Oneindig Noord-HollandBeleef de geschiedenis van jouw provincie
NL | EN

Tulpenburg trok hoge gasten

Tulpenburg was de naam van een nu niet meer bestaande buitenplaats aan de Amstel. In het begin van de 17e eeuw bouwden veel rijke kooplieden uit Amsterdam een fraai buiten aan de Amstel. Volgens de overlevering verbleef Benedictus de Spinoza hier enige tijd, nadat hij 1656 uit Amsterdam was verbannen. Iets voorbij de banpaal en buiten het rechtsgebied van de stad Amsterdam: dat mocht nog net.

>

Oostermeer: juweel aan de Amstel

Een juweeltje om te zien is de buitenplaats Oostermeer. Het statige gebouw is nu bijna 300 jaar oud. De tuin is begin 1900 gereconstrueerd door tuinarchitect Leonard Springer. Hij combineerde daarbij symmetrische Franse elementen met landschappelijke Engelse stijlkenmerken.

>

Hofstede Beemsterlust

Voor 1612 stroomde er water door de Beemster. De kleine rivier de Bamestra groeide in de Middeleeuwen uit tot een ware binnenzee die in verbinding lag met de toenmalige Zuiderzee. Aan het begin van de Gouden Eeuw vatte de rijke koopman Dirk van Os, samen met zijn broer Hendrik, het plan op om de Beemster droog te leggen, om deze vruchtbare grond te bebouwen. Hiervoor was toestemming nodig van een aantal burgemeesters en kooplieden. In 1607 gaven de Staten van Holland en West-Friesland groen ligt voor de inpoldering. Ook een aantal rijke kooplieden waren hierbij betrokken, waaronder Jacob Poppen. In totaal bestond de groep uit vijftien man uit Amsterdam en Den Haag.

>

Landgoed Duin en Kruidberg

Het landgoed Duin en Kruidberg, dat beheerd wordt door Natuurmonumenten, kent een geschiedenis van splitsing en samenvoeging. De dubbele naam dateert van het begin van de twintigste eeuw en is een combinatie van namen van de oude hofsteden Duin en Berg en De Kruidberg.

>

De historie van Landgoed Elswout

Één van Nederlands mooiste en best bewaarde buitenplaatsen is Elswout, tegenwoordig beheerd door Staatsbosbeheer. Op deze 400 jaar oude buitenplaats zijn overal sporen uit het verleden te zien. De verschillende landschapsstijlen zijn tekenend voor afzonderlijke periodes en stijlopvattingen en de gebouwen herinneren aan de vele eigenaren die Elswout heeft gekend.  De statige oude bomen geven onderdak aan verschillende holenbroeders zoals de specht, boomklever en bosuil. Op de velden en onder de bomen bloeien in het voorjaar veel stinsenplanten. In de oude ijskelder huizen vleermuizen en op het landgoed groeien bijzonder veel paddenstoelen, waaronder zeer grote tonderzwammen.

>

Buitenplaats Swaenenburgh in ’s-Graveland

Het buiten is elf hectare groot en omvat naast een door d.r P.J.H. Cuypers (architect van Rijksmuseum en Centraal Station in Amsterdam) gebouwde villa met koetshuis, onder meer een aantal bijgebouwen, tuinen met daarbij behorende tuinhuisjes, weide, bos en vijvers.  

De hoofdstructuur van het buiten wordt gevormd door een deel van een lanenstelsel dat hoofdzakelijk dateert uit de vorige eeuw.

>

De tuinmanswoning van buitenplaats Kareol

Kareol werd tussen 1907 en 1912 gebouwd in opdracht van J.C. Bunge door de Zweede architect Anders Lunberg, in samenwerking met een andere Zweedse architect en een Nederlandse collega. In 1977 werd het op de rijksmonumentenlijst geplaatst, maar door leegstand is het in 1979 gesloopt. Van de buitenplaats zijn alleen nog enkele onderdelen in de tuin, de portierswoning (Van Lennepweg 14) en de tuinmanswoning over.

>

Buitenplaats Akerendam

De buitenplaats Akerendam in Beverwijk werd in 1636 aangelegd door de Amsterdamse koopman Jan Bicker (1591-1653). Net als veel andere gefortuneerde Amsterdammers creëerde hij deze buitenplaats om in de zomer het bedompte Amsterdam te ontvluchten. De buitenplaats was door haar ligging aan het Wijckermeer vanuit Amsterdam direct per boot te bereiken. Tussen 1728 en 1756 kreeg het monumentale huis zijn huidige voorkomen en vermoedelijk stamt de achter het huis gelegen spiegelvijver ook uit die tijd. Rond 1800 bedroeg het grondoppervlak 17 hectare waarvan er in 1850 nog 2.5 resteren. In die tijd verkoopt Adriaan Teding van Berkhout de buitenplaats aan de familie Sluyterman van Loo. Een lid van deze familie bracht haar gehele bezit in 1916 onder in de Stichting Sluyterman van Loo. Deze charitatieve organisatie spant zich tot aan de dag van vandaag in voor het behoud van Akerendam en het welzijn van ouderen.

>

Buitenplaats Berghuyzen

In de achttiende eeuw was de buitenplaats Berghuyzen, later wordt het Berghuis genoemd, een zomerverblijf van de Naardense familie Heshuizen. Later kwam de buitenplaats in handen van de familie d’Echenique.

>

Paviljoen Welgelegen ontvangt keizer en keizerin

Tijdens het verblijf van keizer Napoleon Bonaparte in Noord-Holland in oktober 1811 maakten ook de steden en dorpen in Kennemerland kennis met hun nieuwe heerser. Al was het maar kort, want Napoleon hield van opschieten. Meestal was hij in een flits voorbij.

>

Het landhuis ’t Oude Hof te Bergen

Wie weleens door de lommerrijke lanen en paden van het Bergerbos wandelt, zal vast eens langs het landhuis ’t Oude Hof komen. Omzoomd door loof liggen drie eilanden omgeven door grachten. Op het middelste eiland, toegankelijk via een gemetselde brug (oorspronkelijk een ophaalbrug), staat een statig wit gestuukt landhuis. De geschiedenis van deze plek gaat terug tot in de middeleeuwen, toen op ’t Oude Hof een versterkt herenhuis stond.

>

Wester-Amstel ademt de Gouden Eeuw

Rijke families die in de zomer de stinkende stad wilden ontvluchten, kochten een buitenplaats. Liefst aan het water, zodat je er makkelijk kon komen. In de Gouden Eeuw zag je in het voorjaar menige trekschuit over de Amstel varen met de inboedel van gezinnen op weg naar hun zomerverblijf.

>

Kooplieden stichten buitenplaatsen in Ouderkerk

Het Hoger Einde in Ouderkerk aan de Amstel is het laatste stukje van een droge, smalle landrug in wat heel vroeger een moerasgebied was. Op deze landrug is Ouderkerk gebouwd. Dit was een mooie plek voor rijke kooplieden uit Amsterdam om een buitenplaats te stichten.

>

Frans konijn kiest provinciehuis

In Haarlem zetelen de vertegenwoordigers in de Provinciale Staten. De statenleden kiezen de gedeputeerden (de bestuurders of ‘ministers’ van de provincie). De statenleden en gedeputeerden werken en vergaderen in het mooie provinciehuis aan de Dreef in Haarlem: een gebouw met een bewogen geschiedenis. En met bijzondere bewoners.

>