Oneindig Noord-HollandBeleef de geschiedenis van jouw provincie

Historisch landgoed Ter Coulster in Heiloo

Ter Coulster in Heiloo is het enige historische landgoed boven het Noordzeekanaal dat nog particulier eigendom is. In het bos mag je vrij wandelen, maar niet iedereen weet dat er bijna vier eeuwen lang een kasteel en in de negentiende eeuw een landhuis heeft gestaan.

Landgoed Ter Coulster, waarvan de ingang aan de Kennemerstraat 432 ligt (er stopt een bus), is 45 hectare groot, waarvan 10 hectare bos. De rest bestaat uit weiland. Het bos is vrij toegankelijk en bestaat uit een glooiend landschap met romantische paden en veel oude bomen. Ook zijn er stuifduinen (heuveltjes), vanwaar je een mooi uitzicht over de ‘heerlijkheid’ hebt. Een heerlijkheid die in 1808, toen de burgemeester van Alkmaar het landgoed kocht, tien keer zo groot moet zijn geweest. In de loop der tijd heeft de familie steeds een stukje verkocht, om met de opbrengst het verliesgevende landgoed in stand te houden.

Honden moeten aan de lijn, zodat ze de andere dieren in het bos niet storen. Er zijn takkenwallen aangelegd, waaronder egels, muizen en kleine vogeltjes kunnen schuilen. Dat heeft ook tot een toename van roofvogels geleid, zoals buizerds, sperwers en valken.

Mede-eigenaar en beheerder Bart van der Feen de Lille en zijn vrouw Marielies van Lente wonen sinds 2008 op het landgoed, dat Barts familie al meer dan twee eeuwen in bezit heeft. Foto: Arnoud van Soest.

Twee boerderijen

Op dit moment bezit de familie op het landgoed nog twee boerderijen. Allereerst is daar Betsy’s hof uit 1913, dat is vernoemd naar een oud-tante van mede-eigenaar Bart van der Feen de Lille. Bart is een telg van de familie die het landgoed al meer dan 215 jaar in bezit heeft. Samen met zijn vrouw Marielies van Lente is hij er in 2008 gaan wonen. “Het was de eerste keer in meer dan tweehonderd jaar dat iemand van de familie permanent op het landgoed ging wonen,” vertelt hij in de keuken van Betsy’s Hof. “Mijn familie bewoonde ooit een patricïershuis in Alkmaar, Huize de Dieu uit 1744, maar in de zomer woonden ze in een houten landhuis op het landgoed.”

De tweede boerderij, Ter Coulster Hof, staat in het midden van het bos, stamt uit 1887 en wordt al zeventig jaar door dezelfde familie gepacht. Op de plek van die boerderij heeft tussen 1400 en 1788 een kasteel gestaan, met een brede slotgracht en een houten ophaalbrug.

De familie Van de Coulster was het eerste van vier geslachten die op het kasteel annex landhuis hebben gewoond. Het kasteel werd in 1517 door Grote Pier en zijn bende van Gelderse Friezen in brand gestoken en verwoest. Vervolgens is het weer opgebouwd en kwam er een uitzichttoren bij. In 1573 werd het bezet door de uit Waalse huurlingen bestaande Spaanse troepen, voordat ze naar Alkmaar optrokken.

In het midden van de zeventiende eeuw kreeg het kasteel meer het karakter van een landhuis, met zwanen en een boomgaard. Het had 37 vertrekken, maar omdat het er koud en vochtig was, en te duur in onderhoud, werd het in 1788 gesloopt.

“’t Huys Kouster”, Kasteel Coulster te Heiloo, ca. 1744. Tekening door H. de Winter (1717-1790). Noord-Hollands Archief / Collectie van prenten en tekeningen van de Provinciale Atlas Noord-Holland, Inventarisnummer 52.

Een houten landhuis

In 1808 kocht Jhr. Mr. Gijsbert Fontein Verschuir, die toen burgemeester van Alkmaar was, het landgoed. Hij liet er een houten landhuis op bouwen, met hout uit zijn eigen bos. Dat hout was echter niet voldoende uitgewerkt, dus het kraakte en tochtte aan alle kanten. Zijn erfgenamen lieten het huis in 1847 afbreken en in 1891 bouwde de overgrootmoeder van Bart daar vlakbij een zeskantige theekoepel, dat je tijdens rondleidingen kunt bezoeken. In de Tweede Wereldoorlog hebben er nog onderduikers gebivakkeerd.

