
In de zeventiende eeuw heette het IJsselmeer nog de Zuiderzee en het water strekte zich uit tot aan Gelderland. De zoute Waddenzee was nog niet afgesloten en het was een belangrijke vaarroute naar verre bestemmingen. De binnenzee was een populaire, maar ook erg gevaarlijke vaarroute naar de haven van Amsterdam. Met storm en mist ging er regelmatig een schip ten onder op de Zuiderzee. Daarom besloten de Staten van Holland en West-Friesland dat er drie vuurtorens langs de route moesten komen bij Marken, Durgerdam en Enkhuizen, genaamd de ‘Suydersee Vuur Bakens’.

De vuurtoren, anderhalf uur gaans van Enkhuizen, 1726. Collectie Provinciale Atlas, Noord-Hollands Archief.
Vuurtoren de Ven is gebouwd rond 1700. De stichters, de burgemeesters van Amsterdam, Hoorn, Medemblik en Enkhuizen, zijn vereeuwigd op een stenen cartouche boven de ingang. Samen met de bakens van licht bij Marken en Durgerdam, wees De Ven de weg tussen de Waddenzee en Amsterdam tijdens de late Gouden Eeuw. Alle drie de bakens hadden oorspronkelijk eenzelfde vierkant ontwerp, maar alleen bij De Ven is dit bewaard gebleven. Na meer dan 300 jaar kom je de eenzame vuurtoren nog steeds tegen op een wandel- of fietstocht over de Oosterdijk.
Dit verhaal is onderdeel van het thema Goudkust: verhalen over sporen van de Gouden Eeuw aan de West-Friese kust. Bekijk hier alle verhalen binnen dit thema.
Publicatiedatum: 27/06/2019
Vul deze informatie aan of geef een reactie.