
Als je over het Noordereinde rijdt, trekt Grateful Living direct je aandacht. De vrolijk uitgestalde Boeddhabeelden, klankschalen en wollen truien voor de deur nodigen uit om even te stoppen. Maar wat nog meer opvalt, is het karakteristieke houten gebouw – een opvallende verschijning tussen de stenen huizen. Het meer dan honderd jaar oude pand begon zijn leven als timmermanswerkplaats, gebouwd door timmerman Bolderheij. ‘Ik hoor verschillende bouwjaren: 1913, 1914, 1915. Laten we maar 1913 zeggen, dat klinkt net wat charmanter,’ lacht eigenaar Jan Willem de Bok.

Jan Willem de Bok in zijn winkel. Foto: Sarah Remmerts de Vries.
Groene omgeving
Vijf jaar geleden opende hij de winkel, vlak voor de coronapandemie. ‘We waren een maand open en toen moesten we alweer dicht. Daardoor heeft het allemaal een wat langere aanloop gehad.’ Inmiddels heeft Grateful Living een vaste klantenkring opgebouwd, maar elke dag stappen ook nieuwe bezoekers binnen, vaak toevallige passanten. ‘De drukke weg voor de winkel is een voordeel en een nadeel. Er rijden hier dagelijks zo’n 12.000 auto’s voorbij, dat is toch mijn publiek,’ vertelt hij. De auto’s hoor je ook boven de winkel, waar Jan Willem met zijn vrouw woont. ‘Maar als ik weg wil van de drukte, hoef ik alleen maar naar de andere kant van de winkel te lopen.’

De achterzijde van de winkel kijkt uit op een weiland en het bos van Bantam. Foto: Sarah Remmerts de Vries.
En inderdaad, de achterkant van de winkel kijkt uit op een groen weiland, waar een groep zwanen ligt te rusten in het mistige gras. In de verte zijn de bomen te zien van landgoed Bantam. ‘Toen we het contract voor het pand tekenden, wisten we eerlijk gezegd niets van de omgeving hier. We hebben met stomme verbazing gekeken wat een prachtige locatie dit eigenlijk is.’ Die serene sfeer vertaalt zich ook naar de winkel. ‘We zitten natuurlijk niet in een winkelcentrum, dus soms is er wat minder aanloop. Maar dat geeft ons de ruimte om meer aandacht aan onze klanten te besteden, bijvoorbeeld met een kaartlegging of een kleine healing.’

Jan Willem legt graag een kaartje voor zijn bezoekers. Foto: Sarah Remmerts de Vries.
Met de flow mee
Het idee voor de winkel begon een aantal jaar geleden, tijdens een vakantie in San Francisco. ‘Op Haight-Ashbury heb je daar van die moderne hippiewinkeltjes. Ik had meteen het gevoel dat ik zoiets ook wel in Nederland zou willen doen.’ De Californische stad is ook de thuisbasis van Jan Willems favoriete band: The Grateful Dead, waar hij zijn levensvisie op gebaseerd heeft. ‘The Grateful Dead begint een nummer zonder te weten waar het naartoe gaat. Ze gaan met de flow mee en komen dan op gebieden waar anderen niet zouden komen. Zelf ben ik ook niet zo van de planning. Daar kan alleen maar teleurstelling of frustratie van komen. Als je niets plant, dan is alles meegenomen.’
Jan Willem heeft dan ook geen doorsnee carrière opgebouwd. ‘Ik wil wel dat mijn werk ook leuk is en op het moment dat ik het niet meer leuk vind, dan ga ik verder. Soms val je dan even tussen wal en schip.’ In een periode dat Jan Willem minder werk had, besloot hij de sprong te wagen. Samen met zijn vrouw kocht hij het winkelpand. ‘In Grateful Living heb ik mijn eigen visie neergezet. Ik ben altijd wel geïnteresseerd geweest in het paranormale. Die fascinatie komt hier samen met mijn liefde voor The Grateful Dead. Zo is deze winkel eigenlijk een cirkel van mijn hele leven.’