Bart heeft wel een vermoeden waarom het landhuis nooit is herbouwd. “Veel rijke Alkmaarders hadden in deze regio landhuizen, voornamelijk omdat de grachten in de zomer stonken, maar in de tijd dat het landhuis werd afgebroken waren de steden al weer een stuk schoner, en waren de grachten geen openbaar riool meer. Er was dus minder behoefte aan buitenverblijven.”

Bart (64) is trots op zijn landgoed en mag er graag over vertellen: “De meeste mensen lopen door het bos, maar beseffen niet dat de historie teruggaat tot de dertiende eeuw. Daar moet je op gewezen worden. Je kunt namelijk nog een deel van de fundamenten van het kasteel en een stukje van de oude slotgracht zien.” Zijn vrouw Marielies knikt instemmend. “Mensen rijden dagelijks over de Kennemerstraatweg, maar ze hebben geen idee dat achter de toegangspoort met die leeuwen nog een stuk bos ligt.”

Groot schilderij van het huis Ter Coulster, waarschijnlijk uit de periode 1724-1734. Maker onbekend. Foto: Johanneke Verhave.

Heer van Heiloo

Het landgoed is dus al meer dan twee eeuwen in bezit van twee families die met elkaar zijn getrouwd: de familie Fontein Verschuir en Van der Feen de Lille. Barts’ overgrootmoeder was nog jonkvrouw, maar omdat adel niet via de vrouwelijke lijn vererft, is hij zelf niet van adel, al mag hij zich wel Heer van Heiloo noemen. Als we hem vragen of je daar nog macht aan kunt ontlenen, begint hij te lachen. “Ik vind het een leuke titel, maar voor de rest geeft het totaal geen macht. Vroeger had zo’n heer invloed op de benoeming van schout en schepenen, maar dat kan nu natuurlijk niet meer.”

In een nieuwe publicatie van Huis van Hilde zijn alle archeologische onderzoeken samengevat die tussen 1983 en 2019 op het landgoed zijn uitgevoerd. Bart: “Er zijn bij voorbeeld stenen kogels in de slotgracht gevonden uit de tijd dat Grote Pier het kasteel verwoestte. Boer Hogensteijn, die in de boerderij woonde op de plek waar het kasteel heeft gestaan, gaf ze als een soort van relatiegeschenk weg.” Eén van de bewaard gebleven kogels is binnenkort in Huis van Hilde te zien.

Mede-eigenaar en beheerder Bart bij de ingang van de oprijlaan van landgoed Ter Coulster, die vijftien jaar geleden werd opgeknapt. Foto: Arnoud van Soest.

Twee leeuwen

Dan is het tijd voor een korte rondleiding over het landgoed. We beginnen bij de  toegangspoort, die vijftien jaar geleden is opgeknapt. Bij die gelegenheid zijn de twee leeuwen gerestaureerd. Ze zijn vierhonderd jaar oud en vermoedelijk afkomstig van landgoed Iepenstein, het huidige Willibrordusterrein. De leeuwen houden elk een wapen in hun poten van de twee families die het landgoed al meer dan twee eeuwen bestieren.

Bart wijst op de bomen langs de oprijlaan. “Na de oorlog stonden er zo’n 180 bomen langs de laan, maar de helft daarvan heeft het loodje gelegd, omdat het kaphout er naast hoger was geworden. Dat nam het licht weg van de laanbomen. We hebben dus negentig nieuwe bomen aangeplant. Ik heb in die tijd veel verantwoording moeten afleggen aan mensen die het zonde vonden dat we zo veel hout kapten, maar als je uitlegt dat je dat doet om de bomen langs de laan de kans te geven om te groeien, snappen ze het wel. De meeste mensen zijn later ook vrijwilliger geworden.”

Voor het bosonderhoud wordt Bart door dertig vrijwilligers bijgestaan. Het meeste onderhoud doen ze in de winter, omdat de bomen dan geen bladeren hebben. “We kappen bomen die om dreigen te vallen en een gevaar kunnen opleveren voor de wandelaars. Veel bomen in dit bos zijn méér dan tweehonderd jaar oud en aan het einde van hun Latijn.”

Halverwege de laan wijst Bart nog op een greppel. “Dat was vroeger een voetpad en we vermoeden dat Grote Pier en de Spaanse troepen van dit soort paden gebruik hebben gemaakt, want we hebben hier kogels en schoengespen gevonden.”

Bij de midden in het bos gelegen boerderij Ter Coulster Hof zijn rundvlees, kaas, eieren, rauwe melk en honing te koop. Foto: Arnoud van Soest.

