
De Bovenkerkerplas lag tussen Amsteldijk, Ouderkerkerlaan, Bovenkerkerweg en Hollandse dijk (Thamerdijk). Deze waterplas was het gevolg van de vraag naar turf (gedroogd veen). Met baggerbeugels haalden de turfgravers het veen weg. Totdat ze op kleigrond stuitten. Om daarop te kunnen boeren moest eerst al het water worden weggemalen.
Er stonden hier al sinds ongeveer 1630 twee grote schepradmolens. De Weteringsbrugmolen (bij De Zwarte Kat) en de Nessermolen (bij Nes aan de Amstel). Het droogmalen van de grote plas kon dat duo niet aan. Ze kregen in 1766 versterking van ‘de Hoorn’ en ‘de Zon’. Die sloegen hun water uit op de ringsloot langs het bovenland. Aan de Amsteldijk assisteerde ‘de Parel’.

Twee poldermolens, op de voorgrond de noordelijke middelmolen De Hoorn en op de achtergrond de zuidelijke bovenmolen De Parel. Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Documentnummer 84.323.
Dieper
In de polder kwamen de ‘Johanna Bregitta’ en de ‘Cornelia Wilhelmina’. Zelfs dat bleek niet toereikend. In 1768 volgden ‘de Jonge Gerard’ en ‘de Hoop’. Laat het nu in de zomer van 1768 zo hard regenen, dat molenaars dag en nacht moesten malen. En nóg konden ze het niet aan. In allerijl liet het polderbestuur ‘de Vriendschap’ erbij bouwen. Die kreeg nog versterking van vijzelmolen ‘Eendragt’.

Slechts enkele molenstompen, zoals deze aan de Amsteldijk, herinneren aan de macht aan molens die de Bovenkerkerpolder droog maalden. Beeld via Wikimedia Commons, vervaardiger: DennisM, publiek domein.
Polder droog
Met deze macht aan molenwieken lukte het in de zomer van 1769 de polder droog te leggen. Allengs raakte de ene na de andere molen overbodig. Van de resterende molens nam in 1914 een machinegemaal de taak over. Aan de glorietijd van de malende molenwieken herinneren slechts drie molenstompen, alle in gebruik als woning.

Gemaal Bovenkerkerpolder (gemaalnr. 581). Foto Bert Booden, 2016. Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Documentnummer 13666-53238.
Publicatiedatum: 18/03/2012
Vul deze informatie aan of geef een reactie.