
De geboorte van een pelmolen
Het Prinsenhof werd in 1722 gebouwd als pelmolen, een type molen dat speciaal ontworpen is voor het pellen van gerst. Bij dit proces wordt de harde schil van de gerstkorrel verwijderd, waardoor gort overblijft. In die tijd was gort een onmisbaar voedingsmiddel, vooral gebruikt in pap, soepen en pannenkoeken, of gewoon gekookt gegeten. Het kon enorm lang bewaard worden en was daarom ook erg geschikt om mee te nemen op lange scheepsreizen. Gedurende de eerste 178 jaar van zijn bestaan hield Het Prinsenhof zich uitsluitend bezig met deze taak. De windkracht dreef de pelstenen aan en produceerde dag in, dag uit gort voor de regionale markt.

Molen Het Prinsenhof met houten schuur, 2010. Foto: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons.
Het pellen van gerst was in de achttiende en negentiende eeuw een essentieel onderdeel van de voedselvoorziening in Nederland. De Zaanstreek stond bekend als een industriële hotspot, waar talloze molens ingezet werden voor de verwerking van grondstoffen. Al vanaf de zeventiende eeuw ontwikkelde dit gebied zich tot het oudste industriële landschap van Europa. Dankzij de afwezigheid van strenge gilden, zoals die in Amsterdam wel bestonden, kregen ondernemers de ruimte om innovatieve molentechnieken toe te passen. Dit leidde tot een ongekende groei van windmolens die uiteenlopende producten verwerkten, van hout en olie tot papier en voedingsmiddelen.

De baard van de molen. Foto: Rasbak, CC BY-SA 3.0, via Wikimedia Commons.
Nieuwe tijden, nieuwe taken
Maar zoals elke industrietak moesten ook de Zaanse molens zich blijven aanpassen aan nieuwe markten en technieken. Rond 1900 werd Het Prinsenhof vooral nog gebruikt voor het verwerken van veevoer en andere restproducten, zoals rijstdoppen, cacaodoppen en koffiedoppen. De Hamburger en Bremer koffiedoppen waren een bijproduct van de koffie-industrie met verschillende toepassingen. Hier ging de pelmolen zo’n vijftien jaar mee door, tot aan het begin van de Eerste Wereldoorlog (1914-1918).
Met de oorlogsjaren kwam er opnieuw een verandering. Producten waren schaars en de vraag naar alternatieve grondstoffen nam toe. Het Prinsenhof paste zich aan door zaagsel te vermalen tot houtmeel. Dit houtmeel was een belangrijke grondstof voor de productie van linoleum, een populair vloerbedekkingsmateriaal in deze tijd. Gedurende bijna vier decennia, tot 1954, bleef de molen actief als producent van houtmeel.

Interieur van de molen. Foto: De Zaansche Molen.
Pogingen tot herstel en behoud
Na 1954 werd Het Prinsenhof overgenomen door de firma Gebroeders Laan, eigenaar van de huidige Lassie fabriek. De nieuwe eigenaar had ambitieuze plannen: de molen moest in zijn oorspronkelijke glorie worden hersteld en een pellerijmuseum werd ingericht in de naastgelegen schuur. Het doel was om van Het Prinsenhof een authentiek en leerzaam promotiemiddel te maken voor de gerstpellerij. Aan deze restauratie dankt de molen zijn huidige inrichting.

Het Prinsenhof tijdens de restauratie, 1962. Foto: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons.
Op 20 juni 1961 werd de molen voor een klein bedrag door de Gebroeders Laan overgedragen aan Vereniging De Zaansche Molen. Deze organisatie zet zich in voor het behoud van historische molens in de Zaanstreek. Dit betekende een keerpunt in de geschiedenis van Het Prinsenhof. Begin jaren zeventig volgde nog een grote restauratie, waarbij de molen in oude luister werd hersteld. Na jaren van stilstand draaide de molen weer als vanouds.

Zicht op het kruirad op de stelling. Foto: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons.
Terug naar de oorsprong
Na de overdracht werd de molen weer op gezette tijden in werking gehouden. Dit gebeurde op vrijwillige basis. Als molenaar werd de bekende Westzaner Piet Klees aangesteld. Op 17 november 1978 was het zover: de eerste partij gerst werd gepeld. Zo keerde Het Prinsenhof terug naar de taak die hij meer dan 250 jaar geleden had.

Molenaar Piet Klees staat beneden in de molen bij de waaierij en controleert het maalgoed, ca. 1975-1980. Foto: Beeldbank De Zaansche Molen.
Waar in de negentiende eeuw de meeste rijst- en gerstpellerijen in de Zaanstreek al waren overgestapt op mechanische en stoomaandrijving, bleef Het Prinsenhof al die tijd trouw aan windkracht. Daardoor is de molen, waar nog altijd met traditionele technieken gewerkt wordt, een levend monument van ambachtelijk vakmanschap.

Tekeningen en onderdelen in de molen. Foto: Quistnix at nl.wikipedia, CC BY-SA 2.5, via Wikimedia Commons.
Het Prinsenhof anno nu
Tegenwoordig is Het Prinsenhof een geliefde bestemming voor bezoekers die geïnteresseerd zijn in de geschiedenis van de Zaanse molens en traditionele voedselproductie. De molen wordt draaiende gehouden door vrijwillige molenaars, die met passie en toewijding hun vak verstaan. Dankzij de inzet van Vereniging De Zaansche Molen blijft Het Prinsenhof niet alleen bewaard, maar kan de oude traditie voortleven.
De ligging van de molen, vrijstaand in de polder aan de Weelsloot te Westzaan, zorgt ervoor dat hij al van veraf te bewonderen is. Vanaf de snelweg A8 is het silhouet van Het Prinsenhof goed te zien, een baken van geschiedenis in het open landschap van het Westzijderveld. Wie de Zaanstreek bezoekt, mag deze bijzondere molen niet overslaan. Hier, aan het eind van het Relkepad, draait de tijd nog even ouderwets rond.

Het Relkepad met in de achtergrond molen Het Prinsenhof, 2011. Foto: Txllxt TxllxT, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons.
Molen Het Prinsenhof in de spotlight
In het kader van het 100-jarige jubileum van Vereniging De Zaansche Molen wordt elke maand één van de molens uitgelicht. In april staat molen Het Prinsenhof in de spotlight. Tijdens het feestelijke weekend van 11, 12 en 13 april zijn er tal van activiteiten bij de molen. Vrijdagavond wordt afgetrapt met livemuziek en laten de molenaars de molen de hele nacht draaien tijdens een speciale nachtmaal-sessie.
Op zaterdag en zondag is de molen open voor bezoekers. Er zijn rondleidingen, een speurtocht voor kinderen, proeverijen van gort en twee gloednieuwe foto-exposities. Een unieke kans om deze bijzondere pelmolen van dichtbij te beleven en kennis te maken met de mensen die de molen draaiende houden. Verder is de molen elke zaterdag in april te bezoeken van 11 tot 17 uur. Kijk op de website van De Zaansche Molen voor meer informatie.
Tekst: Sarah Remmerts de Vries
Omslagfoto: Molen Het Prinsenhof. Foto: Kees Jak.
Bronnen:
- De Zaansche Molen.
- iamsterdam.
- Fietsnetwerk.
- Molendatabase.
- Oneindig Noord-Holland.
- Archieffoto’s van Het Prinsenhof uit de beeldbank van De Zaansche Molen.
Publicatiedatum: 10/04/2025
Vul deze informatie aan of geef een reactie.