Oneindig Noord-HollandBeleef de geschiedenis van jouw provincie
NL | EN

De middeleeuwse kruidentuin van Kasteel Radboud

Kasteel Radboud in Medemblik is de enige van vijf West-Friese burchten die nog overeind staat. Voor een kasteel en zijn bewoners was het vroeger belangrijk om een eigen voedselvoorziening te hebben. Daarom hadden de meeste kastelen niet alleen een eigen boerderij, maar ook een ‘cruydhof’. Kasteel Radboud kreeg in coronatijd een middeleeuwse kruidentuin, gebaseerd op de beschrijvingen van kruidenvrouw Lobbrecht Aerntsdochter.

Lobbrecht Aerntsdochter wilde al op jonge leeftijd het klooster in, maar dat bleek nog niet zo makkelijk. Ze was namelijk niet van adel en had ook geen bezittingen om aan het plaatselijke klooster te schenken. In haar tijd konden alleen zoons en dochters van edelen in het klooster terecht – meestal begeleid door een gulle schenking van hun familie.

Maar Lobbrecht had geluk: in de late veertiende eeuw ontstond er een nieuwe spirituele beweging in ons land, die terug wilde keren naar de oorspronkelijke staat van de kerk, zonder rijkdom en andere poespas. De Moderne Devotie richtte broeder- en zusterhuizen op die open stonden voor iedereen. Deze kloosterlingen legden geen geloften af, maar leefden wel volgens de regels van het klooster. Ook Medemblik kreeg in 1395 zo’n modern klooster: het Mariaconvent.

Natuurlijk sloot Lobbrecht zich als een van de eersten aan. Als bewoonster van het Mariaconvent wijdde ze haar leven niet alleen aan God, maar werd ze ook verantwoordelijk voor de kruidentuin. Zo hield ze een zogenaamd ‘Cruyd-Boeck’ bij, waarin beschrijvingen van de verschillende kruiden en hun werking stonden. Dit bijzondere boek vormt de basis voor de kruidentuin van Kasteel Radboud.

Moderne Lobbrecht

De kruidentuin van het kasteel is in 2020 aangelegd door de moderne Lobbrecht van Medemblik: Saskia Assink. Saskia komt uit de gezondheidszorg en heeft zich inmiddels gespecialiseerd in kruidengeneeskunde. Als therapeut geeft ze onder meer energetische therapie en shiatsu massage, maar als vrijwilliger bij Kasteel Radboud is ze verantwoordelijk voor het onderhoud aan de middeleeuwse kruidentuin. En dat doet ze met heel veel liefde.

‘De planten die er groeien, zijn gekozen op basis van historische gegevens en medicinale waarde,’ vertelt Saskia. ‘Naast klassiekers zoals lavendel, brandnetel en oregano, staan in de tuin onbekendere planten zoals wouw, malva en hartgespan. Overal tussendoor groeit duizendblad als bodembedekker.’ Ook is er dit jaar één fluitenkruid opgekomen, hoewel Saskia geen idee heeft waar die vandaan komt. De witte schermbloemen torenen trots boven de anderen uit. ‘Hij is in drie nachten wel vijftig centimeter gegroeid!’ lacht ze verwonderd.

Een echte klassieker die in de mediterrane keuken gebruikt wordt: rozemarijn. Foto: Sarah Remmerts de Vries.

Plant spiegelt de mens

Saskia vertelt graag hoe kruiden in de middeleeuwen gebruikt werden. ‘Het toont aan hoe de mens zich in vroeger tijden moest redden met de toen beschikbare middelen. Ze waren hier heel vindingrijk in.’ Om de werking te achterhalen, ging men vaak op het uiterlijk van de plant af. Zo heeft longkruid allemaal kleine vlekjes op de bladeren, die men in verband bracht met longziektes. De rozerode en blauwe bloemetjes vergeleek men dan weer met de vaten en venen van de mens. Daarom móest de plant wel ondersteunend werken op het bloed en de longen, zo redeneerden kruidkundigen.

De vlekjes op het blad van het longkruid werden in verband gebracht met longziektes. Foto: Sarah Remmerts de Vries.

