Soms laat het wrak wat inventarisresten zien, die datering gemakkelijk maken. Een voorbeeld hiervan zijn de vaak talrijk aanwezige rookpijpjes. Dit wrak had niet veel: een geel ovensteentje, het restant van een glazen fles en een al aangetaste kanonskogel. Juist deze kogel was van belang. De doorsnede was ca. 16 cm en dit was bepaald niet van een doorsnee koopvaarder uit de geschatte tijd.
Oranjewoud
Uit archief onderzoek o.a. uit het Dreg III wrakkenregister kwam voort, dat in 1757 in die omgeving een enorme scheepsramp had plaatsgevonden, welke vergelijkbaar zou zijn met de ondergang van de Wasa en de Herald of Free Enterprise.
Een jaar eerder werd de scheepsbouwmeester Baes te Hoorn opdracht gegeven voor rekening van de Admiraliteit van het Noorderkwartier en West Friesland een fregat te bouwen. Het schip zou ruim 36 meter lang en 10,34 meter breed worden, De aanneemsom bedroeg ƒ43.214,-. Het schip kreeg de naam”Oranjewoud”.
Een zinkend schip
Op de maidentrip voer het schip leeg van Enkhuizen naar Wieringen, alwaar ballast werd ingenomen, kanonnen, kruit, water enz. Het schip had een diepgang voor van 15 voet en achter 16½. De 8ste juli 1757 werd omstreeks 7 uur in de morgen het anker gelicht en werd de koers gezet naar Texel. Het was een bramzeilkoelte (3) WZW ten Westen. Omstreeks één uur in de middag ontdekte de bemanning dat het voorschip begon te zinken.
Onduidelijke oorzaak
Onmiddellijk werden zware voorwerpen als ankers en kanonnen over boord geworpen, echter het mocht niet baten. Binnen een halfuur was het fregat in de diepte verdwenen. Van de 200 bemanningsleden verdronken er 106. Naar de oorzaak van deze enorme scheepsramp werd gegist. Men veronderstelde dat de scheepbouwmeester de z.g. loggaatjes vergeten had, dan wel, dat ze verstop waren. Loggaatjes zijn openingen in de spanten die het lekwater vanuit het voorschip doorlaten naar de in het achterschip aanwezige pompen. Ook was mogelijk, dat van het nagelnieuwe schip een nog onder spanning staand huiddeel uit het voorschip was gesprongen. Uit een van de notariële akten uit die tijd haalde ik na een uitgebreid relaas de volgende letterlijke afsluitende tekst:
“Dit is hetgene ik U hiervan kan mededelen. Ik wenschte wel wat beter aen Uw oogmerk, ’t welk toch is om de ware reden van ’t zinken van ’t bovengemelde Schip te weten, te kunnen voldoen; doch zulks is my niet mogelyk; en byaldien met den tyd al eens gemeen word, zullen onze Nazaten misschien meer apparentie hebben, als wy, om ’t zelve te ontdekken.”
Opgevreten en vergaan
In de zomer van het jaar 2008 voer ik met mijn schip de Phileas Fogg in dat gebied langs de bekende eerder gevonden scheepsrestanten. Sommige zijn weer onder het zand verdwenen en aderen zijn inmiddels door de onvermoeid doorvretende paalworm voor de tweede maal vergaan, volledig verdwenen dus.
De vermeende Oranjewoud ligt er nog. Ik heb er die zomer niet op gedoken, maar uitgaande van mijn ervaring zal het schip inmiddels behoorlijk aangevreten zijn.
Auteur: Hans Eelman
Publicatiedatum: 17/03/2011
Vul deze informatie aan of geef een reactie.
1 reactieHeel erg interessant onze maritieme geschiedenis, echt top door jullie weergegeven!,bedankt !!!