De eerste bewoner
Als jonge erfgenaam was Willem Philip Barnaart (1781-1851) in het bezit gekomen van een enorm fortuin. Barnaart was nog maar begin twintig toen hij in oktober 1803 aan de Amsterdamse stadsbouwmeester Abraham van de Hart (1747-1820) vroeg om zijn woonhuis te bouwen. Van de Hart was toendertijd een bekende en gewilde architect. Zo ontwierp hij in 1794 het Hodshonhuis aan het Spaarne.
Het Huis Barnaart is tussen 1803 en 1808 gebouwd. De beste ambachtslieden uit Haarlem en Amsterdam werden hiervoor ingehuurd. In de plaats van drie panden verrees een huis van ruim 22 meter breed met vier woonlagen. Het resultaat was een prestigieus stadspaleis in de Franse empirestijl.
Onder het bewind van Lodewijk Napoleon werd Barnaart burgemeester van Haarlem. De koning van Holland kwam op maandag 27 april 1807 in zijn nieuwe huis dineren en logeren. Later zouden er nog veel meer voorname gasten volgen, waaronder koning Willem II.
Een overvolle keuken
In de keuken staat nog het originele zwartgeverfde fornuis en oven uit 1807. Langs de wand met vensters is het aanrecht met in de hoek een hardstenen gootsteen met pomp. Aan de andere zijde staat een grote groengeverfde servieskast. Volgens de audiotour is de keuken voor deze periode alweer ouderwets, ook al beschikt de keuken over een grote haard waar pannen en vlees boven het vuur konden worden gehangen. Met links van de haard een oven en rechts meerdere plekken waar het eten warm kon worden gehouden.
Tijdens de ontvangsten was het in de keuken erg warm en druk. Dienstmeiden liepen af en aan met schalen en borden, terwijl de kok zich uitsloofde aan het fornuis. De grote ramen zullen waarschijnlijk altijd open hebben gestaan. Via een deur in de hoek komen we in de bijkeuken met een hardstenen pomp. Hierachter bevindt zich een diensttrap, die leidt naar de bovengelegen verdieping.
Via een zijdeur komen we uit op de binnentuin. Het koetshuis ligt verscholen achter een rij bomen. Tegenwoordig doet een groot gedeelte van Huis Barnaart dienst als kantoor, maar het koetshuis wordt bewoond. Met behulp van een doorzichtig dienblad kan de bezoeker vanuit de tuin zien hoe de indeling van het huis was in 1808.
Voorraden in de kelder
Teruggekomen in de keuken met het lage plafond en de dwarsbalken, vervolgen wij onze weg naar de kelder. Deze is te bereiken via een trap onder het trappenhuis. Bezoekers mogen op hun weg naar beneden een lantaarn meenemen. Met het kleine lichtje in de donkere kelder kan je je voorstellen dat hier keukenmeiden en bediendes rondliepen om voorraden te halen voor het diner. In de koele ruimtes onder het huis werd het voedsel en de wijn bewaard.
Bijna alle wanden zijn voorzien van houten betimmeringen; grote kasten die konden worden afgesloten met een sleutel. Het dienstpersoneel werd slecht betaald en het gebeurde dan ook regelmatig dat er wat werd meegenomen. De hoofd-huishoudster hield de voorraadsleutel bij zich om diefstal tegen te gaan. Het hekwerk heeft in totaal 28 ijzeren sloten en er zijn speciale bierstellingen en wijnkisten. Twee grote kasten hebben onderaan een grote kist hangen. Deze waren bedoeld voor de aardappelen, zodat de bediendes ze gelijk konden pakken.
Een diner met de Barnaarts
In de keuken is op een groot zwart bord het menu te lezen voor zaterdag 19 maart 1808. Het bestond uit zeven gerechten, waaronder schapenbout met zure saus, gebraden varkenshaas met Saus Robert, gezouten rundvlees (gesneden), pasteitjes van gevogelte, wortels, rode kool en salade.
Jeanette Agnes van Deelen (1762-1830), vrouw van Cornelis Jonkheer van Foreest (1756-1825), was op 4 maart 1807 te gast in Huis Barnaart. Zij schreef een uitgebreid verslag van het ‘souper’ (een laat diner wat tussen 21.00 en middernacht plaatsvond). Tijdens dit feestelijke diner verschenen er maar liefst 21 verschillende gerechten op tafel!
