Oneindig Noord-HollandBeleef de geschiedenis van jouw provincie
NL | EN

Zaanstreek: het Noordhollands Kanaal

Het Noordhollands Kanaal kronkelt door het landschap tussen Den Helder en Amsterdam. Het werd in 1824 aangelegd om de verbinding van de hoofdstad met de zee te verbeteren. Ook de andere regio’s langs de nieuwe vaarweg profiteerden. Zelfs de Zaanstreek, hoewel die vreemd genoeg niet direct aan het kanaal kwam te liggen.

De route van het Noordhollands kanaal

Bij de aanleg van het Noordhollands Kanaal is zoveel mogelijk gebruikgemaakt van bestaande boezemwateren en ringvaarten. Het kanaal loopt vanuit Nieuwe Diep vrij recht naar beneden, maar maakt na Alkmaar een opmerkelijke bocht naar het oosten richting Purmerend. Daarna loopt het weer rechtdoor naar Amsterdam. Het is een raadsel waarom bij de aanleg niet gekozen werd voor de kortere doorsteek over de Zaan via Zaandam. Dan had ook de in de negentiende eeuw noodlijdende en voor het land zo belangrijke Zaanse industrie mee kunnen profiteren van het kanaal.

Geopperd is dat dit door verzet van de bevolking kwam. De schepen moesten, net als trekschuiten, door paarden voortgetrokken worden. Daarvoor was een jaagpad nodig langs het tachtig kilometer lange kanaal. Maar het aanleggen van een jaagpad zou in de Zaanstreek grote gevolgen hebben, vanwege de dichte bebouwing en de vele windmolens langs de oevers van de Zaan. Het lijkt logisch dat de inwoners dit niet zagen zitten. Toch is het de vraag of dat de echte reden was. In de ontwerpen van Jan Blanken, de hoofdingenieur van het ‘Groot Noordhollandsch Kanaal’, staat er niets over vermeld.

Panorama van het Noordhollands Kanaal, 1825.

Panorama van het Noordhollands Kanaal, 1825. Beeld: Collectie Stichting Provinciale Atlas Noord-Holland

Dwars door Noord-Holland

Dat het kanaal de Zaanstreek niet passeerde is vooral vreemd omdat de aanleg van het Noordhollands Kanaal bedoeld was om de economie te stimuleren. Begin negentiende eeuw, na de Franse Tijd, was het slecht gesteld met de Nederlandse economische situatie. De ooit zo bloeiende handel in Amsterdam herstelde niet. Dat gold ook voor de industriële bedrijvigheid in de Zaanstreek. Het gebied was altijd sterk afhankelijk geweest van de economische activiteiten in de hoofdstad.

Een belangrijke reden voor de malaise in de regio was de slechte bereikbaarheid van de Amsterdamse haven. Deze haven was ooit het vliegwiel van de Gouden Eeuw. De haven aan het IJ kon alleen worden bereikt via de Zuiderzee. Maar door verzanding was die haven nauwelijks meer bereikbaar. Kort na zijn aantreden in 1815 besloot koning Willem I daarin verandering te brengen. De Koning-Koopman en Kanalen-Koning had in Engeland gezien hoe de bouw van kanalen de industrie en de handel bevorderde. Willem I hoopte de economie een krachtige impuls te geven door het kanalenstelsel drastisch te verbeteren.

Er werd gezocht naar een nieuwe verbinding met de Noordzee. Een kanaal met een havenmond in de duinen ten westen van Amsterdam bleek technisch te riskant. Maar een verbinding dwars door Noord-Holland naar Nieuwe Diep bij Den Helder was wel mogelijk. Bijkomend voordeel was dat daarmee ook de afwatering in het natte Noord-Holland verbeterd kon worden.

De loop van het Noordhollands Kanaal, 1876.

De loop van het Noordhollands Kanaal, 1876. Beeld: Collectie Stichting Provinciale Atlas Noord-Holland

De aanleg van het kanaal

In een paar maanden tijd wist waterstaatsingenieur Jan Blanken (1755-1838) alle benodigde tekeningen, bestekken en begrotingen voor het kanaal op tafel te leggen. Hij ontwierp ook de waaiersluizen en de bijzondere drijvende vlotbruggen – die op een aantal plekken in Noord-Holland nog steeds bestaan.

Blanken gold als de belangrijkste waterstaatsingenieur van zijn tijd. Hij had keizer Napoleon Bonaparte nog geadviseerd, toen deze in 1811 de vlootbasis in Den Helder kwam inspecteren. De aanleg van het Groot Noordhollandsch Kanaal zou het sluitstuk van zijn carrière vormen.

