Klederdracht van Marken
De kleurrijke streekdracht van Marken kenmerkt zich door de grote variatie. Zo is er een speciale lente- (tussen Pasen en Pinksteren), zomer-, herfst- (van St-Maarten tot Kerstmis) en winterdracht. Deze wordt indien nodig aangepast naar de drie stadia van rouw: zware rouw, lichte rouw en uit de rouw. Dan is er natuurlijke de daagse dracht, speciale werkdracht tijdens het werk binnenshuis en de zondagse dracht. Ook is er een speciale dracht bij oranjefeesten en bruiloften.
Op hoogtijdagen als Pasen en Pinksteren worden bijzondere oude kledingstukken gedragen. De zeer fraai geborduurde kledingstukken worden op deze feestdagen tevoorschijn gehaald. Ze worden elk jaar keurig opgevouwen en bewaard in zogeheten ‘babbekistjes’; prachtig beschilderde houten dozen met schuifdeksel.
De vrouwen die uit de rouw zijn, dragen met Pinksteren een wit linnen halsdoek met Marker witwerk. Onder witwerk wordt het borduurwerk met witte katoenen garens op witte linnen stoffen verstaan. De randen van de halsdoek zijn afgezet met handgeklost kant en op de punt zijn de initialen van de draagster geborduurd.
Marker Streekdracht in stappen
In de vorm
Het rijglijf (korset) heeft een stevige constructie. Tussen de voering zijn van voren en van achteren (niet op zij) baleinen aangebracht. De stiksels vormen tussen de boven- en voeringstof smalle zakjes waarin de baleinen gestoken kunnen worden. Vroeger werd er gebruik gemaakt van walvisbaleinen, tegenwoordig zijn ze van plastic of Spaans riet (een soort bamboe).
Het rijglijf is mouwloos, rijkt net over de taille en is van voren uitgesneden. Het wordt aan de voorzijde dicht gesnoerd met een lange veter. Bij meisjes zit de rijgsluiting op de rug.
Geborduurde rozen op de rug
Het opmerkelijke van dit kledingstuk is het rijke borduurwerk met geometrische bloemen op het rugpand. Het motief bestaat uit vijf of zeven rozen. Een rijglijf met zeven rozen werd uitsluitend gedragen door een bruid. Van de prachtig geborduurde rijglijven is aan de voorzijde maar een klein stukje te zien tussen de bauw (een rechthoekig lap onder de hals) en het schort.
Iedere borduurster heeft haar eigen lievelings bloemen en manier van borduren. Bijzonder om te zien dat de keuze in borduurmotieven verandert in de loop der jaren. Zo waren vroeger potjes met bloemen een geliefd motief, tegenwoordig zijn losse bloemmotieven populair.
Kleur en materiaal
Als een vrouw uit de rouw is draagt zij zogeheten ‘wilde kleuren’, waarbij het rijglijf met wel dertien kleuren wol is geborduurd. Bij rouw zijn de stiksels rood maar zijn de kleuren van het borduurwerk veel gedempter. Zo wordt er bij lichte rouw gebruik gemaakt van paars of blauw, en de kleur zwart bij zware rouw. De vorm van de kleding blijft bij alle onderdelen ongeveer hetzelfde.
Het rijglijf werd ruim honderd jaar geleden nog gemaakt van ‘kouselappenstof’. Dit waren oude soldaten jassen die een tweede leven kregen op de kousenhielen (tegen de slijtage van de klompen) en als basismateriaal voor de rijglijven.
Voor de rijglijven wordt het kleurrijk vrijborduurwerk (de wilde kleuren genoemd) toegepast. De daagse wollen lijfjes worden versierd met wollen borduurgarens. De rijglijven van zijde zijn bestemd voor Pinksteren of bruiloften en zijn versierd met zijden garens.
Inspirerende motieven
Het Nederlandse merk Oilily staat bekend om zijn kleurrijke motieven. De ontwerpers laten zich inspireren door folklore. Voor een van hun collecties gebruikten zij de combinatie van ruiten, strepen en bloemen, gebaseerd op de motieven en kleuren uit de Marker streekdracht.
Immaterieel erfgoed
In 2014 is Marker borduren opgenomen in de Inventaris Immaterieel Erfgoed Nederland. De kennis van de borduurtechnieken van Marken is nog maar bij weinig mensen aanwezig. Gelukkig speelt het Marker Museum een actieve rol bij het behoud van de traditie, daarnaast bezit het Nederlands Openluchtmuseum in Arnhem een grote collectie streekkleding van Marken.
Auteur: Judith van Amelsvoort
Bronnen:
Constance Nieuwhoff, Willem Diepraam en Cas Oorthuys, Klederdrachten; een reis langs de levende streekdrachten van Nederland, p. 13-27
Immaterieel erfgoed: marker borduren
Theodoor Molkenboer, “De Nederlandsche Nationale Klederdrachten“, 1917.
Publicatiedatum: 19/03/2021
Vul deze informatie aan of geef een reactie.