Oneindig Noord-HollandBeleef de geschiedenis van jouw provincie
NL | EN

Het matrozenpakje

Op oude foto’s zijn jonge kinderen vaak gekleed in een matrozenpakje. Zij staan geposeerd voor een geschilderde achtergrond in een fotostudio. De meesten kijken serieus, verveeld, dromerig en een enkele keer vrolijk in de camera. Zou de fotograaf zo zijn best hebben gedaan voor dit mooie plaatje of is het dankzij de trotse moeder die erachter staat? Het matrozenpakje was namelijk hét ensemble bij uitstek dat moeders graag voor hun kroost aanschaften en behoort tot de populairste kindermode aller tijden.

Aan het roer staan

De eerste moeder die haar kind een matrozenpakje aantrok was de Engelse koningin Victoria (1819-1901). In de zomer van 1846, tijdens een koninklijk bezoek aan Ierland, verscheen zij samen met haar zoon Albert Edward aan boord van de koninklijke jacht Victoria and Albert. De vierjarige kroonprins was gekleed in het witte uniform van de Engelse marine: een blouse met een grote braniekraag (matrozenkraag) op een lange wijd uitlopende broek. Daarbij droeg hij een halsdoek van zwarte zijde en een strohoed. De kenmerkende blauwe schouderkraag met witte strepen en bijpassende manchetten waren afneembaar, en daardoor makkelijk wasbaar.

Het matrozenpakje was gemaakt door de kleermaker van de Britse Marine. Toen Albert Edward, die ook wel ‘Bertie’ genoemd werd, in het kostuum verscheen juichten de officieren en matrozen. Het nieuwe ensemble maakte die dag heel wat los. Ook zijn vader Albert was er weg van en gaf de Duitse schilder Franz Xaver Winterhalter de opdracht om de kroonprins in zijn nieuwe kleren te portretteren. Het kostuum wordt sindsdien beschouwd als het eerste voorbeeld van het klassieke matrozenpakje.

Schilderij van Albert Edward, de latere koning Edward VII (1841-1910), 1846. Schilder: Franz Xaver Winterhalter (1805–1873). Beeld: Wikimedia Commons.

Al sinds de achttiende eeuw was het voor koninklijke en adellijke families gebruikelijk om hun kinderen in miniatuur uniformen van de landmacht te kleden. Dit diende als voorbereiding voor hun latere carrière als militaire bevelhebbers. Victoria brak met deze traditie door haar zoon niet in een landmacht maar in een marine uniform te steken. Bovendien koos ze voor de kleding van een gewone matroos in plaats van een officier. Het matrozenpakje was een teken dat de grenzen tussen de rangen en de standen in de maatschappij langzaam aan het vervagen waren.

De introductie van het matrozenpakje zorgde voor een nieuwe modetrend onder de Engelse elite. Voor een lange periode bleef het echter zeer exclusieve kinderkleding. Pas aan het eind van de jaren 1860 werd het matrozenpakje door de gegoede burgerij overgenomen als strandkleding. Dankzij de confectie-industrie werd de kinderkleding beschikbaar voor het grote publiek. Wat het matrozenpakje zo bijzonder maakt is dat het vervolgens bij alle lagen van de bevolking populair bleef.

Modeprent, Journal la Parisienne, 5 août 1880, No. 463, 10e année, Pl. 8 bis. Een jongedame is met zes kinderen en een hond op het strand. De jongen is gekleed in een matrozenpak, de meisjes dragen japonnen met een verlaagde taille.Op de achtergrond de zee en enkele strandtenten. Collectie Rijksmuseum, objectnummer RP-P-2009-3682.

Het matrozenpakje in Nederland

Journalist Charles Boissevain (1842-1927), die later hoofdredacteur van het Algemeen Handelsblad werd, stond in zijn jonge jaren al bekend als een trendsetter. Zo bezocht hij regelmatig het Zandvoortse strand, dat zeer geliefd was bij de Hollandse elite. Op 27 juni 1867 trouwde hij met de Engelse Emily Heloise Mac Donnell (1844-1931). Samen kregen zij kort achter elkaar vijf zoons en zes dochters.

Op een foto van omstreeks 1878 zijn hun twee zonen, Alfred en Robert, gekleed in matrozenpakken. Het is onbekend of hun ouders de matrozendracht hebben ontdekt via hun Engelse of Haagse contacten. Het matrozenpakje was toen al een paar jaar in Nederland bekend. De Boissevains behoren tot één van de eerste Nederlandse families die de matrozendracht omarmden. In hun familiearchief zijn veel laatnegentiende-eeuwse foto’s terug te vinden van hun kinderen in matrozenpakjes.

Kinderen van Charles Boissevain en Emily Heloise Mac Donnell. Hilde Gerarda (1877); Olga Emily (1875); Hester (1873); Robert Walraven (1872); Alfred Gideon (1870-1920); Charles (1868-1940); Mary (1869). Stadsarchief Amsterdam, Afbeeldingsbestand OSIM00006002183 .

Tot omstreeks 1885 werden de meeste kleren nog op maat gemaakt door een naaister of kleermaker. Kledingmaten werden in de negentiende eeuw gestandaardiseerd, mede dankzij de uitvinding van het meetlint. Door de simpele snit en grote populariteit was het matrozenpakje zeer geschikt voor de confectie-industrie. Laag betaalde arbeidskrachten in grote ateliers vervaardigden met naaimachines in rap tempo de kinderkleding. Door de grote productie daalden de kledingprijzen.