Grateful Living is een walhalla voor iedereen die met spiritualiteit bezig is. Foto: Sarah Remmerts de Vries.
Positieve energieën
Doordat Jan Willem de winkel met zoveel liefde runt, gebeuren er allerlei bijzondere dingen. Zo wordt hij geregeld bezocht door makers, die in de winkel komen om hun producten aan te bieden. ‘Ik heb een stelling met handgemaakt keramiek, sieraden, beelden van een beeldhouwster, dromenvangers van iemand die ze zelf maakt en drums van een man uit Amsterdam… Aan de ene kant maakt dat mijn winkel natuurlijk uniek, aan de andere kant vind ik het ook fijn om voor die mensen een springplank te zijn.’ Op de vraag of hij zelf ook dingen maakt, antwoordt hij lachend: ‘Ja, een puinhoop! Daar ben ik heel goed in.’
De winkel is ook een bijzondere ontmoetingsplek voor iedereen die ‘iets’ met energieën heeft. Zo werd Jan Willem er door verschillende bezoekers op gewezen dat er leylijnen door het pand heen lopen. ‘Dat zijn positieve energiebanen. Op een gegeven moment heb ik een wichelroede gekocht om het zelf eens te checken. En ze slaan inderdaad elke keer uit in het midden van de winkel.’ Zelf voelt Jan Willem daar weinig van, maar de bezoekers des te meer. ‘Dat zijn vaak mooie momenten. Sommigen voelen zich hier zo thuis, dat ze zelfs de andere klanten beginnen te helpen. Dan zit ik van de zijlijn te kijken en denk ik: ja, dat heb ik toch allemaal maar mogen ontwikkelen.’

Een beeld van de Indiase god Ganesha staat in het middelpunt van de winkel, waar de leylijnen samenkomen. Foto: Sarah Remmerts de Vries.
Armoedig én charmant
Leylijnen of niet, bijzonder is het winkelpand zeker. Niet voor niets kreeg het in 2011 de status van gemeentelijk monument, als één van de 38 gebouwen in ’s-Graveland. Dat brengt zowel trots als uitdagingen met zich mee. ‘Je mag weinig, maar je krijgt ook niks,’ vertelt Jan Willem met een grijns. ‘Toen we hierin trokken, hadden we er meteen mee te maken. De achtergevel was verrot, dus die wilden we vervangen. Maar dat mocht niet zomaar.’ De gemeente stuurde iemand langs om mee te kijken of een vergunning nodig was. ‘Zodra de eerste plank los kwam, bleken er geen originele spijkers meer in te zitten. Toen maakte het allemaal niet meer uit.’
Ook het vervangen van het dak werd een avontuur. ‘Wij wilden mooie, nieuwe dakpannen. Daar was de gemeente niet zo blij mee. Het mochten alleen gebruikte pannen zijn, die pasten bij de oude.’ Weer stuurde de gemeente iemand langs om mee te kijken. ‘Ik kan me hun uitspraak nog goed herinneren: “We vinden dat het er nu armoedig uitziet en dat vinden we charmant.” Ik denk: wacht even, je vertelt mij dat ik een armoedig huisje heb en dat ik het vooral zo moet houden?’ Het lukte uiteindelijk om de juiste dakpannen tweedehands te vinden. ‘Dus het ziet er nu nog steeds armoedig uit,’ lacht Jan Willem.

Als je over het Noordereinde rijdt, trekt de houten gevel van Grateful Living direct je aandacht. Foto: Sarah Remmerts de Vries.
Alles komt samen
Hoewel het pand in de winter soms aardig koud kan zijn en de enkele ramen het geluid van de voorbijrazende auto’s maar moeilijk tegenhouden, zou Jan Willem niet anders willen. ‘Als je gaat plussen en minnen, winnen de plussen toch altijd. We wonen in een pand waar geen tweede van is en dat is ook weer heel leuk.’
In de toekomst zou hij nog wel willen uitbreiden. ‘De werkplaats naast ons heeft geen woonbestemming. Het zou ideaal zijn om die erbij te trekken voor workshops. We hebben zelfs nieuwe buren die klankschaalsessies en healings willen doen. Het voelt alsof alles samenkomt. Net als vroeger, toen alle drie de panden – nummer 66, 68 en 70 – van één familie waren.’
Tot die tijd gaat Jan Willem gewoon lekker met de stroom mee. In Grateful Living heeft hij iets unieks neergezet: een plek waar verhalen worden gedeeld, energie stroomt en dromen een thuis vinden.

Sinds 2011 is het winkelpand een gemeentelijk monument. Foto: Jan Willem de Bok.
Tekst: Sarah Remmerts de Vries
Met dank aan Jan Willem de Bok.
Publicatiedatum: 20/01/2025
Vul deze informatie aan of geef een reactie.