Nieuwe grafsteen
De vermelding van de begrafenis van Hals is bewaard gebleven. Op 1 september werd voor ‘mr. Frans Hals een graf geopend ‘opt Coor, no 56’. Waarschijnlijk is hij een dag of drie daarvoor overleden. Frans Hals werd begraven in het graf van de schepen Nicolaas Joppen Gijblant, de grootvader van Hals’ eerste vrouw Anneke Harmensdr.
Het graf was door vererving in Hals bezit gekomen. Zijn naam en de begrafenisdatum werd pas in 1918, op initiatief van de Historische Vereniging Haerlem, aangebracht op de grafsteen. In 1962 is een nieuwe steen op het graf gelegd; de oorspronkelijke grafsteen werd een paar plaatsen opgeschoven.
Oude meester
We weten niet of Hals tot het laatst heeft geschilderd, maar dat hij op hoge leeftijd nog werkte staat vast. Zijn laatste opdrachten moeten wel de grote groepsportretten van de regenten en regentessen van het Oudemannenhuis geweest zijn, in 1664. Een bewonderenswaardige taak, gezien zijn vergevorderde leeftijd. Niet iedereen wist het werk van de oude schilder te waarderen.
Zwakke ogen, stramme handen
Volgens de Amsterdamse dichter Herman Waterloos kon men zien aan zijn laatste portretten zien dat Hals te lijden had van zijn ouderdom. Zwakke ogen en stramme handen verhinderden hem om nog kwaliteit te leveren. Naar aanleiding van het portret van de Amsterdamse dominee Herman Langelius, dat Frans Hals omstreeks 1660 had geschilderd, schreeft Waterloos een venijnig gedicht.
Wat pooght ghy ouden Hals, Langhelius te maalen?
Uw ooghen zyn te zwak voor zyn gheleerde stralle(n);
En Uwe stramme handt te ruuw, en kunsteloos,
Om ’t bovenmeschelyk, en onweergadeloos Verstant van deeze man, en Leraar, uit te drukken.
Stoft Haarlem op uw kunst, en jonghe meesterstukken
Ons Amsterdam zal nu met mij getuigen, dat Ghy ’t weezen van dit licht, niet hallef hebt ghevat.
Bewondering voor losse toets
Maar er was ook bewondering voor Hals vrije en ruwe schilderstijl die naarmate de leeftijd vorderde, steeds losser werd. In 1661 schreef Cornelis de Bie lovend over Hals in zijn ‘Gulden Cabninet van Edele Vrij Schilder Const: Hals was ‘een schilder die woner uytsteckt in ’t schilderen van Pourtretten oft Conterfeyten’. Over een van de late portretten zegt hij dat hij ze ‘seer rou en vloeck / vlijtigh ghetoetst en wel ghestelt / plaisant en gheestich om van veer aen te sien daer niet als het leven en schijnt in te ontbreken’.
Publicatiedatum: 26/08/2013
Vul deze informatie aan of geef een reactie.