Haarlemmermeers burgervader en hereboer
Amersfoordt was een jurist en gepromoveerd in de letteren. Ook had hij landbouwkunde gestudeerd in Duitsland. Hij kocht na de drooglegging ruim 200 ha grond in Haarlemmermeer om er te gaan boeren. De keus was gevallen op land bij de Ringvaart, tegenover het dorpje Sloten. Dicht bij Amsterdam. Hier liet Amersfoordt boerderij De Badhoeve bouwen, genoemd naar de vroegere zwemplek hier aan de dijk.
Groot agrarisch bedrijf
De Badhoeve was een groot agrarisch bedrijf, met schuren, stallen, karnhuis enz. Amersfoordt besloot samen met zijn vrouw Hermina Maria Dijk van de Prinsengracht hierheen te verhuizen. Hermina (1821-1892) had internationaal naam gemaakt als concertpianiste en zangeres. Ook componeerde zij. Toen in juli 1877 keizer Pedro van Brazilië op De Badhoeve te gast was, speelde Hermina op verzoek van de keizerin een eigen compositie. Op de boerderij was zij verantwoordelijk voor de zuivelbereiding. De Franse prins Jérome Napoleon leidde zij in 1864 rond in de kelder met boter, melk en kaas. Van hier ging dagelijks meer dan duizend liter melk naar de hoofdstad.
Stoommachines
De Badhoeve trok belangrijke bezoekers uit binnen- en buitenland vanwege de allernieuwste technieken die Amersfoordt toepaste. Uit Engeland haalde hij in 1862 de eerste stoomploeg (14 pk) naar ons land. Hiermee kon je een halve hectare in een uur ploegen. Dit wonder van techniek vroeg een investering van 12 duizend gulden. Bekend was ook zijn stoomdorsmachine. Lang niet alle machines die Amersfoordt liet aanrukken bleken in de praktijk een succes. Na een aantal jaren stond een schuur vol met roestende afdankers.
Energiek en ongeduldig
De energie van Amersfoordt leek niet te stuiten. Voorzitter werd hij van de plaatselijke afdeling van de Hollandsche Maatschappij van Landbouw, hoofdingeland en heemraad van het polderbestuur, raadslid. Na het overlijden van burgemeester Pabst volgde Amersfoordt hem op. Dat hebben ze in Haarlemmermeer geweten. Want deze aristocraat was een ongeduldig en soms kort aangebonden heerschap. Dat ondervond de aannemer die het raadhuis in Hoofddorp neerzette en enkele dagen achter lag op het schema. De burgemeester liet veldwachters de aannemer van de bouwplaats verwijderen. Amersfoordt pleitte met succes voor een aansluiting van zijn gemeente op het telegraafnet.
Hermina leidt noodhospitaal
Vooruitstrevend was dat hij schoolkinderen medisch liet onderzoeken. En hij bleek een sociaal voelend bestuurder. Toen er cholera in de polder heerste, richtte de burgemeester speciale hospitalen in. Hij organiseerde collectes en liet van buiten de gemeente schoon drinkwater aanvoeren. Maar wat te doen met de slachtoffers van de cholera? De kranten meldden in juli 1866 dat de buurgemeenten Aalsmeer, Lisse en Hillegom de Haarlemmermeerse lijken niet op hun kerkhoven toelieten. Amersfoort wachtte met smart op toestemming van het Rijk om in Venneperdorp (nu Nieuw-Vennep) een begraafplaats in te richten voor de slachtoffers. Tevergeefs, aldus de krant: “Alle lijken moeten derhalve naar Kruisdorp vervoerd worden, hetgeen kostbaar en ongezond is.” In de manege van De Badhoeve leidde de burgemeestersvrouw een noodhospitaal. In de polder woedden datzelfde jaar veepest en typhus.
Ontwerp spoorwegnet
Amersfoordt zat vol ideeën, zo ontwierp hij een spoorwegnet met Hoofddorp als knooppunt van lijnen naar Haarlem, Amsterdam en Den Haag. Een trein heeft hij hier echter nooit zien rijden. Wel lorries over houten smalspoor, getrokken door paarden. Maar dat was op zijn eigen boerderij. Zijn burgemeesterschap kwam in 1869 ten einde. Dat ambt paste niet goed bij zijn soms wel erg doortastende aanpak. In 1885 overleed Amersfoordt. Hermina verkocht alle bezittingen en keerde terug naar Amsterdam.
Publicatiedatum: 09/03/2011
Vul deze informatie aan of geef een reactie.