Al in de zestiende eeuw werden de eerste tulpen naar Nederland gebracht. Deze kwamen uit het Turkse Rijk. De sultans daar hielden erg van mooie bloemen en gaven ze bijnamen die aan Allah of God refereerden. Toen Europeanen een paar tulpen mee wilden nemen naar hun vaderland kregen zij de goedkopere rondere tulp mee. Deze vonden zij erg op een tulband lijken. De bloemblaadjes waren net zo gevouwen als de hoofddeksels van de sultans en op deze manier is de naam tulp ontstaan.
Sierbloemen
Pas veel later, aan het eind van de zestiende eeuw, kwam Carolus Clusius met het idee om de tulp voor de sier in zijn hortus botanicus in Leiden te planten. Tot die tijd hadden bloemen en planten vooral een functie. Zo waren zij bijvoorbeeld goed voor medicatie. Planten werden doorgaans dan ook in een hortus medicus of medicinale tuin gehouden. Clusius zag echter de sierwaarde van de tulp in. Iedereen wilde zijn tulpen zien en ze werden soms zelfs gestolen. Zo kreeg de tulp steeds meer waarde en ontstond de tulpenwindhandel.
Zieke tulp is goud waard
De V.O.C. bracht zoveel mogelijk verschillende soorten tulp naar Nederland. Een bijzondere tulp was bijvoorbeeld de gebroken tulp die verschillende kleuren had. Deze tulp was felbegeerd en hij was veel waard. Later bleek de gebroken tulp het gevolg te zijn van een ziekte, maar destijds werden deze zieke tulpjes tegen goudprijzen verhandeld. In 1637 maakte een veiling van tulpen in Alkmaar tijdelijk een einde aan de tulpenwindhandel. Daar werden zeventig verschillende tulpen nog voor 90.000 gulden verkocht. De tulpenwindhandel zakte toen ineens in.
Krelage grondlegger van huidige tulpencultuur
De handel in tulpen verdween echter niet helemaal en later werd Haarlem de nieuwe bakermat van de bloembollenteelt. Een zogeheten tulpenkoning uit die stad blies de handel nieuw leven in. Deze koning van de tulpen was de kweker Krelage. Hij werd vooral bekend om zijn zogenaamde Darwintulpen die een glanzende kleur hadden en een lange steel. Dankzij de activiteiten van Krelage werd de nieuwe basis van de Hollandse tulpencultuur gelegd. Vanaf 1880 werden de tulpen dan ook in grote hoeveelheden gekweekt en zijn de lange velden met kleurige bloemen op veel plaatsen te zien. Vooral langs de duinen en in de zandige gebieden in West-Friesland en de kop van Noord-Holland zijn bollenvelden te vinden. Ook de zoon van Krelage was belangrijk voor de tulpencultuur. Hij was de eerste die tulpen bewust ging kruisen. Zo ontwikkelde hij een tulp met teruggeslagen bloemblaadjes.
Hortus Bulborum
In Limmen opende in 1934 het eerste museum over bloembollen. Hoewel dit een uniek museum was en de Krelages bij de opening aanwezig waren, hielden zij de belangrijkste informatie over de bloembollenteelt voor zichzelf in Haarlem. Tegenwoordig bestaat deze Hortus Bulborum nog steeds en is na verschillende uitbreidingen de enige tuin in de wereld waar meer dan 4200 verschillende voorjaarsbolgewassen te bezichtigen zijn. Verschillende tulpensoorten van voor het jaar 1900 zijn daar nog te vinden en dat geeft ons een blik in de geschiedenis. Nu we weten waar de tulp vandaan komt, kunnen we allemaal de bloemetjes buiten zetten!
Auteur: Julia Klaver
Publicatiedatum: 27/04/2011
Vul deze informatie aan of geef een reactie.