Oneindig Noord-HollandBeleef de geschiedenis van jouw provincie
NL | EN

Het ontstaan van Vliegveld Hilversum

Vliegveld Hilversum ligt ingesloten tussen Hilversum, Loosdrecht en Hollandsche Rading. Op het kleine vliegveld kan je vlieglessen boeken, instappen in een zweefvliegtuig of een helikoptervlucht afspreken. In 1938 begon de aanleg op een open terrein aan de rand van het bos. Vliegveld Hilversum is inmiddels uitgegroeid tot wat de gebruikers zelf noemen het ‘groenste en gezelligste vliegveld van Nederland’.

Burgemeester J.M.J.H Lambooy (1874-1942) van Hilversum had er zin in. Hoewel er deze februaridag in 1938 een stevige koude bries stond, nam de oud-legerofficier en vroegere minister van Defensie welgemoed een kruiwagen vol zand ter hand. Hij maakte onder toeziend oog van genodigden een begin met de egalisering van het veld. Dit open terrein aan de rand van het bos moest een vliegveld worden. Boer Knibbe had in 1916 12 ha weiland in de Haarlemmermeerpolder aan de landmacht verkocht, wat het begin was van de internationale luchthaven Schiphol. Daarop mikte men in Hilversum niet.

Kerkelanden

Sportvliegtuigen, zweefvliegtuigen – dat was waar het terrein van 45 ha, grenzend aan de grindweg tussen Loosdrecht en Hollandsche Rading, voor was gehuurd (met na 10 jaren recht van koop). De eigenaar van de grond was de kerkeraad van de Ned. Hervormde Kerk in Naarden. Na het afbranden in 1481 van de Grote Kerk in Naarden, toen de belangrijkste stad in het Gooi, hadden dorpen in de omtrek grond geschonken. Deze ‘kerkelanden’ verpachtte het kerkbestuur aan boeren. De pachtsommen waren voor wederopbouw van de kerk.

Al jaren was er door verschillende notabelen vergaderd en gelobbyd voor de aanleg van een sportvliegveld in de buurt van Utrecht of het Gooi. Waar moest het vliegveld komen? De minister van Waterstaat zou de knoop doorhakken, meldde de Nieuwe Haarlemsche Courant.

Misschien hielp het mee dat Hilversums burgemeester Lambooy als oud-minister goede contacten had in Haagse kringen. Bovendien was hij sinds 1931 lid van Provinciale Staten van Noord-Holland. Hoe dan ook, de keus viel op Hilversum. En zodoende kon de burgemeester aan het kruien slaan.

Johan Marie Jacques Hubert Lambooij (1874-1942) Burgemeester van Hilversum tussen 1929-1940. Beeld: Wikimedia Commons.

‘Overwinning behaald’

Het egaliseringwerk van de burgemeester werd afgemaakt door werklozen. Het zou nog een heel karwei blijken om de vroegere kerkelanden geschikt te maken als landingsterrein. Maar bij de start van het project benadrukte de burgemeester dat dit nu al een verheugende dag was voor Hilversum. Hij was blij dat het vliegveld hier mocht verrijzen en dat de andere gegadigden het nakijken hadden. Om het verslag in de Gooi- en Eemlander te citeren: ‘Gelukkig heeft Hilversum de overwinning behaald en zal er nu een vliegveld komen, dat aan alle eischen voor de sportvliegerij voldoet, hetgeen de aantrekkingskracht van Hilversum weer zal vergrooten.’

Ruim een jaar na het storten van de eerste kruiwagen met zand kon een gezelschap genodigden opnieuw naar het terrein aan de grindweg rijden. Nu voor het bijwonen van de viering dat het vliegveld bijna gereed was. Burgemeester Lambooy metselde een gedenksteen in de vestibule van het luchthavengebouw. Sprekers benadrukten dat dit, nu het vliegveld vrijwel klaar was, een bijzonder moment was voor de luchtvaart in het algemeen en voor de sportvliegerij in het bijzonder.  Op 30 september 1939 zou de officiële opening plaats vinden. Dat was althans het streven.

Opening van het vliegveld Hilversum. Prins Bernhard hijst de vlag. Foto Jacq. Stevens, 12-7-1948. Gooi- en Eemlander; streekarchief Gooi- en Vechtstreek, item: SAGV032.5+7998.

Mobilisatie

Het vliegveld ging wel open, maar niet officieel. Vanwege de mobilisatie met oog op dreigende vijandelijkheden, vorderde in augustus het leger het vliegveld. Hier streek een verkenningsgroep neer die met vliegtuigen van Fokker en Koolhoven de lucht in ging. Het leek de legerleiding het veiligste om een aantal vliegtuigen verspreid en verdekt op te stellen op het terrein. Met handkracht en met behulp van auto’s sleepten de militairen de vliegtuigen naar de bossen en de heide. Het terrein van het vliegveld werd uitgebreid. En tegen het eind van 1939 vonden hier ook ’s nachts oefeningen plaats.