In juli 1819 begon het graven. Aan de aanleg werkten duizenden arbeiders, 300 paarden, 25 baggermolens en 700 schuiten voor de afvoer van grond. In de droge stukken van het tracé groeven de mannen sleuven van zo’n 2 meter diep. Nadat die met water waren gevuld, werden ze met de hand verder uitgebaggerd tot een paardenmolen kon worden ingezet.

Vijf jaar duurde de klus. Het werk was uitputtend, de leef- en arbeidsomstandigheden slecht. De ‘polderjongens’ sliepen in schuren of houten keten. Het waren ruwe kerels. In Alkmaar liep een loonconflict zo uit de hand dat een aannemer werd doodgeslagen. Drie verdachten werden ter dood veroordeeld. Lees meer over de aanleg van het kanaal.

Ingenieur Jan Blanken, de ontwerper van het Noordhollands Kanaal.

Ingenieur Jan Blanken, de ontwerper van het Noordhollands Kanaal. Beeld: Collectie Marinemuseum Den Helder.

Opening van het kanaal

De geplande openingsdatum werd nèt gehaald. Op 16 december 1824 voeren het oorlogsfregat Bellona en het koopvaardijschip Christina Bernardina als eerste twee schepen door het kanaal. Trots werd gesproken van “een pronkstuk onzer eeuw, één der grootste waterbouwkundige werken van onze tijd”. Het was het breedste en diepste kanaal ter wereld.

Hoewel de Zaanstreek niet vlakbij het kanaal lag, had deze er uiteindelijk toch economisch voordeel van. Bij West-Graftdijk kwam een haven voor de zeeschepen die door het Noordhollands Kanaal voeren. Door de aanleg van het Kogerpolderkanaal werd deze bereikbaar voor Wormerveer. Hier kwamen nieuwe stoomfabrieken. Ruw timmerhout uit Scandinavië en Rusland werd in Den Helder per 12 balken samengevoegd tot vlotten. Deze werden met paarden naar de Zaanstreek gesleept. Daar stonden in 1871 maar liefst 110 houtzaagmolens. In 1873 ging er 67 miljoen kilo hout door het kanaal.

Het Noordhollands Kanaal met vlotbrug.

Het Noordhollands Kanaal met vlotbrug. Beeld: Collectie Regionaal Archief Alkmaar

Noordzeekanaal

Echt snel en makkelijk verliep het vervoer door het kanaal alleen niet. Met behulp van vele jaagpaarden moesten de zeeschepen en houten vlotten langs de vele sluizen, vlotbruggen en bochten worden getrokken. De reis kostte 80 cent per paard per uur. Gemiddeld duurde de tachtig kilometer lange reis twee dagen. Als het vroor soms weken. Veel schepen kozen daarom liever voor de oude omweg over de Zuiderzee.

Een bijkomend probleem was dat midden negentiende eeuw de nieuwe stoomschepen voor de zeevaart te groot bleken voor het kanaal. Het nieuwe Noordzeekanaal van de duinen bij Velsen naar Amsterdam bracht soelaas. Het Noordhollands Kanaal was voortaan alleen nog voor de waterhuishouding en de regionale scheepvaart interessant.

Schepen en ijsbrekers in het Noordhollands Kanaal bij Purmerend, door J.H. Koekoek, 1830.

Schepen en ijsbrekers in het Noordhollands Kanaal bij Purmerend, door J.H. Koekoek, 1830. Beeld: Collectie Stichting Provinciale Atlas Noord-Holland

Publicatiedatum: 15/12/2010

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie.

1 reactie
  • Andre Leijenhorst schreef:

    Mijn naam is Andre Leijenhorst ik ben coördinator vesting kanonnen bij de vereniging vesting stad Naarden (zie onze website) . We hebben een ploeg pensionado’s met ieder zijn eigen specialisatie . Wij bouwen en restaureren belangeloos kanonlopen en bouwen affuiten voor oude voorlaad kanonnen . Wij hebben inmiddels 8 complete prachtige stukken geschut afgeleverd. 3 aan de vesting stad Muiden in opdracht van de historische kring Muiden. En 5 aan de vesting stad Naarden al deze stukken geschut staan weer op historische plaatsen binnen de vestingen.
    Onze kanons lopen zijn op en kunnen nu niet verder. Wie kan ons aan lopen helpen wie weet er nog 1 of 2 ergens te liggen. mijn mail adr. paikovski222@hotmail.com of de vereniging vestingstad Naarden.

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vereiste velden zijn gemarkeerd met *. Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.