Het kookboek had de goedkeuring gekregen van de Amsterdamse opperrabbijn en van twee artsen. Zij hadden in de voorafgaande jaren het werk van mevrouw Glück in de keuken van de Centraal-Israëlitische Ziekenverpleging bijzonder weten te waarderen. Een apart hoofdstuk in dit lijvige kookboek werd besteed aan voeding voor diabetici, maag- en darmpatiënten en ook voor een ‘vermagerings-’ of juist een ‘mestkuur’ kon men dit boekwerk raadplegen.
Advertentie uit Het Joodsche Weekblad, 2 October 1942. Malvine Glück dreef een ‘rusthuis’ aan de Sarphatistraat, onder rabbinaal toezicht – koosjer dus. ‘Muiderschans’ was de naam die de Sarphatistraat onder de Duitse bezetting had.
Scheiden van vlees en melk
De dames beschreven in het Ritueel Kookboek uitvoerig ‘het onderzoek van gevogelte’ en ‘het kosher-maken van vleesch’, legden uit hoe bloeddruppels in eieren te detecteren, en gaven raad bij de keukeninrichting, over het scheiden van ‘vleesch en melk’ en over ‘twijfelgevallen’. Geen detail uit de koosjere en rituele huishouding werd over het hoofd gezien. ‘Bezuinigen ten koste van de kwaliteit van de keuken,’ was voor Glück en Bramson-Brest uit den boze. Alles in dit kookboek wijst erop dat voor hen de keuken het kloppende hart van het joodse huishouden was. De toon van het boek verraadt dat dit kookvolume wel vooral bestemd was voor joden uit de middenklasse. Bij visbereidingen werd bijvoorbeeld een onderscheid gemaakt tussen baars, zalm, snoek en tong, en ‘volksvisch’, zoals spiering, gebakken bokking, schar en kuitjes.
Publicatiedatum: 21/02/2013
Vul deze informatie aan of geef een reactie.