Surrealistische versus realistische wetenschap
In Teylers Museum zijn binnenkort twee tegengestelde tentoonstellingen te zien: Surreal Science en Realistic Science. Kom je kijken?
>In Teylers Museum zijn binnenkort twee tegengestelde tentoonstellingen te zien: Surreal Science en Realistic Science. Kom je kijken?
>Via het kleine, gewone en dagelijkse bieden de schilderijen in deze tentoonstelling een kijk op de heel eigen, intieme binnenwerelden van twee Haarlemse kunstenaars uit twee verschillende generaties.
>Jacques-François Rosart werkt tussen 1740 en 1759 in Haarlem als lettersnijder. Dit doet hij vooral voor de lettergieterij van Johannes en Izaak Enschedé. Hoewel hij veel mooie letters ontwerpt wordt hij in zijn eigen tijd niet echt gewaardeerd. In deze tentoonstelling kijken hedendaagse typografen en onderzoekers nog een keer naar zijn oeuvre en komen tot een herwaardering. Het resultaat: een nieuw inzicht in deze begaafde autodidact en een digitale wedergeboorte van verschillende, ruim 250-jaar oude, lettertypen.
>Het Historisch Café van maandagavond 30 januari heeft ‘Mari Andriessen’ als thema.
>Op 20 en 21 januari is de binnenstad van Haarlem het decor voor Boring. Een nieuw festival dat de binnenstad gaat openbreken met een levendige mix van muziek, kunst, theater, community en nachtleven. Alles is vrij van in-en-uitloop en de afters duren tot zonsopgang. Dus je kan volledig je eigen weg gaan.
>Tot 28 maart toont Verwey Museum Haarlem het werk van de jonge, Haarlemse kunstenaar Fela Walvisch. De expositie Miss Universe toont haar meest recente werk.
>Door de eeuwen heen is het landschap de inspiratiebron geweest voor beeldend kunstenaars en later ook fotografen. Zij zijn gefascineerd door de werking van licht en ruimte, de kleurenpracht, de uitgestrektheid en de dynamiek van het landschap. In de nieuwe Dreefexpositie ‘Ode aan het landschap’ is te zien dat kunstenaars niet alleen gefascineerd zijn door het landschap als beeld, maar ook door de elementen die ze gebruiken bij het realiseren van hun kunstwerken.
>Het gevaarlijke karakter van de fiets werd in juni 1882 in de Nieuwe Haarlemsche Courant kracht bijgezet door ‘tweewielsnelloopendnekbrekersrijtuig’ tot de beste vertaling van vélocipède te dopen. Onveilig of niet, fietsen was hip. Niet voor niets werd in december 1882 de Haarlemsche Vélocipède-Club (HVC) opgericht.
>Haarlem is een stad vol historie. Ook onder onze voeten is deze historie te vinden. Archeologische resten zijn de tastbare overblijfselen van het vroegere, alledaagse leven in Haarlem. In de tentoonstelling ‘Haarlemmerhout, alledaagse voorwerpen uit Haarlemse bodem’ gaat alle aandacht uit naar een bijzondere vondstcategorie: hout.
>Levensecht kijken ze voor zich uit, de in steen vereeuwigde koppen op gevels van historische huizen. Doorgaans wordt aangenomen dat het slechts decoratief bedoelde gezichten zijn. Maar een nieuw boek laat zien dat er echte mensen achter de hoofden schuilgaan. Het zijn persoonlijke portretten van de echtparen die het huis lieten bouwen. In de Jansstraat in Haarlem bijvoorbeeld.
>De tentoonstelling ‘Vlaams Haarlem’ in het Noord-Hollands Archief is verlengd t/m 24 maart! Maak kennis met de Vlaamse migranten die de stad grote rijkdom brachten. De bezoeker wordt meegenomen in het verhaal van de Vlaamse kooplieden, ambachtslieden, arbeiders en kunstenaars die toen op de vlucht waren voor oorlogsgeweld en vervolging en in Haarlem een nieuw thuis vonden. Een verhaal van alle tijden.
