1. Melkinrichting De Sierkan
Er is niets meer van te zien op de hoek tussen de Zijlweg en de Zijlsingel. Tot 1974 was hier de NV Haarlmesche Melkinrichting De Sierkan gevestigd. Deze grote melkfabriek voorzag de Haarlemmers sinds 1903 van verse melk en allerlei zuivelproducten. De voor die tijd hypermoderne fabriek werd al snel een begrip in Haarlem. Elke dag vertrok er een leger melkkarren om overal de verse melk, afkomstig van een eigen boerderij in de Haarlemmerhout, bij mensen thuis te bezorgen.
Het was de moderne variant van de vele melkboeren die altijd de melk hadden bezorgd, zij kregen het steeds moeilijker door de nieuwe concurrentie. De Sierkan werd naast de melk beroemd om hun ijs, dat op de Haarlemse straten werd verkocht. De melkfabriek stond altijd voorop als het ging om innovatie en nieuwe producten, maar in de jaren ’60 werd het onmogelijk om de schaalvergroting in de zuivelsector bij te benen. De Sierkan fuseerde met andere zuivelbedrijven en verliet het pand. In 1974 ging het gebouw ten onder en kwam er een modern kantoorpand voor in de plaats.
Bekijk hier een filmpje uit 1920 over De Sierkan.
2. Spaarnekerk
Eeuwenlang was het bouwen van katholieke kerken verboden, maar in de negentiende eeuw mocht het weer. En dus begon Haarlem in 1883 met de bouw van de Spaarnekerk, om een oude schuilkerk te vervangen. Architect was Evert Margry, leerling van Pierre Cuypers en een van de belangrijkste Nederlandse architecten van de neogotiek. Hij ontwierp een kerk die het stadsbeeld van Haarlem zou gaan bepalen. Precies honderd jaar later was het gedaan met de Spaarnekerk. Het kerkbezoek was ernstig teruggelopen en er was daardoor geen geld meer om het gebouw te onderhouden.
De aanstaande sloop bleef niet onopgemerkt, er kwam veel verzet. Maar het mocht niet baten; in 1983 begon het slopen. Voor de kerk kwam een nieuw appartementencomplex in de plaats. In het geheugen van de Haarlemmers is de Spaarnekerk nooit helemaal verdwenen, en ook de straten herinneren nog aan de eens zo trotse kerk: zo prijkt bovenop een kleine snackbar in Schalkwijk de oude spits van de kerktoren.
3. Het Brongebouw
Eind negentiende eeuw ontstond er door inklinkende bodem in de Haarlemmermeerpolder een waterbron, waaruit ijzerhoudend water omhoog borrelde. Meteen zagen enkele rijke Haarlemmers potentie in hun stad als kuuroord, een concept dat in het buitenland al matenloos populair was. Er werd een pijplijn aangelegd en in het Frederikspark bouwde men een groot gebouw voor de zogenaamde ‘staalbaden’.
Het Brongebouw straalde weldadige luxe uit: het had een concertzaal, casino, restaurant, salons en natuurlijk badhuizen. Maar de gasten bleven weg. Men had de Amsterdammers, die steeds makkelijker naar Haarlem konden reizen, naar het kuuroord willen lokken. Maar die trokken massaal naar Zandvoort om daar zelf te ‘kuren’. Het Brongebouw raakte in verval en werd in 1932 gesloopt. Een nieuw gebouw kwam ervoor in de plaats: het Sportfondsenbad. Maar ook dat gebouw moest eraan geloven: in 1993 werd de sloophamer erin gezet. Tegenwoordig is het weer gewoon een groen park.
4. Werf Conrad
In 1883 verliet Thomas Figee de scheepswerf die hij samen met zijn broers had opgericht. Hij begon een nieuwe scheepswerf, waar allerlei soorte baggerscheppen werden gemaakt, die bijvoorbeeld werden gebruikt bij de bouw van havens. Werf Conrad was de naam, naar Frederik Willem Conrad, een bekende Nederlandse ingenieur die onder andere aan het Suezkanaal had gewerkt.
De zaken liepen goed: uit ongeveer dertig landen kwamen opdrachten binnen. Voor de eigenaren was dat reden genoeg om in 1891 een grote directeurswoning te bouwen aan de Spaarndamseweg, nummer 118. Inmiddels is er niets meer over van de scheepswerf en directeurswoning. De woning werd in 2007 gesloopt nadat het in verval was geraakt. Nu staat er op de plaats van de werf nieuwbouw, met onder andere een klimmuur en een winkelcentrum.
5. Synagoge
In de negentiende eeuw was de Joodse gemeenschap in Haarlem flink aan het groeien. Het werd tijd voor een echte synagoge, de kleine woning aan het Goudsmidsplein was niet meer voldoende. De nieuwe syngagoge komt er in 1841, aan de Lange Begijnenstraat. Het pand heeft een opvallende neo-gotische bouwstijl, met twee torens. Honderd jaar lang doet de synagoge dienst als centrum van de Joodse gemeenschap in Haarlem, tot de Tweede Wereldoorlog uitbreekt en de synagoge wordt leeggehaald. De beroemde drukkerij Joh. Enschedé gebruikt de synagoge daarna als opslagplaats.
Na het einde van de oorlog proberen de weinige Joodse overlevenden de synagoge terug te krijgen, maar daar gaat het drukkersbedrijf niet mee akkoord. Na lange onderhandelingen wordt de synagoge verkocht aan Joh. Enschedé. Op 11 april 1953 ontstaat er brand in de opslagruimte voor papier en karton: het is het einde van de synagoge. Tegenwoordig herinnert het Simon de Vrieshof vlakbij de plek waar de synagoge heeft gestaan aan de Joodse geschiedenis van de buurt. Simon de Vries was een beroemde Rabbijn van de Joodse gemeente in Haarlem.
Op onderstaande kaart is aangegeven waar de vijf verdwenen gebouwen vroeger stonden. Kijk voor een kaart met alle verdwenen gebouwen van Nederland op www.verdwenengebouwen.nl.
Auteur: Machiel Spruijt
Publicatiedatum: 02/06/2016
Vul deze informatie aan of geef een reactie.
1 reactieGaarne ontvang ik uw info!