Ter Coulster Hof

We lopen naar de boerderij Ter Coulster Hof, die op een kwart van het oorspronkelijke kasteelterrein staat. Er staan automaten waar je rundvlees, eieren, kaas, rauwe melk en honing kunt kopen. Bart wijst naar de grond onder de buitenmuur van de boerderij. “Kijk, dit is nog een stukje van de fundamenten van het oude kasteel en die inkeping daar, dat was de aanzet van de ophaalbrug.” Hij wijst ook op de resten van de oude slotgracht. “Vroeger liep die gracht rondom het kasteel, maar die is in de loop der eeuwen dichtgegooid.”

Vervolgens lopen we naar twee bruggetjes over de Ter Coulster Vaart, die uitmondt in wat nog over is van het riviertje de Die. “Waar nu de A9 loopt, liep vroeger de Die. Dat was de hoofdvaarverbinding van Noord-Holland. Op oude landkaarten kun je zien dat die helemaal doorliep tot aan Alkmaar. Via dat riviertje werden vanuit het buitenland al die zware stenen  aangevoerd voor de bouw van de kastelen en landhuizen die ooit in deze streek hebben gestaan.”

Toen het landgoed 215 jaar in de familie was, werden twee bruggetjes over de Ter Coulster Vaart in ere hersteld. Foto: Arnoud van Soest.

Nieuwe bruggetjes

“Toen Ter Coulster 215 jaar in de familie was, vond ik het leuk om die houten bruggetjes met witte leuningen weer in ere te herstellen. Mijn overgrootouders hebben ze begin 1900 laten bouwen, maar omdat je er niet overheen kon met een trekker, die je nodig hebt voor het bosonderhoud, zijn de leuningen in de loop van de tijd verdwenen. We hebben de nieuwe bruggetjes extra stevig gemaakt zodat je er wel met een trekker overheen kunt.” De aanleg van de bruggetjes heeft een aardige duit gekost, bevestigt Bart, om er met een glimlach aan toe te voegen: “Je moet wel een beetje gek zijn, maar het is ook leuk.”

De zeskantige theekoepel werd in 1891 op het landgoed gebouwd. Beeld Provincie Noord-Holland.

Inmiddels zijn we bij de theekoepel aanbeland. “Op Open Monumentendag en tijdens rondleidingen van de Historische Vereniging Heiloo kun je hier een kijkje nemen. We drinken hier ook wel eens thee met de vrijwilligers; dat is best wel knus.” Erg groot is de theekoepel niet, maar er kunnen met gemak 15 mensen in.

De theekoepel is op Open Monumentendag en tijdens rondleidingen te bezoeken. Foto: Arnoud van Soest

‘Een ander heeft een buitenhuis in Frankrijk, wij hebben dit landgoed’

Het landgoed Ter Coulster is sinds 1928 gerangschikt onder de NatuurSchoonWet. Die wet biedt bepaalde belastingvoordelen en is in het leven geroepen om particulieren te helpen hun landgoed in stand te houden, want het landgoed is ‘zwaar verliesgevend’, legt Bart desgevraagd uit. “Er wordt wel land verpacht, maar de opbrengst daarvan is erg laag.” Toch heeft hij er wel lol in. “Een ander heeft een buitenhuis in Zuid-Frankrijk dat klauwen met geld kost, wij hebben dit landgoed. We doen heel veel zelf en dat kan alleen dankzij de vrijwilligers. Het is altijd heel gezellig als ze er zijn. Het landgoed is al heel lang in de familie en we vinden het leuk om iets terug te doen voor de samenleving. Je houdt het in stand en iedereen profiteert er van.”

Bart met twee van de stenen kogels die in de slotgracht zijn gevonden. Foto: Arnoud van Soest.

Ter Coulster opgedolven

De archeologische opgravingen op landgoed Ter Coulster worden samengevat in ‘Ter Coulster opgedolven’, nummer 17 in de reeks Noord-Hollandse Archeologische Publicaties. De publicatie, onder redactie van dr. G.P. Alders, is bij Huis van Hilde in Castricum te koop, maar ook gratis te downloaden via de website. Op de website van het landgoed zijn fraaie foto’s te bekijken die Kitty Hoogland maakte van het landgoed in verschillende jaargetijden.

Maar wie àlles over het landgoed wil weten, kan terecht in het fraai verzorgde en rijk geïllustreerde standaardwerk ‘Ter Coulster’ uit 2023, dat Jaap de Graaf van de Historische Vereniging Heiloo schreef. Beide boeken zijn te koop in Huis van Hilde en in Heiloo bij Archeologisch Museum Baduhenna en Historisch Museum Heiloo.

Auteur: Arnoud van Soest

Publicatiedatum: 04/12/2025

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie.

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vereiste velden zijn gemarkeerd met *. Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.