>Vanaf eind zeventiende eeuw monsterden weesjongens uit het Haarlemse Burgerweeshuis aan bij de VOC, waar ze als matroos of timmerman op de schepen aan de slag gingen. Van de 161 jongens die tussen 1691 en 1805 vertrokken, zijn er 75 overleden tijdens de lange reis. Van 30 weesjongens zijn behalve de vertrekdatum en het schip geen gegevens bekend. Slechts 39 van de jongeren die naar Indië waren vertrokken keerden naar Haarlem terug. Dick van Gijlswijk dook in de archieven om het lot van deze Indiëgangers vast te leggen.
>De Haarlemse beeldhouwer Mari Andriessen (1897-1979) is vooral bekend geworden door zijn oorlogsmonumenten als De dokwerker, de Man voor het vuurpeloton en het Bomslachtoffer. Twee keer per maand geven de samenstellers van de tentoonstelling, Antoinette Andriessen en Monique van Royen, op zondag om 14 uur een korte instaprondleiding bij de tentoonstelling Dicht bij Mari Andriessen. Hoe werkte Mari in zijn atelier en wat was het voor een man? De instaprondleidingen zijn gratis voor bezoekers van het museum. Aanmelden is niet nodig.
>Bier is al eeuwenlang een populaire volksdrank, die veel werd gebrouwen in Haarlem. In de zestiende en zeventiende eeuw werd bier het liefst gedronken uit een baardmankruik. Maar hoe werden deze kruiken gemaakt en wie moesten die baardmannen eigenlijk voorstellen?
>Historische Vereniging ‘Haerlem’, die in 1901 is opgericht, is op een breed terrein actief. De leden duiken in de geschiedenis, maar kijken ook of nieuwbouw bij een beschermd stadsgezicht past.
>De stille liefde van Kees Verwey (tot en met 13 februari 2023) is te zien in het Verwey Museum Haarlem. Verwey Museum Haarlem heeft na een ingrijpende reconstructie weer zijn deuren voor het publiek geopend. Verwey Museum Haarlem verbindt historie en kunst en is zeven dagen per week op Groot Heiligland 47 in Haarlem te bezoeken.
>Menig Haarlemmer kent Tesselschade alleen van de handwerkwinkel aan de Grote Houtstraat. De winkel, met ouderwets ijzeren uithangbord boven de onopvallende etalage, is al bijna even oud als de vereniging zelf. Sinds 1871 ondersteunt Tesselschade vrouwen bij het zelfstandig werken en studeren. De oudste vrouwenvereniging van Nederland maakt daarbij geen onderscheid, maar gunt ‘Elck syn waerom’.
>In de zeventiende eeuw werden misdadigers in Holland allesbehalve zachtzinnig aangepakt. De meeste straffen werden in het openbaar uitgevoerd als waarschuwing voor de burger. De schepenen (rechters) konden hierbij kiezen uit verschillende martel- en executiemethoden, waaronder onthoofden, ophangen, wurgen, radbraken, geselen, brandmerken en tepronkstelling.
>Tot 20 maart 2023 is in Museum Haarlem de tentoonstelling ‘Dicht bij Mari Andriessen’ te zien van de bekendste Nederlandse beeldhouwer Mari Andriessen (1897 – 1979). Beelden uit privé (familie) collecties, penningen, tekeningen en schetsen van voorstudies, zijn nooit eerder tentoongesteld. Dit werk, de herinneringen van familie en vrienden, en de oorspronkelijke objecten uit zijn atelier maken dit intieme verhaal over het leven van de maker van De Dokwerker (Amsterdam, 1952), het ontroerende beeld van Anne Frank (bij de Westerkerk in Amsterdam, 1975) en Man voor vuurpeloton (Haarlem, 1949) compleet. ‘Dicht bij Mari Andriessen’ geeft een overzicht van zijn leven, zijn werk en zijn vrienden. Een meer persoonlijke kennismaking met deze meest gevraagde kunstenaar voor oorlogsmonumenten, is niet mogelijk.
>Wist je dat er een geheime molentaal bestaat? Door de wieken in een bepaalde stand te zetten kon de molenaar boodschappen doorgeven aan zijn omgeving. Dit gebeurde in tijden van vreugde, rouw, oorlog en verzet. Ook nu nog gebruiken molenaars deze speciale molentaal. De redactie van Oneindig Noord-Holland ging op bezoek bij Molen de Adriaan in Haarlem en kreeg uitleg over de verschillende betekenissen.
>