Oneindig Noord-HollandBeleef de geschiedenis van jouw provincie
NL | EN

Huis van Hilde: 10 jaar, 10 topvondsten

Archeologiemuseum Huis van Hilde in Castricum bestaat 10 jaar. De miljoenen voorwerpen die de provincie hier beheert, zijn allemaal afkomstig uit de bodem van Noord-Holland. Van een eikenhouten boomstamkano tot een bronzen muntschat en een bontzandstenen sarcofaag. Wat vertellen deze objecten over de geschiedenis van onze mooie provincie? 10 jaar, 10 periodes, 10 topvondsten.

Aardewerken standvoetbeker

Tijdsperiode: Nieuwe Steentijd (5300-2000 voor Christus)

De naam – standvoetbeker – verwijst naar het standvoetje waar de beker op rust. Dit type beker gebruikten mensen in het huishouden, maar ze zijn ook gevonden in graven uit die tijd. Samen met strijdbijlen, pijlpunten en vuurstenen maakten ze onderdeel uit van de ‘persoonlijke uitrusting’ van de overledene. De bekers zijn kenmerkend voor de Enkelgrafcultuur. Deze gemeenschappen begroeven hun doden individueel, in tegenstelling tot gezamenlijke graven zoals hunebedden. De beker die werd gevonden tijdens archeologisch onderzoek in Aartswoud is versierd met indrukken van touw. Het touw werd er voor het bakken omheen gewikkeld, als de klei nog nat was. Andere herkenbare motieven zijn visgraat of zigzaglijnen.

Aardewerken standvoetbeker. Foto: Johannes Abeling.

Bronzen mantelspeld

Tijdsperiode: Bronstijd (2000-800 voor Christus)

Deze mantelspeld – ook wel fibula genoemd – werd in de prehistorie in Europa gebruikt om kleding mee dicht te maken, zoals mantels, omslagdoeken of jurken. Dit specifieke geval is te groot voor normaal dagelijks gebruik. De brilvormige versierde schilden hebben de grootte van een vuist. De mantelspeld is samen met nog meer bronzen spelden, armbanden en ringen gevonden bij de aanleg van de Westfrisiaweg (tussen Alkmaar en Enkhuizen). Archeologen denken dat het gaat om vrouwensieraden afkomstig uit Zuid-Scandinavië. Waarschijnlijk was deze verzameling een offer aan een godheid of goden.

Bronzen mantelspeld. Foto: Johannes Abeling.

Eikenhouten boomstamkano

Tijdsperiode: IJzertijd (800 voor Christus – 0)

De ruim 8 meter lange kano werd in de IJzertijd gebruikt als vervoermiddel tijdens de jacht en visvangst. In die tijd had het Oer-IJ (de meest noordelijke afsplitsing van de Rijn die ongeveer lag waar nu het Noordzeekanaal ligt) nog een volledig open monding naar zee. Het landschap zag er heel anders uit dan nu, namelijk vol strandwallen, zoute en brakke kreken en watergangen. De kano werd in 2004 gevonden bij graafwerkzaamheden voor de aanleg van de verkeerstunnel onder het spoor in Uitgeest. Door isotopen- en groeiringenonderzoek wisten onderzoekers te achterhalen dat de uitgeholde eik waar de kano van is gemaakt, is gekapt in 606 voor Christus.

Eikenhouten boomstamkano. Foto: Johannes Abeling.

Bronzen muntschat

Tijdsperiode: Romeins-Germaanse tijd (0 – 450 na Christus)

In de 3e eeuw na Christus werd een grote hoeveelheid munten verstopt in de bodem bij het huidige Schagen. Duizenden jaren later vond een detectoramateur deze 52 Romeinse antoniniani. Mogelijk zijn het de spaarcenten geweest van een lokale Friese machthebber. De theorie is dat de Romeinen hem deze munten gaven, zodat hij niet in opstand tegen hen zou komen. De waarde van deze verzilverde bronzen muntjes was bijzonder laag, maar het Romeinse ‘zilver’ was desondanks populair bij lokale bewoners. In 2016 schonk de vinder de muntschat aan de provincie Noord-Holland.

Bronzen muntschat. Foto: Johannes Abeling.

Woonstalboerderij

Tijdsperiode: Vroege Middeleeuwen (450 – 1000)

Tot ver in de Middeleeuwen woonden mensen in dit soort woonstalboerderijen. Het gezin leefde samen met het vee en de wintervoorraad aan hooi, graan en levensmiddelen. In Huis van Hilde is een nagebouwde maquette te bewonderen, in het echt moet de boerderij, uit circa het jaar 600, meer dan 30 meter lang en 5 meter breed zijn geweest. In de duinen bij Bloemendaal zijn houtrestanten van een dergelijke boerderij en duizenden scherven teruggevonden. Deze sporen kwamen bij toeval tevoorschijn na ingrijpende natuurontwikkeling. Deze vondsten zijn zeer bijzonder, want West-Nederland was in de periode 350 tot 600 erg dun bevolkt. De kans zulke intacte nederzettingen uit die tijd of vlak erna te vinden is erg klein.