Bediendes namen de gerechten uit de keuken via de diensttrappen mee naar de eetkamer. Op de grote tafel in de Erkerzaal ligt een tafelkleed met daarop de schalen met gerechten afgebeeld. Alle gerechten werden in één keer op tafel gezet. De grote hoeveelheid schalen met eten stonden symmetrisch over de tafel verspreid. Zo stond de soep en de zalm aan de ene kant van de tafel en het gebraden vlees met een andere soep aan de andere kant. Op de hoeken van de tafel werden verschillende sausen neergezet.
De stoelen aan weerszijden van de tafel waren gereserveerd voor de gastheer en gastvrouw. De gastheer werd geacht zijn gasten te helpen met de schalen aan te geven en te serveren. Ook de andere heren aan tafel werden geacht de dames naast hun te helpen, maar alleen van de gerechten die dichtbij hun stonden.
De Gouden Salon
Alle kamers in Huis Barnaart zijn prachtig, maar de parel is toch wel de ‘Gouden Salon’. De salon is, net als de rest van het huis, ingericht volgens de laatste Franse mode: in Empirestijl. De decoratie van het vertrek is bijzonder rijk en uitgebreid. De wanden zijn bekleed met goudkleurige geborduurde stof en de gedrapeerde gordijnen worden vergezeld door goudkleurige speren. De stof en de ornamenten refereren naar de tenten die Napoleon gebruikte tijdens zijn oorlogstochten.
Het ameublement in deze kamer is origineel en goed bewaard gebleven. De paars beklede meubelen met verguld houtwerk zijn in 2019 gerestaureerd en opnieuw gestoffeerd. Bij de bouw van het stadspaleis was dit de kostbaarste kamer om te realiseren; het kostte destijds 19.000 gulden. In deze ruimte staat in het midden een tafel met stoelen, waar bezoekers aan mogen gaan zitten om ‘Het Vermakelijke Empirespel’ te spelen.
Rechts achterin is een geheime deur die je als bezoeker mag openen. Als je hier doorheen gaat kom je uit bij een smalle diensttrap, die bediendes gebruikten om gemakkelijk in en uit het vertrek te komen. In deze kleine ruimte bevindt zich ook een toilet. Een leuk weetje uit de audiotour is dat het aan het begin van de negentiende eeuw doodnormaal was om op zijn tijd een laxeermiddel te nemen. Door het vele eten en de langdurige diners was hier kennelijk veel behoefte aan!
Elke kamer in het huis heeft zijn eigen sfeer en kleurenpallet. Het gezin Barnaart telde in totaal twaalf kinderen. Hun namen zijn geborduurd op de servetten die in de blauwe kamer met het lamellen-behang liggen. Dit was de dagelijkse eetkamer van het gezin. Hierna komt de bezoeker in het laatste vertrek van de rondleiding. Op de muren zijn uitvergrote delen van Barnaart’s brieven aan zijn tweede vrouw Maria te lezen. Bezoekers kunnen hier nog iets achterlaten in het gastenboek of een deuntje spelen op de piano.
Museumhuis Barnaart maakt deel uit van de collectie van Vereniging Hendrick de Keyser: het nationale doel voor beheer en behoud van historische huizen, gebouwen en hun interieurs. Meer weten over het huis, het prachtige interieur en zijn vroegere bewoners? Kijk hier voor meer informatie en openingstijden van Museumhuis Barnaart.
Auteur: Judith van Amelsvoort
Bronnen:
- Sarah Bakker, Het Huis Barnaart te Haarlem 1803-1808.
- Pen Vogler, Dinner with Mr Darcy – Recipes inspired by the novels and letters of Jane Austen, p. 14, 15, 34 en 35.
- Vereniging Hendrick de Keyser
- Wikipedia: Huis Barnaart,Willem Philip Barnaart
Publicatiedatum: 11/08/2022
Vul deze informatie aan of geef een reactie.
1 reactieKunt u ook wat info toevoegen over het beroep en de werkzaamheden van willem philippe. En waaraan had de familie hun fortuin te danken.