Na Amsterdam gingen ook in Utrecht en Den Haag Marokkanen over tot hongerstaking in kerkgebouwen. Hun tragische lot riep in brede kring mededogen op. Veel verontwaardiging wekte de verdenking dat werkgevers van illegalen soms weigerden de voor legalisatie benodigde verklaringen te overleggen, omdat ze bang waren dat er dan achterstallige premies moesten worden betaald.
Op 15 november werd de hongerstaking in de Mozes- en Aaronkerk na toezeggingen van staatssecretaris Henk Zeevalking van Justitie opgeheven, maar de kwestie van de illegale Marokkanen bleef nog drie jaar slepen. Het Komité Marokkaanse Arbeiders in Nederland (KMAN), politieke partijen, vakbonden en kerken zetten uitgebreide solidariteitsacties op touw en de druk op Den Haag werd steeds verder opgevoerd.
Na verschillende Kamerdebatten en demonstraties kwam het in de zomer van 1978 tot een nieuwe hongerstaking in Amsterdam, dit keer in de rooms-katholieke kerk De Duif op de Prinsengracht. Ook voor deze actie was landelijk veel media-aandacht. De ontknoping volgde nog hetzelfde najaar: op 17 oktober 1978 kregen alle 182 ‘kerkmarokkanen’ een verblijfsvergunning.
Tekst: Niels WismanDe Wereldplekken zijn onderdeel van het themanummer ‘Amsterdam Wereldstad’ van Ons Amsterdam. Maandblad over heden en verleden van Amsterdam, november 2011.
Publicatiedatum: 31/10/2011
Vul deze informatie aan of geef een reactie.