Woonstalboerderij. Foto: Johannes Abeling.

Bontzandstenen sarcofaag

Tijdsperiode: Late Middeleeuwen (1000 – 1500)

Wie geld had in de Middeleeuwen, kon ervoor kiezen zich te laten begraven in een sarcofaag. In deze natuurstenen doodskisten verteerde het lichaam van de overledene. Sarcofaag betekent dan ook heel toepasselijk ‘vleesetend’ in het Oudgrieks. De kisten kwamen vaak per schip vanuit noordwest Duitsland. Duikers en archeologen visten in 2009 deze sarcofaag op van de bodem van het Markermeer nabij Etersheim. De doodskist uit de 12e eeuw kwam waarschijnlijk uit het gelijknamige dorp. Dit dorp is door meerdere overstromingen in de golven van de Zuiderzee opgegaan, inclusief kerk en sarcofaag. Het is niet bekend voor wie de kist ooit bestemd was.

Bontzandstenen sarcofaag. Foto: Johannes Abeling.

Aardewerken lampetkan

Tijdsperiode: Nieuwe tijd – 16e eeuw (1500 – 1600)

Deze lampetkan werd vroeger in welgestelde families gebruikt om voor en na het eten de handen mee te wassen. De kan lijkt gemaakt van koper, maar het is eigenlijk aardewerk met een bijzondere versiersingstechniek. Het goudluster is een mengsel van koper- of zilverpoeder, azijn, oker en klei, waarmee patronen over het glazuur werden geschilderd. Dit soort tinglazuuraardewerk kwam oorspronkelijk uit de Arabische wereld en verspreidde vanuit daar naar zuidelijk Spanje. Holland had tijdens de eerste helft van de 16e eeuw sterke banden met Spanje. Deze lampetkan – in 2005 gevonden tijdens de opgraving van een terp in Oostzaan – was waarschijnlijk bijvangst van de zouthandel met Spanje.

Aardewerken lampetkan. Foto: Johannes Abeling.

Zijden jurk

Tijdsperiode: Nieuwe tijd – 17e eeuw (1600 – 1700)

Deze zijden jurk is gevonden in het wrak van een schip uit de 17e eeuw dat in de westelijke Waddenzee is gezonken. Eeuwenlang lag het scheepswrak, het Palmhoutwrak genaamd, onder een laag zand afgedekt. Het dreigde echter vrij te spoelen door heftige getijdestromingen. Vanaf 2014 hebben sportduikers de archeologische vondsten opgedoken en later aan de provincie overgedragen. De stijl van de jurk past in het Europese modebeeld onder het rijke deel van de bevolking tussen 1620 en 1630. Over de vondst van de jurk zijn een documentaire en podcast verschenen. De jurk is, samen met nog meer unieke archeologische vondsten, te bezichtigen in museum Kaap Skil op Texel.

Zijden jurk. Foto: Johannes Abeling.

Aardewerken bord

Tijdsperiode: Nieuwe tijd – 18e eeuw (1700 – 1800)

Wie had in de 18e eeuw de macht in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden? De prinsgezinden of orangisten vonden dat de nakomelingen van Willem van Oranje aan het roer moesten staan. De staatsgezinden of republikeinen vonden dat de regenten (politieke bestuurders) het voor het zeggen hadden. Waar we tegenwoordig met posters of merchandise laten zien van wie we fan zijn, deden ze dat in die tijd met servies aan de muur of op de schouw. Zo ook dit in Beverwijk opgegraven bord, dat is gemaakt ter ere van de aanstelling van prins Willem Carel Hendrik Friso als stadhouder Willem IV van Oranje-Nassau in 1747.

Aardewerken bord. Foto: Johannes Abeling.

IJzeren kapmessen

Tijdsperiode: Nieuwe tijd – 19e eeuw (1800-1900)

In 2005 ontdekten sportduikers een scheepswrak in de Waddenzee met duizenden scherven aan boord. Historisch speurwerk leverde een mogelijke kandidaat voor de naam van het schip: de driemaster de Pieter Anthony. Dit schip vertrok in 1822 uit Amsterdam naar Suriname en Berbice, maar kwam niet verder dan een zandbank ten zuiden van Texel. In het wrak werden luxegoederen gevonden (zoals flessen jenever en parasols) bedoeld voor de plantage-eigenaren en gereedschappen (zoals kapmessen en hakken) bedoeld voor de tot slaafgemaakte mensen die op de plantages zwaar lichamelijk werk moesten verrichten. Nederland ging pas in 1863 over tot de afschaffing van de slavernij in de overzeese koloniën.

IJzeren kapmessen. Foto: Johannes Abeling.

Na dit beeldverhaal nog niet uitgelezen? Bekijk dan ook eens de vernieuwde Canon van de Noord-Hollandse archeologie. Hierin staan nog meer objecten uit Huis van Hilde en bijbehorende verhalen over de geschiedenis van Noord-Holland.

Tekst: &Holland magazine (provincie Noord-Holland) | Foto’s: Johannes Abeling.

Publicatiedatum: 03/03/2025

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie.

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vereiste velden zijn gemarkeerd met *. Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.