We worden verwelkomd door vrijwilliger Thea de Hilster, die de huidige wisseltentoonstelling heeft samengesteld over Johan Coenraad Braakensiek, die niet alleen de tekeningen voor de zes Dik Tromboeken maakte, maar ook 45 jaar tekende voor de ‘Groene Amsterdammer’, het oudste opinieblad van Nederland.
Inktlappen
De charme van het kleine door vrijwilligers gerunde museum zijn de oude schoolbanken met kroontjespennen, inktpotten en inktlappen. “Voor mensen die zelf nog met een kroontjespen hebben leren schrijven is dat nostalgie. ” Op de schoolbanken liggen schriften, waarin bezoekers met kroontjespen mogen schrijven. Kinderen kunnen zich verkleden als Ot en Sien, met klomp en al.
In 1939 moest het schooltje de deuren sluiten, omdat er nog maar zeven leerlingen overgebleven waren. “In de oorlog hebben hier nog mensen gezeten en daarna is het opslagruimte geweest voor de boer die hiernaast woonde.” Het is aan de Zeevangse oud-wethouder Jetty Voermans te danken dat Stadsherstel Amsterdam het schooltje in 2012 restaureerde. En dat het in 2013 een museum werd.
Beemster
Elk half jaar is er een wisseltentoonstelling. De huidige, die nog tot 27 september 2015 is te zien, gaat over Johan Braakensiek (1858-1940), die in totaal 18 boeken van Dik Trom illustreerde. Waar Kieviet zijn inspiratie ondermeer uit Hoofddorp haalde, waar hij vandaan kwam, liet Braakensiek zich inspireren door tafereeltjes in de Beemster. “Braakensiek had een oom in de Beemster wonen en hij heeft er zijn vrouw leren kennen,” vertelt Thea de Hilster. “Hij kwam hier dus regelmatig. Op de hoek van de Volger- en Middenweg heeft hij bijvoorbeeld een groot herenhuis nagetekend. Dat laten we in een powerpointpresentatie zien. Paarden en koeien komen ook veel in zijn werk voor. En er zijn mensen die Klaas Edel in zijn tekeningen herkennen, die rond 1900 burgemeester van de Beemster was.”
Thea de Hilster, die zelf een verzameling van zo’n duizend sprookjesboeken heeft, vindt dat tekeningen een boek kunnen verlevendigen. “De tekeningen van Braakensiek zijn over het algemeen vrij eenvoudig. Sommige tekenaars tekenen zoveel details, dat ze wat mij betreft net zo goed een foto hadden kunnen maken.” Braakensiek begon met het illustreren van boeken van Justus van Maurik. “Daarvoor gebruikte hij kopergravures. Die waren nog wel gedetailleerd, maar in de loop van de jaren zie je zijn tekeningen eenvoudiger en losser worden.” Niet dat zij ze allemaal even mooi vindt. “Soms zijn ze een beetje stijf of te druk, en daar houd ik niet zo van.” Maar ze fleurt helemaal op als ze op de cover van ‘Dik Trom en zijn dorpsgenooten’ wijst, waarop onze held uitgelaten bovenop een olifant zit. “Die ring er om heen geeft het iets art deco-achtigs.”
Kinderheld
Volgens Thea de Hilster is Dik trom pas écht een kinderheld geworden toen Braakensiek in 1898 zijn avonturen ging illustreren. “In 1891 kwam de eerste druk van Dik Trom uit. Daar zaten maar vier gravures in, die de mensen niet écht aanspraken. Ze pasten niet zo goed bij de verhalen over een kwajongen, wat sowieso bijzonder was, want in die tijd waren de kinderenboeken nogal lieflijk en opvoedkundig.”
Braakensiek heeft daar sprekende tekeningen bij gemaakt. “Als je Dik Trom in een wastobbe ziet zitten, spat het kattenkwaad er vanaf. Dat is voor een kind toch veel leuker om naar te kijken.” Of Dik Trom de bekendste kinderboekenheld is die ons land heeft opgeleverd, kan ze niet zeggen, maar ze weet wel dat veel mensen hem nog steeds kennen, en dat zijn avonturen nog altijd worden gelezen. “Van het eerste Dik Tromboek zijn er al meer dan negentig drukken verschenen.”
Naast de boeken die hij voor Kieviet heeft geïllustreerd, maakte de uiterst productieve Braakensiek maar liefst 45 jaar politieke tekeningen – 2400 in totaal – voor de Groene Amsterdammer. Op de tentoonstelling zijn daar een paar voorbeelden van te zien. “Soms moet je de politieke situatie van die tijd kennen om een tekening te kunnen begrijpen, zoals de Boerenoorlog in Zuid-Afrika. Maar er zitten ook prenten bij die je ook nú nog zou kunnen afdrukken, omdat het nog steeds actueel is: prenten over het opnemen van vreemdelingen, hongersnood in de wereld en het verdelen van de macht.”
Originelen
De tentoonstelling bevat zowel bruiklenen als schenkingen. “Een week voordat de tentoonstelling van start ging, belde een mevrouw die de aankondiging in de krant had gelezen. Ze had op zolder nog dertig originele boekillustraties van Braakensiek liggen, die op de zolder van een uitgeverij zijn gevonden. ‘Het schooltje’ mocht ze wel hebben. Thea wijst op een tekening van een meisje dat voorover gebogen aan een schoolbank zit. “Dat vind ik zo’n lieve en herkenbare tekening. Mooi toch, dat je zoiets krijgt aangeboden.”
De wisselexpositie over Johan Braakensiek is tot en met 27 september 2015 te zien. ‘Het schooltje van Dik Trom‘ is zaterdag en zondag van 11-16 uur geopend. Tot 1 oktober komen daar woensdag en vrijdag nog bij. Het schooltje ligt in buurtschap Etersheim (vlakbij Oosthuizen). Wie met het openbaar vervoer komt, kan bus 314 nemen die Amsterdam met Hoorn verbindt. Vanaf de halte Dorp aan provinciale weg N247 in Oosthuizen is het nog een half uur lopen.
Auteur: Arnoud van Soest
Publicatiedatum: 11/09/2015
Vul deze informatie aan of geef een reactie.