Intussen kwamen er berichten dat Duitse en Italiaanse spionnen rond het vliegveld waren gezien. Een schildwacht had zelfs geschoten op een auto met Italiaans kenteken. Die wagen was ’s nachts het vliegveld op gereden. Nadat de schildwacht de indringer ontdekt had, ging de chauffeur er in volle vaart vandoor.

De witte lijn geeft de grens weer van het vliegveld van Hilversum tijdens de Tweede Wereldoorlog, de gele lijn geeft de oorspronkelijke en huidige grens weer. Beeld via Wikimedia Commons, WeetalPics, CC BY-SA 4.0.

Rioolbuizen op de baan

Deze buitenlandse belangstelling voor het vliegveld voorspelde weinig goeds. Met oog op de toenemende dreiging van een Duitse inval werd het landingsterrein deels met betonnen rioolbuizen versperd. Een baan werd vrij gehouden.

In de nacht van 9 op 10 mei 1940 was het zo ver. Duitse militaire vliegtuigen vielen het vliegveld Hilversum aan. Vier toestellen die op het veld stonden raakten beschadigd, maar de verdekt opgestelde vliegtuigen konden nog de lucht in. En dat deden ze. Ze beschoten eerst Duitse vliegtuigen bij het strand van Scheveningen en zetten vervolgens koers naar het vliegveld Middenmeer in de Wieringermeer.

Een bunker van een Luftwaffe afdeling die het Vliegveld Hilversum gebruikte. De bunker stond langs het fietspad dat vanaf de Noodweg langs Zonnestraal loopt en dat uitkomt op het fietspad dat vanaf het vliegveld naar de Bosdrift loopt. Fotograaf: Jacq Stevens. Streekarchief Gooi en Vechtstreek te Hilversum, item: SAGV032.5+9108.

Munitiekuilen

De Wehrmacht nam na de capitulatie vliegveld Hilversum in bezit en breidde het terrein aanzienlijk uit. Er kwamen gebouwen aan de oostzijde van het vliegveld (waar nu de Korporaal Van Oudheusdenkazerne is gevestigd), betonnen bunkers werden gebouwd en er werden kuilen gegraven voor de opslag van munitie.

Kees van Aggelen schrijft dat vliegtuigen die tijdens de bezetting door Fokker in Amsterdam-Noord waren gebouwd, per oplegger naar Hilversum kwamen om op het vliegveld in elkaar te worden gezet. En te worden ingevlogen. Eenheden van de Luftwaffe hebben dit vliegveld echter niet gebruikt. Vlak voor hun capitulatie hadden de Duitsers gebouwen op het vliegveld opgeblazen en van alles onklaar gemaakt.

Maar de vernielingen bleken niet zo ernstig, dat geallieerde troepen in juni 1945 er niet terecht konden. Britse vliegtuigen landden op vliegveld Hilversum. Dat was overigens maar voor korte duur, de vliegtuigen gingen al na enkele weken (over de weg) naar Duitsland.

Demonstratie op vliegveld Hilversum met een nieuw vliegtuig een Engelse Chrislea Super Ace; pilote Ida van Zanten voormalig RAF pilote en geheel rechts de directeur van het vliegveld dhr. F. Kuypers. Foto: Jacq. Stevens, 15-11-1948. Gooi- en Eemlander, streekarchief Gooi- en Vechtstreek, item: SAGV032.5+ 6686

Prins Bernhard komt aanvliegen

Het vertrek van de militairen betekende dat het vliegveld Hilversum weer de oorspronkelijke grenzen kreeg, wat vrijwel een halvering betekende ten opzichte van de bezettingsjaren. De grasmat moest hersteld worden en de opgeblazen gebouwen worden opgeruimd, maar in de zomer van 1948 was het moment aangebroken voor een feestje.

Prins Bernhard kwam met zijn eigen vliegtuig (PH-PBB) aanvliegen om het vliegveld officieel te (her)openen. Honderden belangstellenden hadden zich, meldde dagblad Trouw, in de grote versierde hanger verzameld, ‘voornamelijk autoriteiten uit de luchtvaartwereld en uit het militaire- en bedrijfsleven’. Namens de minister liet de directeur van de Rijksluchtvaartdienst weten dat in Hilversum alleen overdag mag worden gevlogen ‘daar den patiënten van het nabijgelegen sanatorium “Zonnestraal” geen overlast mag worden aangedaan’.

De opening werd afgerond met verschillende demonstraties. Prins Bernhard ging voorop in een Fokker F 25 ‘Promotor’ met dubbele staart en (duw)propeller aan de achterzijde van de romp. Bij vertrek kreeg de prins, aldus een van de kranten, een ‘zakdoekjesapplaus’. De Fokker F 25 ‘Promotor’ was het eerste vliegtuig dat Fokker na de oorlog had ontwikkeld, het was bedoeld voor de zakenwereld. De Promotor bleek geen succes, er is uiteindelijk niet één toestel verkocht.