Voor elk kwaaltje was wel een plant te vinden. Zo werd gedacht dat smeerwortel wonden kon dichten, zette men kleefkruid in tegen gewrichtspijn en werd valeriaanwortel geroemd om zijn rustgevende effect. De brandnetel werd als reinigende voorjaarskuur gebruikt na de lange winter en Wilgenbast als pijnstiller. Dat was niet voor niets, zo weten we nu. Omdat we tegenwoordig de mogelijkheid hebben om planten te analyseren op hun inhoudsstoffen, is ontdekt dat de wilg salicylzuur bevat – inderdaad, de werkzame stof in aspirine.

De wilg bevat salicylzuur, de werkzame stof in aspirine. Foto: Sarah Remmerts de Vries.

Middeleeuwse smaakmakers

Sommige planten, zoals geranium, lavendel en citroenkruid, verspreiden een heerlijke zoete geur in de kruidentuin. De geur van de laatste doet zelfs denken aan die van colasnoepjes. Niet voor niets wordt het ook wel ‘coca cola struik’ genoemd. Hoewel de bladeren erg bitter zijn, werden ze in de middeleeuwen gebruikt om vette gerechten smaak te geven. De gele bloemetjes van de sleutelbloem gingen vroeger door de pannenkoeken heen en de oregano is tegenwoordig nog steeds lekker in Italiaanse recepten. ‘Elke keer als ik zelf pizza maak, ga ik even langs de tuin om wat oregano te plukken!’ vertelt Saskia.

Je zou denken dat de zoetst geurende planten de meeste aantrekkingskracht hebben op bezoekers, maar niets is minder waar. Zo krijgt Saskia vaak vragen over hartgespan, een van de meest onbekende planten uit de tuin. Hartgespan werd in het oude Griekenland en China ingezet tegen een hoge bloeddruk, hartkloppingen en menstruatieklachten. In de moderne westerse gezondheidszorg wordt hij niet gebruikt, omdat onderzoekers geen werkzame inhoudsstoffen hebben kunnen vinden. Maar sommige mensen menen dat de plant op energetisch vlak helpt op het gevoel nergens bij te horen, daarom wordt hij ingezet als bloesemremedie. Toch zal Saskia hem zelf niet zo snel gebruiken. ‘Grappig genoeg ben ik er allergisch voor,’ lacht ze.

Zelf aan de slag

Een aparte categorie vormen de planten die gebruikt worden voor hun verfstoffen. Zo worden de toppen en zaden van de wouw al sinds de prehistorie gebruikt om stoffen geel te verven. Om de verfstoffen vrij te laten komen, moet de plant eerst gekookt worden in water met urine. Ook de meekrap is in Nederland sinds de veertiende eeuw in gebruik als verfplant. De gedroogde en verpulverde wortels geven kleding een oranje of rode kleur. De plant werd ook door kunstschilders gebruikt. Verf van de meekrap stond bekend als ‘Kraplak’ of ‘Turks Rood’.

Hoewel je met verfplanten heerlijk creatief kunt experimenteren, raadt Saskia dat met de geneeskrachtige kruiden sterk af. Remedies die tijdens de middeleeuwen gangbaar waren, zijn dat vandaag de dag zeker niet altijd meer. Bezoek bij medische problemen altijd je eigen huisarts en ga niet zelf dokteren. De kruidentuin van Kasteel Radboud is geen apotheek, maar alleen bedoeld om in te wandelen en rond te kijken. Dat op zich is al een hele gezonde bezigheid!

Dag van het Kasteel: Naar buiten!

Tijdens de Dag van het Kasteel (6 t/m 9 juni 2025) openen traditiegetrouw honderden kastelen hun deuren. Na twee jaar waarin de focus lag op de binnenvertrekken, gaat de Dag van het Kasteel in 2025 ‘Naar Buiten!’. Daarmee zet de organisatie tuinen, parken en moestuinen van kastelen, buitenplaatsen en landgoederen in de schijnwerpers. Bezoek tijdens het Pinksterweekend een kasteel bij jou in de buurt en dompel je onder in een wereld van natuurlijke schoonheid!

Ook salie groeit in de kruidentuin van Kasteel Radboud. Foto: Sarah Remmerts de Vries.

Tekst: Sarah Remmerts de Vries

Bronnen:

Publicatiedatum: 05/06/2025

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie.

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vereiste velden zijn gemarkeerd met *. Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.