In grote steden verschenen de eerste winkels en warenhuizen met confectiekleding. De meeste ondernemingen verkochten matrozenpakjes van Duitse en Engelse fabrikanten of vervaardigden ze zelf in hun eigen atelier. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd de import van kinderkleding steeds moeilijker; reden voor het Amsterdamse Modehuis Gerzon om een eigen confectiefabriek te beginnen. De matrozenpakjes van het bedrijf werden zelfs tot handelsmerk gedeponeerd: ‘Koninklijke Marine Gerzon’.

Links: Matrozenpakje van crèmekleurig flanel, 1908-1912. Collectie Amsterdam Museum, objectnummer: KA 17873.1/6. Rechts: Kindermatrozenpak van donkergrijs-wit visgraatkeper, 1915-1925. Collectie Museum Rotterdam, objectnummer 84240-1-3 . Wikimedia Commons, CC BY-SA 3.0.

In de kinderschoenen staan

In de loop der jaren zijn er veel verschillende matrozenpakjes op de markt gekomen. Soms werden bestaande matrozenuniformen één op één gekopieerd, maar meestal leefden ontwerpers zich uit. Met name de karakteristieke braniekraag kent vele verschijningsvormen. Dit type schouderkraag, voorzien van drie strepen, werd rond 1828 ingevoerd bij de Franse marine. De Engelse marine uniformen werden voorzien van één, twee of drie strepen. Bij de matrozenpakken voor kinderen werd er meestal gekozen voor drie strepen, maar andere uitvoeringen (met zelfs helemaal geen strepen) kwamen ook voor.

De afneembare schouderkraag en manchetten werden over een blouse of jakje gedragen. Hieronder zat een hemd of plastron (frontje), al dan niet versierd met een geborduurd anker. Het plastron werd met bandjes op zijn plaats gehouden of met knopen aan de binnenkant van de blouse of het jakje vastgezet. Oorspronkelijk hoorde er een lange broek bij het matrozenpak, maar in de loop van de twintigste eeuw kreeg een korte broek de voorkeur.

Halverwege de negentiende eeuw droegen Engelse matrozen een strohoed met een brede rand, ook wel ‘matelot’ genoemd. Later werden er ook andere hoofddeksels gedragen, waaronder een pet met rode pompon en de matrozenmuts in wit of blauw. Ook in Nederland raakte de pet met pompon aan het einde van de negentiende eeuw in de mode als onderdeel van de matrozendracht. In de loop van de twintigste eeuw werd er echter steeds vaker gekozen voor de matrozenmuts, aangezien deze bij de Nederlandse marine werd gedragen. De matrozenmuts voor kinderen was dikwijls voorzien van een lint met daarop de scheepsnaam of een verwijzing naar de nationale marine. Voor de kinderen zelf was het fluitje aan een wit koord verreweg het leukste onderdeel van het matrozenpakje.

Carte-de-visite met een studioportret van Frederik Willem (Freddy) Luijken. Freddy is gekleed in modedracht. Hij draagt een zogenoemd matrozenpakje en houdt een hoepel vast. De foto is op 23 januari 1916 genomen in Amsterdam. Collectie Nederlands Openluchtmuseum, objectnummer N.19540.17.

Van kinds af aan

De matrozenpakjes werden oorspronkelijk alleen door jongens gedragen. Later kwamen er ook variaties voor meisjes. Tegen het eind van de jaren 1880 was de matrozendracht voor meisjes in Nederland al aardig ingeburgerd. De kleinste uitvoeringen waren voor peuters en kleuters van twee tot vier jaar. Doorgaans werd het matrozenpak niet meer gedragen door jongens boven de twaalf jaar.

In de negentiende eeuw ontwikkelde het matrozenpakje zich van exclusieve kinderkleding naar strandkleding. Uiteindelijk werden de pakjes in zowel de zomer als winter gedragen. De zomerse matrozenpakjes werden gemaakt van witte wol of katoen, maar vaak ook van blauw/wit gestreepte ‘dril’ (een katoenen stof met keperbinding). De winterkleding werd veelal vervaardigd van blauwe serge (een wollen stof met keperbinding).

Portret van een vrouw met twee kinderen met zonnehoeden en matrozenpakjes, anoniem, 1885 – 1914. Collectie Rijksmuseum, objectnummer RP-F-F01012-19.

Rond 1900 droegen kinderen het matrozenpak niet alleen naar het strand, maar ook als dagelijkse kleding naar school. Later in de twintigste eeuw werd dit ongebruikelijk en werd het pakje alleen uit de kast gehaald op zon- en feestdagen. Het matrozenpakje kende in Nederland zijn hoogtijdagen tussen 1875 en de jaren 1930. Na de Tweede Wereldoorlog was textiel nog lange tijd op de bon. In de jaren 1950 was er een korte opleving, maar desondanks verdween het matrozenpakje in de jaren 1960 voorgoed uit het straatbeeld.

Auteur: Judith van Amelsvoort

Bronnen:

Publicatiedatum: 24/02/2023

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie.

1 reactie
  • Anja van den Bergen schreef:

    Ik droeg een matrozenpakje tijdens mijn communie. 1970
    Ik heb het nog steeds. De uitvoering is overwegend wit met een rokje. Ze waren ook verkrijgbaar met een broek.

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vereiste velden zijn gemarkeerd met *. Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.