Het gedoe op het vliegveld trekt op mooie dagen veel belangstellenden, 1982. Gooi- en Eemlander, streekarchief Gooi- en Vechtstreek, item: SAGV236+13947.

Geen ijshockey

De Gooi- en Eemlander haalde burgemeester Van Hellenberg Hubar aan die de opening van dit vliegveld in 1948 van zeer grote betekenis voor Hilversum vond. Er is nu vrijwel geen enkele tak van sport meer die hier niet beoefend kan worden, of het moest ijshockey zijn. Aldus de burgemeester. Vanwege de feestelijkheden konden belangstellenden in het weekend een rondvlucht maken over de Loosdrechtse plassen of het Gooi. De een half jaar tevoren opgerichte luchtvaartmaatschappij Aero Holland verzorgde ze.

De verslaggever van de Gooi- en Eemlander vloog mee over Hilversum: ‘De aller-interessantste gewaarwording voor de luchtreiziger is ongetwijfeld het aanschouwen van zijn eigen woning. Men heeft een unieke gelegenheid het eigen tuintje met dat van de buren te vergelijken’. Waar het vliegtuigje in twee minuten van Hilversum naar het vliegveld vliegt, aldus de journalist, wachtte hem na afloop een fietstocht van een uur naar huis.

De PH-VHA vlak voor de take-off van EHHV. Foto: Jan Maarten Pekelharing, 2024.

Zwaluwenberg

Prins Bernhard was regelmatig op het vliegveld te zien. Hij woonde in de buurt (op Paleis Soestdijk) en in zijn functie van inspecteur-Generaal van de krijgsmacht verbleef hij vaak op de Zwaluwenberg, op enkele minuten rijden van het vliegveld. Op de Zwaluwenberg is sinds 1946 de staf van de inspecteur-Generaal van de krijgsmacht gevestigd.

De Nationale Luchtvaartschool, de oudste luchtvaartopleider in ons land, heeft jarenlang de exploitatie van dit vliegveld verzorgd. En vloog er met de types Tiger Moth, Piper Cub en Piper Cherokee. Verschillende bedrijven die rondvluchten en reclamevluchten verzorgden zaten hier ook. Martin Schröder, oprichter van Martin Air, is in Hilversum begonnen met de firma Reclamair.

Vliegveld Hilversum met de vliegschool. Foto: Jan Maarten Pekelharing, 2024.

Luchtschrijven

En dan had je op het vliegveld nog het bedrijf Skylight dat reclamevluchten verzorgde en als specialiteit ‘luchtschrijven’ had. Met witte letters kon een bedrijf de naam in de lucht laten schrijven. Je zag dergelijke reclames wel op zomerse dagen boven het strand. Dat luchtschrijven was nog een hele kunst, want de piloot moest op een hoogte van 5 kilometer de letters in spiegelschrift schrijven. Dat kon alleen met behulp van aanwijzingen via de radio van een collega op de grond.

Skylight vloog ook met hoogdekkertje, ooit ontworpen voor het besproeien van bouwland, dat dankzij de grote vleugelspanwijdte geschikt was voor het slepen van netten met reclameteksten. Bij grote publieksevenementen als het vroegere Aalsmeerse bloemencorso dat naar Amsterdam trok, zag (en hoorde) je dit vliegtuigje vaak. Tot de vaste gebruikers van het vliegveld behoorde ook de omroep. De NOS hier had jarenlang (tot 1982) een eigen vliegtuig staan. Deze PH-NOS ging in de lucht wanneer er voor het NOS-Journaal opnamen moesten worden gemaakt.

Op het vliegveld kan je vlieglessen boeken, instappen in een zweefvliegtuig of een helikoptervlucht afspreken. Wat in 1938 begon met de kruiwagen van burgemeester Lambooy is uitgegroeid tot wat de gebruikers zelf noemen het ‘groenste en gezelligste vliegveld van Nederland’. Op vrijwel elke mooie dag staan geïnteresseerden te kijken naar het gedoe op de grasbanen. Het ronken van de sportvliegtuigjes, het suizen van de overvliegende zweefvliegtuigen trekt de aandacht. Je kan je indenken dat een nieuwsgierige vogel wel eens een kijkje wil nemen bij wat in de luchtvaartwereld bekend staat onder de code EHHV (Europa-Holland-Hilversum-Vliegveld).

Gelukkig hebben vogels nachts het luchtruim voor zich alleen. De sportvliegtuigen blijven dan aan de grond.

Auteur: Jan Maarten Pekelharing

Bronnen:

Publicatiedatum: 08/04/2024

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie.

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vereiste velden zijn gemarkeerd met *. Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.