Amsterdam is door stormen ontstaan. En de eerste bewoners waren geen boeren of vissers, maar handelaren en ambachtslieden. Dat is de overtuiging van hoogleraar Jerzy Gawronski, tevens hoofd archeologie van de gemeente Amsterdam.
Machtsschommelingen, conflicten en versplinterde, kleine vorstendommen kenmerkten West-Europa rond de negende – en tiende eeuw. Ook de Lage Landen hoorden hierbij. Hoewel het graafschap Holland in deze periode nog niet bestond, werd het fundament wel gelegd door een zekere Gerulf, een vertrouweling van de Deense heerser Godfried …
Dat de Vikingen Noord-Holland aandeden in de negende eeuw, daar kunnen we niet omheen. Ze lieten hun sporen achter in onze bodem en hun verhalen in onze geschiedenis. Maar sommige verhalen kloppen niet helemaal, want hoe kwamen die hoorns ooit op hun helmen terecht?
Vondsten uit de vroege middeleeuwen zijn goed vertegenwoordigd in de Noord-Hollandse bodem. Ze vertellen het verhaal van Vikingen, graven, ridders, monniken, boeren en koopmannen uit die periode, die zorgden voor een turbulente tijd in de geschiedenis …
Een enorm kasteel met forse donjons op de hoeken en grote zalen: dat was het middeleeuwse Slot Purmersteijn, dat in 1410 werd gebouwd. Het was een belangrijk bestuurlijk en militair centrum. Toch wist het grote bouwwerk de tand des tijds niet te doorstaan. Inmiddels zijn de overblijfselen van Purmersteijn blootgelegd door archeologen en uitgebreid geanalyseerd. Wat zijn de onderzoekers allemaal te weten gekomen over het kasteel bij Purmerend?
In 1995 werd het skelet opgegraven van een vrouw die in de vierde eeuw geleefd heeft. Op basis van het skelet wist men een gezichtsreconstructie te maken. Zo kreeg de archeologie letterlijk een gezicht: Hilde van Castricum. Om deze en vele andere archeologische vondsten te conserveren en te laten zien aan het publiek is een nieuw archeologisch depot ingericht. Het werd vernoemd naar deze vrouw: het Huis van Hilde.
Waarom graaf Dirk I van Holland een vrouwenklooster stichtte nabij het graf van de Heilige Adelbertus weten we niet zeker, maar de graaf hechtte blijkbaar veel belang aan de plek. De nonnen die er eerst woonden baden voor het zielenheil van de grafelijke familie en de monniken uit Gent die hen opvolgden zongen Gods lof.
In de westelijke punt van de Westerheide bevindt zich een terrein van zeer hoge archeologische waarde dat beschermd is. Het bevat naast grafheuvels uit het neolithicum een urnenveld dat in gebruik is geweest van de bronstijd tot en met de ijzertijd, bewoningssporen uit het neolithicum tot en met de ijzertijd en de middeleeuwen, een kamp (het vierde) en een banscheiding uit 1428.
In 2013 vond in opdracht van de provincie Noord-Holland een archeologisch onderzoek plaats in de Westfriese Omringdijk ten noorden van Opperdoes. Bij dit proefonderzoek zijn op meer dan een meter onder de weg de vermoedelijke resten van het verzonken Almersdorp gevonden.
Willem Eggert, heer van Purmerend, Purmerland en Ilpendam, bouwde tussen 1410 en 1413 Slot Purmersteijn ter plaatse van het huidige Slotplein in Purmerend. Het werd als een vierkant opgetrokken met vier achthoekige torens op de hoeken. De relatief dunne muren van het slot, slechts één meter dik, waren niet bestand tegen kanonschoten.
Bij de herinrichting van de Koemarkt in 2009 werden muurresten gevonden waarvan men aannam dat het ging om het Sint Ursulaklooster, een nonnenklooster dat in 1392 was gesticht. Op de eerste kaart van Purmerend van Jacob van Deventer (circa 1560) staat het klooster nog vermeld.
Vóór de bouw van de nieuwbouwwijk Kadijken in Enkhuizen zijn verschillende archeologische onderzoeken gedaan. Hierbij is een gebied in kaart gebracht met allerlei sporen en vondsten uit de midden- tot late bronstijd, ongeveer de periode 1600-800 v.Chr. In deze periode is het huidige West-Friesland dicht bewoond geweest.
In 2005 werden er bij een opgraving in Beverwijk bijna 3400 glasscherven gevonden. In de 17e eeuw braken voor Beverwijk betere tijden aan. Er werd goed verdiend in de lakenindustrie, en het gebied werd gebruikt voor de buitenplaatsen van rijke Amsterdamse kooplieden. Het aangetroffen glas toont aan dat er inderdaad rijke mensen woonden in Beverwijk.
Laten we hem maar even ‘George’ noemen, naar koning George de Derde, wie hij diende. Een van de 32.000 (!) Engelse soldaten die bij de Engels-Russische invasie op 27 augustus 1799 aan land waren gezet door een armada van ruim 150 vaartuigen. Daar stond hij dan op het strand bij Groote Keeten op een zonovergoten dag, niet wetend hoe snel het eind zou komen.
“Kogelpotten, zijn die gevaarlijk?” Het was misschien een wat naïeve vraag van de bezorgde mevrouw met kinderwagen op de rand van de opgravingput. De verzekering dat het hier uitsluitend ging om middeleeuws aardewerk stelde haar zichtbaar gerust. De naam van de vrijwel volledig ronde potten stamt, zoals gewoonlijk, niet uit de tijd waarin ze werden gebruikt, maar van veel later. Vanwege de kogelronde vorm werden de potten door sommigen ‘kogelpotten’ genoemd, maar in Friesland, misschien wat minder krijgslustig, worden ze aangeduid met ‘bolpotten’.
In het uitbreidingsgebied Zuiderloo werden in het voorjaar van 2011, voorafgaand aan de bouw, archeologische onderzoekingen gedaan door Diachron die een nieuw beeld geven van de bewoningsgeschiedenis van de strandwal waarop Heiloo is gelegen.
Bij opgravingen in Velsen in 1990 kwamen verschillende kleiputten en steenovens aan het licht. Vanaf de middeleeuwen werd hier steen gebakken, aanvankelijk in het grote formaat dat kloostermoppen wordt genoemd. De klei die hiervoor nodig is wordt uit kleiwinputten gehaald.
De Aardjesberg is een vijftien meter hoge heuvel op de Westerheide (Goois Natuurreservaat) bij Hilversum. De berg maakt deel uit van de stuwwal, ontstaan in de voorlaatste ijstijd zo’n 150.000 jaar geleden. De Aardjesberg is altijd al een bijzondere plek geweest. Al voor de laatste ijstijd die ongeveer 10.000 jaar geleden eindigde, heeft de prehistorische mens hier sporen achtergelaten.