3 min

Op 31 mei 1569 wordt Oud-Bussem voor het eerst op papier genoemd. Dan koopt Paulus van Loo de boerenhofstede. Oud-Bussem werd een gewilde hofstede, omdat Van Loo voor deze buitenplaats een dubbel schaarrecht kreeg. Dit schaarrecht gaf de eigenaren van de hofstede het recht om hun vee te laten grazen op de gemeenschappelijke velden. Veel eigenaren van Oud-Bussem hadden een kudde schapen en koeien.

Na Paulus van Loo bezaten onder andere de familie Hinlopen uit Amsterdam en Abraham Bredius de buitenplaats. Bredius vergrootte het landgoed van 107 naar 314 hectare grond met nieuwe aankopen. Uiteindelijk bestond Oud-Bussem uit twee onderdelen; een boerderij en een landhuis. Na Bredius werd het landgoed Oud-Bussum in delen verkocht.

Hofstede “Oud Bussem” te Huizen, 1930. Collectie Noord-Hollands Archief.

Een modelboerderij

Van Woensel Kooy, dan 23 jaar oud, kocht in 1902 het deel met de oude boerderij uit de achttiende eeuw en de grond daaromheen. Hier begint hij een melkerij: Hofstede Oud-Bussem. Deze melkerij moest het voorbeeld worden van een hygiënische en diervriendelijke boerderij. De boerderij is gestopt, maar de gebouwen, ontworpen door architect K.P.C. de Bazel, staan nog steeds langs de Flevolaan.

De veestallen van Oud Bussem, 1930. Collectie Noord-Hollands Archief.

Een nieuw landhuis

In 1910 kocht P. van Leeuwen-Boonkamp het landhuis en liet hij het landschapspark opnieuw ontwerpen en inrichten door door L.A. Springer. In 1930 gaf Van Leeuwen-Boonkamp de opdracht aan prof. dr. ing. D.F. Slothouwer om het oude huis te slopen en het huidige landhuis te ontwerpen en te bouwen. Slothouwer liet zich inspireren door vroegere stijlen en ontwierp het landhuis met stijlelementen uit de zeventiende en achttiende eeuw. Het huis heeft een onregelmatige plattegrond met dwarsvleugels, risalieten, serres en balkons. Het telt twee bouwlagen (begane grond en de eerste verdieping), die aan de buitenkant bepleisterd en witgeschilderd zijn.De voorgevel lijkt symmetrisch ingedeeld. Alleen rechts van de gevel, is een deel naar voren uitgebouwd. Boven dit risaliet bevindt zich op het dak een kleine klokkentoren met een koepel. Op deze koepel staat een windvaan in de vorm van een hinde, verwijzend naar de familie Hinlopen. Midden in de voorgevel is de voordeur, met recht daarboven het balkon en een halfrond fronton met een klok.

Bijgebouw van hofstede “Oud Bussem” te Huizen, 1930. Collectie Noord-Hollands Archief.

Aan de linkerzijde van het huis is een lage uitbouw gebouwd. Deze ligt achter een tuinmuur, zodat u deze vleugel niet goed kunt zien. Hier bevonden zich de keuken en andere personeelsvertrekken. De achterzijde van het landhuis wordt gekenmerkt door twee halfronde serres met een koperen koepeldak en een groot terras. Op het terrein nabij het huis staan een garage en een dienstwoning.

De buitenplaats Oud-Bussem verwijst met het landhuis terug naar een lang verleden. In het park en de villawijk rondom het huis is het eens 314 hectare grootte landgoed terug te vinden.

De buitenplaats Oud-Bussem is grotendeels vrij toegankelijk voor wandelaars. De woningen en bijgebouwen zijn niet te bezoeken.

Hofstede “Oud Bussem” te Huizen, 1930. Collectie Noord-Hollands Archief.

Cultuurcompagnie Noord-Holland

Literatuur:

• Aa, O.L. van der, ‘De historie van de hofstede genaamd Hooge of Oud-Bussem’ in Tussen Vecht en Eem, (1979) 1, pp 4-15
• Bertram, Christian, Noord-Hollands Arcadia, Alphen aan de Rijn 2005, pp. 223-224
• Treub, Hector, Floris Vos en C.J. Koning, ‘Hofstede Oud-Bussem’, in Nederlands Welvaart 1917, dl 4/5

Publicatiedatum: 30/04/2012