2 min

Vanwege de grote zomerdrukte reed er die dag een extra tram 7a. De tram vertrok met flinke vertraging om 10.50 uur vanaf het Amsterdamse Weesperpoortstation. Het traject liep via Diemen, Muiden, Muiderberg, Naarden en Laren naar Hilversum. Ondertussen was tram 10 uit Laren vertrokken met een lichte vertraging. De afspraak was om bij de wisselplaats ‘De Gooische Boer’ elkaar te kruisen. Nadat tram 7a door de vertraging al op de Hakkelaarsbrug met een tegentram was gekruist kreeg Van den Berg door een miscommunicatie tussen de controleurs van Muiderberg en Laren te horen dat hij niet meer op de wisselplaats hoefde te wachten. Zo dacht de machinist rustig door te kunnen rijden op het enkelsporige traject naar Laren en verder naar het eindpunt Hilversum terwijl uit de tegenovergestelde richting tram 10 in aantocht was.

De Gooische Stoomtram in station Hilversum. Beeld: Collectie Museum Hilversum, foto Stevens.

Frontale botsing

Juist op het moment dat de extra tram bij de onoverzichtelijke bocht bij villa ‘Groenendaal’ te Laren arriveerde, kwam van de andere kant tram 10. Pas op het laatste moment kregen de machinisten elkaar in het oog en remden zo hard als ze konden. Maar het was al te laat. Beide trams botsten frontaal tegen elkaar op.

De familie Lisser zat ten tijde van het ongeval in het eerste rijtuig en was er het ergst aan toe. De ouders waren onder de machine terecht gekomen en waren op slag dood. Kleine Greta van vijf lag te kermen onder de hellende locomotief. Niemand kon bij haar komen om haar te bevrijden. Pas na drie kwartier kon het trampersoneel de locomotief kantelen. Greta werd naar het ziekenhuis gebracht, maar het mocht niet meer baten. Greta overleed kort na aankomst in het ziekenhuis. In totaal waren er vier doden, zeven zwaargewonden en meerdere lichtgewonden.

Het ongeluk met de Gooische Stoomtram in 1927. Beeld: Collectie Museumstoomtram Hoorn Medemblik.

De bijnaam Gooische Moordenaar

Vanwege de vele dodelijke ongevallen, waar het ongeluk te Laren een voorbeeld van was, kreeg de tram als snel de bijnaam ‘Gooische Moordenaar’. De inwoners van de Gooise dorpen waren niet gewend dat er in een door paard en wagen gedomineerd straatbeeld een lawaaierige, rokende machine reed. De tram had geen speciale banen, maar maakte gebruik van al bestaande hoofdwegen. Hierdoor reed de tram dikwijls dicht langs de huizen en tuinen. Een ongeluk zat daarom in een klein hoekje.

De Gooische Moordenaar bij kruising Laarderweg / Jan van der Heijdenstraat te Hilversum. Beeld: Collectie Museum Hilversum.

Auteur: Kirsten Kouwenhoven

Bronnen

W.I. Engel, De Gooische Moordenaar (Schoorl 1981).
J.G.E. Petersen, Een dagje uit met de Gooische Stoomtram, een reis in oude prentbriefkaarten (Amsterdam 1988).
W.I. Engel, Trams en tramlijnen, De Gooische Stoomtram en andere lijnen in het Gooi (Rotterdam 1972).
www.spoorinfo.nl/1927.htm

Publicatiedatum: 08/03/2011