen van bunkers. Bij Castricum werd in 1939 een bunker gebouwd waarin de Nederlandse kunstschatten onder werden gebracht. Rembrandts Nachtwacht moest er ook in, maar het werk was te groot. Op een grasveldje werd het uit zijn lijst gehaald en opgerold. Toen de Duitsers met de bouw van de Atlantikwall begonnen verplaatsten ze de kunst naar de Sint Pietersberg bij Maastricht.
Van de Atlantikwall zijn hier en daar nog overblijfselen te vinden, onder andere bij Egmond en aan het Kennemerstrand. De stelling van IJmuiden bleef bijvoorbeeld in tact en is tegenwoordig als Bunkermuseum te bezoeken. In de Kennemerduinen hebben de Duitsers meerdere betonnen wegen aangelegd, met inhaalstrook en al – misschien heb je er weleens op gefietst, want tegenwoordig zijn sommige van deze wegen nog in gebruik als fietspad. Door de duinen liep op verschillende plekken een smalspoor voor het vervoer van munitie en andere benodigdheden. Doordat soldaten in de verdedigingswerken verbleven ontstonden er op een aantal plekken heuse bunkerdorpen. Bij Overveen was er zo’n ‘dorp’. De soldaten beschikten hier zelfs over de luxe van een restaurant en een filmzaal.
Bij IJmuiden was een enorm defensiebolwerk gelegen. ‘Seefront IJmuiden’ was een van de grootste en meest belangrijke Duitse vestingwerken en het bestond uit kustbatterijen, luchtafweerbatterijen, commandocentra, infanteriestellingen, radarstations en andere bouwwerken ter verdediging van de kust. Het bolwerk besloeg het gehele gebied tussen Heemskerk en Bloemendaal, vanaf de kust tot een eind landinwaarts.
Nog te bezoeken
Een aantal overblijfselen van de oorlog is nog in zijn geheel terug te vinden en te bezoeken. In het Kostverlorenpark van Zandvoort zijn enkele bunkers zelfs nog in gebruik. Niet meer als verdedigingswerk, maar als vakantiewoning. En in Bloemendaal kun je de toren ’t Kopje beklimmen. Vroeger deed ’t Kopje dienst als uitkijkpost, tegenwoordig is het een uitzichttoren. De Duitsers hebben de vooroorlogse toren aangepast en verbouwd. In de duinen bij Bergen aan Zee is onderaan duin Thabor een eigenaardig koepeltje te vinden. Dit koepeltje huisde een waterput, waarschijnlijk om water voor de paarden uit de grond te halen.
In het Kennemerland staan ook verschillende gedenkstenen. In de Schoorlse Duinen is bijvoorbeeld een monument geplaatst op de plek waar ooit Kamp Schoorl heeft gelegen, een van de vijf concentratiekampen die in Nederland waren gevestigd. Bij de watertoren van Zandvoort is een plaquette geplaatst die herinnert aan de oude watertoren, die door de Duitsers is opgeblazen. Na de oorlog is er in de duinen bij Overveen een erebegraafplaats aangelegd. 372 van de 422 oorlogsslachtoffers die in de Kennemerduinen zijn gevonden zijn hier herbegraven, waaronder Hannie Schaft en Willem Arondeus.
De meeste sporen van de oorlog zijn uitgeveegd, maar hier en daar zijn enkele resten bewaard gebleven. Is het niet in het geheel, dan is het wel een deel. Resten van prikkeldraad en ander oud roest, oude betonblokken en stukken van bunkers, monumenten en zelfs hele gebouwen zijn stille getuigen van het oorlogsgeweld in de duinen.
Auteur: Lars van der Kooij
Bronnen
- ‘De Tweede Wereldoorlog in het duin’, Duinen en mensen Kennemerland (2009)
Publicatiedatum: 15/02/2017
Vul deze informatie aan of geef een reactie.
1 reactieMijn tante had daar een bunker in de jaren 1950-1960, de bunker heette De Schelp!
Bestaat die bunker nog? Wonen er nog mensen in?
In de jaren 50-60 was er een zandvlakte voor, en er stond een toilet op, die de bewoners samen schoon hielden.