Oneindig Noord-HollandBeleef de geschiedenis van jouw provincie
NL | EN

Bijlmer vliegtuigramp riep chaos en ongeloof op

Op 4 oktober 2022 is het precies dertig jaar geleden dat in de Amsterdamse Bijlmermeer een vrachtvliegtuig op twee flats neerstortte. Twee exposities van het Amsterdam Museum en Imagine IC blikken daarop terug.

Het is zondagavond 4 oktober 1992 als om 18.22 uur vanaf Schiphol een vrachttoestel van luchtvaartmaatschappij El Al opstijgt. Het vliegtuig, een Boeing 747, is zwaarbeladen en het kost veel moeite om hoogte te winnen. ‘Die klimt voor geen meter,’ constateren de verkeersleiders.

Vijf minuten na de start breken boven het Gooimeer twee motoren af. ‘Mayday, mayday’ roept de piloot. Hij wil een noodlanding op de Buitenveldertbaan maken, maar om daar te kunnen komen moet het gehavende vliegtuig een rondje boven Amsterdam vliegen. Dan gaat het mis. De ‘jumbo’ wordt onbestuurbaar, schiet naar beneden en stort neer op de plek waar Bijlmerflats Groeneveen en Klein-Kruitberg samenkomen. Een ooggetuige zal het later omschrijven als ‘Ineens ging hij op zijn kant en recht omlaag.’

Op de plek waar het vrachtvliegtuig te pletter slaat, ontstaat een vlammenzee. Delen van flats storten in. In de eerste dagen na het ongeluk heerst er grote verwarring over het aantal doden. Het Parool maakt zelfs melding van 200 dodelijke slachtoffers, omdat ook in de boxen van de getroffen flats mensen zouden hebben gewoond, maar inmiddels wordt er vanuit gegaan dat bij de ramp ‘tenminste’ 43 mensen om het leven zijn gekomen, onder wie 18 kinderen.

Koningin Beatrix krijgt uitleg van brandweercommandant Hugo Ernst en kroonprins Willem-Alexander staat naast hoofdcommissaris van politie Erik Nordholt daags na de ramp, 1992. Collectie Stadsarchief Amsterdam.

Amsterdam Museum

Dertig jaar later praten we met Jules Rijssen en Danielle Kuijten, die meewerkten aan een bescheiden tentoonstelling in het Amsterdam Museum. Kuijten is waarnemend directeur van erfgoedinstelling Imagine IC in Zuidoost en Rijssen begeleidde ‘stadsgesprekken’ met bewoners van Zuidoost die de ramp van dichtbij meemaakten.

Volgens Rijssen duurt de onduidelijkheid over hoeveel mensen bij de ramp omkwamen tot de dag van vandaag voort: “Van 43 mensen weten we het zeker, maar er zijn ook getuigenissen opgetekend van mensen die zeggen: ik zie mijn buurman niet meer. Dat is nog steeds een groot vraagteken.”

Dat er nu, dertig jaar na dato, in het centrum van Amsterdam aandacht aan de ramp wordt besteed, vindt Kuijten een goede zaak. “Bij bewoners van de Bijlmer leeft het idee dat de vliegtuigramp wordt weggezet als een Bijlmer gebeuren, anders dan bijvoorbeeld de brand in Enschede of het ongeluk met de MH17. Ze willen meer erkenning voor het trauma dat de ramp bij hen heeft veroorzaakt. Vandaar dat we blij zijn dat het Amsterdam Museum dit jaar heeft gezegd: dit is een verhaal van de stad.”

Jules Rijssen en Danielle Kuijten werkten namens erfgoedinstelling ImagineIC mee aan de tentoonstelling over de Bijlmer vliegramp. Foto: Arnoud van Soest.

De kinderen

Vijf jaar geleden vond er al een herdenking plaats, waarvoor onder andere is gesproken met hulpverleners, maar voor déze tentoonstelling werden ook gesprekken gevoerd met kinderen die de ramp hebben meegemaakt. Rijssen: “De kinderen van toen, die nu 30 of begin 40 zijn, kunnen daar met hun ouders niet over praten. ‘Oh ja, kind, dat is geweest,’  horen ze dan en vervolgens gaan ze over tot de orde van de dag. Pas als hun grootouders over de ramp beginnen, kan er eindelijk over gepraat worden.”

“Niet alle kinderen die de ramp hebben meegemaakt, hebben er nog herinneringen aan,” weet Kuijten. “Dan kun je zeggen: dat is fijn, maar sommige kinderen hebben er onbewust wel angsten aan overhouden. Als ze daarover praten, komen ze vaak bij die ramp uit.”

