Van achter naar voren
De geschiedenis van Wester-Amstel begon in 1662, toen Nicolaas Pancras het terrein met twee huizen kocht. Hij verving beide huizen door een nieuw herenhuis bij een boerderij, gelegen achterop het perceel. Na Pancras verwierven respectievelijk Jan Marcusz in 1686 en Andries Leenderts in 1714 de grond. Eén van hen liet het huis van Pancras slopen en bouwde op de kop van het perceel een nieuw huis.
De oorspronkelijke begrenzing van het omgrachte perceel, de rechthoekige boomgaard en boomsingels ten noorden van het huis zijn er nog. Ook de lindenlaan vanaf het toeganghek naar achteren, is deels bewaard gebleven. Het toegangshek met de monumentale hardstenen pijlers dateert van rond 1760, maar staat op de plek van het zeventiende-eeuwse hek.
In 1776 werd Wester-Amstel net aan voor sloop behoed door Jean de Neufville die het geheel aankocht. Hij liet het vervolgens uitbaten als herberg.
Van Persijn
Verder verval bleef Wester-Amstel gelukkig bespaard. In 1792 werd Antonius Quirinus van Persijn de nieuwe eigenaar en hij beheerde het vijftig jaar lang met zorg. Hij liet er onder meer een zogenaamde Engelse partij aanleggen, een stuk tuin in de vroege Engelse landschapsstijl. Daarvan zijn nu nog delen herkenbaar langs de westgrens van het terrein. In 1802 en 1811 breidde hij het grondgebied uit naar het zuiden en het noorden.
Het huis is in de loop van de achttiende- of negentiende eeuw gewijzigd. In het oog springend zijn de vernieuwde vensters, de brede entreepartij en de bepleistering met daarin een blokmotief. Kenmerkend is ook de gebogen top (koof) die boven de middelste as oprijst uit het vlakke dak. Het houten achterhuis is grotendeels een reconstructie uit 1989 van oorspronkelijke achterhuis.
Na de dood van Van Persijn bleef Wester-Amstel familiebezit, maar werd door huurders bewoond en later nogmaals uitgebaat als herberg. Uiteindelijk werd het door vererving eigendom van de familie Van Lynden van Sandenburg die het in 1900 op de veiling brachten.
Lissone
De koper op de veiling in 1900 was J.Ph.J.F. Lissone. Hij investeerde in het huis en de tuin. De opvallende zeskantige houten tuinkoepel links voor het huis dateert van rond 1900 en zal een oudere koepel hebben vervangen. Rond dezelfde tijd werd ook een kippenpaleis in de schapenwei gebouwd, een typisch voorbeeld van een folly.
Stichting
Wester-Amstel werd tot in jaren 60 van de twintigste eeuw bewoond en onderhouden door de weduwe en dochters van Lissone. Daarna kwam het door vererving in eigendom van Ludwig Movig. Hij richtte de stichting op die ervoor heeft gezorgd dat Westeramstel niet alleen in goede staat werd gebracht en gehouden, maar ook dat het een toegankelijke en levende buitenplaats werd, die bijdraagt aan de groene ontwikkeling en beleving van Amstelland.
Wester-Amstel is een rijksmonument, daaronder vallen het huis, de tuinkoepel, de toegangbrug met hek en de historische aanleg. De buitenplaats is eigendom van de Stichting J.Ph.J.F. Lissone. Zowel het huis als de tuin zijn toegankelijk. In het hoofdgebouw is het kantoor van Groengebied Amstelland gevestigd en er worden exposities, literaire en muzikale optredens georganiseerd.
Landschap Noord-Holland / Cultuur Compagnie
Meer informatie:
www.wester-amstel.nl
www.groengebied-amstelland.nl
Literatuur:
- Bertram, Christian. Noord-Hollands Arcadia. Ruim 400 Noord-Hollandse buitenplaatsen in tekeningen, prenten en kaarten uit de Provinciale Atlas Noord-Holland. Met een bijdrage van Erik A. de Jong. Alphen aan den Rijn: Canaletto, 2005, 374.
- Heide, Finette van der. ‘De buitenplaats Wester-Amstel. Boerenhofstede gered van de ondergang’. Ons Amsterdam 43.3 (1991): 74-79.
- Oldenburger-Ebbers, Carla S., Anne Mieke Backer en Eric Blok. Gids voor de Nederlandse tuin- en landschapsarchitectuur. Deel West: Noord-Holland, Zuid-Holland. Rotterdam: De Hef, 1998, 92-93.
Publicatiedatum: 30/04/2012
Vul deze informatie aan of geef een reactie.