
Ontstaan
Feit is dat de bouwer van het Oosthuizense orgel onbekend is, dus je weet maar nooit. De kas is oud, eind vijftiende eeuw, en een deel van het pijpwerk is waarschijnlijk begin vijftiende-eeuws, maar grotendeels pas rond 1670 in de kas geplaatst (door Pieter Backer, uit een afgebroken orgel in Medemblik).

Het middentoonorgel. Beeld: www.flickr.com.
Middentoonstemming
Het meest bijzondere van het instrument is de zogenaamde middentoonstemming. Alle piano’s en andere toetsinstrumenten zijn eigenlijk een beetje vals, omdat het onmogelijk is om zuivere akkoorden te bereiken als je ook in alle toonsoorten wilt kunnen spelen.* Als je die laatste eis laat vallen zijn er stemmingen te bedenken waarin een aantal akkoorden volledig zuiver, dus zonder zwevingen, klinkt; de middentoon- stemming is daar één van.
Wereldberoemd
Oude muziek, zeg maar tot en met Sweelinck, is op deze stemming geschreven en klinkt op dit orgel dus bijzonder fraai. Maar Bach is al te modern. Ook al is het instrument met zeven registers en één klavier van drie-en-een-half octaaf zeer bescheiden, het is door zijn klank, en ook vanwege de akoestiek van de kerk, wereldberoemd; in Tokyo heeft een orgelliefhebber er zelfs een kopie van laten bouwen.
De hele zomer door zijn er bespelingen en concerten op het orgel van Oosthuizen. Voor het programma, zie de website van de Grote Kerk Oosthuizen.* In de meetkundige reeks van de 12 halve tonen binnen een octaaf komen nergens de exacte verhoudingen 2:3, 3:4, 4:5 voor, dus geen zuivere tertsen, kwarten of kwinten. Door wat te schuiven met de toonhoogten is een aantal tertsen zuiver te stemmen, maar andere zijn dan niet meer om aan te horen.
Publicatiedatum: 24/02/2011
Vul deze informatie aan of geef een reactie.