Op de tentoonstelling hangen tekeningen die kinderen destijds op school van het neerstortende vliegtuig hebben gemaakt. Het is aan psycholoog Carry Louz, die de kinderen middels poppen aan het praten kreeg, dat die tekeningen bewaard zijn gebleven. Rijssen: “Het was een vrachtvliegtuig, maar sommige kinderen tekenden een gevechtsvliegtuig. Zij associeerden de ramp met geweld en oorlog en dat zegt wel iets over hoe ze het beleefd hebben.”

Tekeningen van basisschoolleerlingen Akeel en Sandeep over de Bijlmerramp, 1992. Collectie Imagine IC.

Buurt ontwricht

Dat bleek ook uit de gesprekken met mensen die de ramp hebben meegemaakt. “Sommige mensen hadden verdriet, omdat ze hun moeder of kind zijn kwijtgeraakt. Vergeet niet dat een hele buurt ontwricht is geraakt. De slachtoffers zijn eerst in sporthallen of hotels opgevangen, maar later kregen ze een nieuw huis en zijn ze over het hele land verspreid. Ook mensen die niet in de buurt van de ramp woonden, zijn verhuisd, omdat ze zich in de Bijlmer niet meer veilig voelden.”

Kuijten geeft daar nog een ander voorbeeld van: “Akwasi, de rapper, die de ramp als kind van vier heeft meegemaakt, zegt in een documentaire: ‘Ik huilde veel toen we in de Bijlmer woonden en toen we daar eenmaal weg waren, stopte dat huilen.’ Dat zegt wel iets over de impact die de ramp had en dat is ook de reden waarom sommige mensen nooit naar het herdenkingsmonument gaan. Ze kunnen dat gewoon niet aan.”

Tijdelijk monument voor de Bijlmerramp bij ‘De boom die alles zag’, bij de flat Groeneveen, 1992. Collectie Stadsarchief Amsterdam.

Chaos en ongeloof

Op de tentoonstelling hangen ook enkele banieren met meldingen die na de ramp bij de meldkamer binnenkwamen. Zo meldt een brandweerman: ‘Het brandt hier op een heleboel plaatsen in de Bijlmer. Begin maar zo veel mogelijk voertuigen uit de regio hier naar toe te brengen.’

Het zijn zakelijke meldingen, waar je niet aan af kunt lezen welke emoties de ramp bij de hulpverleners moet hebben opgeroepen. “Het was de eerste grote ramp na de Tweede Wereldoorlog,” vertelt Kuijten. “De brandweer stond met de handen in het haar, want hier waren ze niet op voorbereid; in het begin was er veel chaos en ongeloof.”

Harold Richaards, ‘El-Al crashed’ (1993) in het Amsterdam Museum. Foto: Arnoud van Soest.

Angst om vliegtuigen

De ramp had uiteraard een grote impact op de bewoners van de Bijlmer, zo leert een citaat van bewoner Jan: ‘In je eigen huis wordt je geacht veilig te zijn, maar het kan altijd misgaan.’ Ook kinderen kunnen zich lange tijd moeilijk concentreren op school. Angstvallig luisteren ze naar het geluid van overvliegende vliegtuigen.

Erfgoedinstelling Imagine IC denkt dat het goed zou zijn om voor de ramp een stedelijke of misschien zelf landelijke herdenking te organiseren. Kuijten: “De mensen van stichting Het Groeiend Monument ijveren er al jaren voor dat de herdenking breder gedragen wordt dan in Zuidoost alleen.”

Het Groeiend Monument bi ‘De boom die alles zag’, 2002. Collectie Stadsarchief Amsterdam.

De tentoonstelling over de Bijlmer ramp is te zien in het Amsterdam Museum, dat  tijdelijk is ondergebracht in het niet ver van het stadhuis gelegen Hermitagegebouw aan de Amstel. De expositie maakt deel uit van het project ‘Collecting the city’, waarbij ook foto’s te zien zijn van Cleo Campert, die huisfotograaf was van de later afgebrande Club RoXY. Tevens houdt Museum om de Hoek, waarin 22 Amsterdamse buurtmusea zijn verenigd, een presentatie.

Imagine IC besteedt in haar eigen ruimte aan het Bijlmerplein 393 ook aandacht aan de Bijlmerramp, waarbij bewoners in video’s en geluidsfragmenten zelf aan het woord komen over wat de ramp bij hen heeft losgemaakt. De documentaire ‘Een gat in mijn hart’ van Omroep ZWART is 4 oktober 2022 om 22.10 uur op NPO2 te zien en wordt 8 oktober nog eens bij ImagineIC vertoond.

Tekst: Arnoud van Soest

Publicatiedatum: 27/09/2022

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie.

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vereiste velden zijn gemarkeerd met *. Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.