Een fraaie hofstede
Een fraaie kapitale hofstede met een herenhuis, koetshuis, stalling en tuinmanswoning. Zo worden buitenplaatsen omschreven in 1648. Zo’n hofstede heeft dan ook vaak een oranjerie, waar verschillende exotische gewassen kunnen groeien die de Hollandse winters niet aankunnen. Begin negentiende eeuw koopt de Amsterdamse bankier Willem Borski I zo’n buitenplaats: Duinvliet Zijn erfgenamen bezitten Duinvliet nog in 1836/1837, maar daarna raakt het in verval.
De geschiedenis van Duinvliet hangt met waarschijnlijkheden en vermoedens aan elkaar. Waarschijnlijk staat al in 1590 op de plek van Duinvliet een ‘duinmeierswoning’. Een duinmeier hield toezicht op het vee in de omgeving en trad op tegen stropers. In 1682 draagt de burgemeester van Amsterdams de buitenplaats over aan Joseph Haskenstilis. Het is waarschijnlijk Haskenstilis die hier een woning laat bouwen tussen 1682 en 1692. Hij geeft de hofstede de naam Duinvliet.
In 1877 noemt F. Allen in zijn boek Geschiedenis de buitenplaats Duinvliet en geeft een beschrijving van Haarlem. Hij meldt dat het huis onbewoond is, er verlaten bijstaat en met de dag verder vervalt. Een jaar later wordt het huis mét de bijgebouwen gesloopt. Het parkbos wordt gekapt, de vijvers worden gedempt en de grond wordt ingericht voor weilanden en akkers.
Het toegangshek aan het einde van de Duinvlietsweg herinnert nog aan de eens fraaie buitenplaats. Een paar dienstwoningen zijn bewaard gebleven en staan nog langs de Marcelisvaart. Nu kunt u vrij wandelen op het terrein van de verdwenen buitenplaats.
Landschap Noord-Holland / Cultuurcompagnie
Publicatiedatum: 30/04/2012
Vul deze informatie aan of geef een reactie.