Zelf musiceren
Eén van de aardigste advertenties waar we in de jaren twintig op stuiten is die van muziekinstrumentenfirma Kettner, die onder andere vestigingen in Hilversum en Amsterdam heeft. Ketnner heeft een vrij dramatische manier om ouders het belang van pianoles in the peperen.
In de Gooi- en Eemlander plaatst de firma in 1928 de volgende advertentie: ‘Indien iedereen tevreden ware met luisteren naar muziek, en niemand roeping voelde tot zelf musiceeren, zou de ‘Moeder der Kunsten’ spoedig sterven uit gebrek aan beoefenaars.’ Zo, die zit. Denk daar maar eens over na. Laat uw kind dus pianoles nemen, zodat hij anderen kunstgenot kan schenken en ‘een hoger levensideaal moge nastreven.’
En dan komt de aap uit de mouw: ‘Koop een goed instrument.’ Waar? Bij de firma Ketnner natuurlijk. Dezelfde firma blijkt een meester te zijn in het opwekken van schuldgevoelens, getuige een andere advertentie waarin een meisje beschaamd haar hoofd buigt als de moeder van haar achter de piano gezeten vriendinnetje haar vraagt: ‘Speel JIJ nu eens wat.’ Waarop een waarschuwing volgt: ‘Laat het niet UW kind zijn dat verlegen kleurt en zich linksch voelt tegenover een vriendje of vriendinnetje.’
Gezond vleesch
Als moeder wil je natuurlijk dat je kind gezond blijft. De firma Scott’s adverteert in december 1907 voor een soort levertraan ‘zonder dien afschuwelijke traansmaak’. Het spul maakt een einde aan vermagering en bouwt bovendien ‘ flink gezond vleesch’ op. Mocht je kind iets mankeren, dan kun je het met ‘blijde levenskrachten vervullen’ als je het Scott’s Emulsion toedient.
Blijkbaar waart er in 1932 een Engelse ziekte rond, waarbij je kind gauw huilt ‘en achterlijk is met staan en loopen.’ De ziekte is eenvoudig te bestrijden, zo leert een advertentie. Geef je kind Dohyfral-tabletten, want die bevatten ‘gekristaliseerd vitamine-D’. Een kwart tot een half tablet per dag is voldoende. Omgerekend kost die vitamine D slechts een stuiver per dag. Geen geld natuurlijk, en laten we wel wezen: ‘Is de gezondheid van uw kind geen stuiver per dag waard?’
Een fabrikant van vijgensiroop maakt in 1929 reclame voor een middel dat je kunt aanwenden als de boel bij je kind verstopt is. In dat geval kan de Californische vijgenstroop Califig uitkomst bieden. Binnen een paar uren is de ‘zure gal en het gistend voedsel’ uit de ingewanden verdwenen. Bovendien zorgt het wondermiddel voor een ‘opgewekt humeur’, wat altijd mooi meegenomen is.
Preventor
In 1932 adverteert de schoenenbranche in De Zaanlander met Preventor-schoenen. Op de foto zien we een ventje met X-benen. De advertentie legt uit dat aan kinderbeentjes, die nog zacht en zwak zijn, ‘den geheelen dag zware eischen worden gesteld.’ Snel dus maar Preventorschoenen aanschaffen, want die geven ‘steun, waar steun nodig is en ruimte, waar ruimte nodig is.’ En het aardige is dat de Preventorwinkelier ze gratis aanpast mocht de kleine snel groeien.
Om het medische blokje af te sluiten wijzen we nog even op een advertentie die K. Ackema en Zoon in 1936 plaatsen. Zij drijven een tandheelkundige kliniek aan de Veemarkt in Hoorn. Heden ten dage zullen tandartsen hun tarieven niet snel openbaren, maar in 1936 doen ze daar niet moeilijk over. En zo weten we dat de Ackema’s al voor één gulden een kies trekken. Een vulling kost twee gulden en voor 30 gulden heb je al een heel gebit.
Houten tobbes
Maar moeder waakt niet alleen over de gezondheid van haar kroost, ze moet ook wassen. In 1923 heb je al wasmachines, maar die zien er naar hedendaagse maatstaven nogal primitief uit. Het zijn houten tobbes met daar bovenop een wringer. Op 3 maart 1923 wordt met ‘wasmachines’ van het merk Velo in De Zaanlander geadverteerd. En zoals gebruikelijk in die tijd gaat dat in dichtvorm.
‘ ’t Ideaal van elke vrouw. Met de VELO Wascht U schoon, en o zoo gauw!’.
Ook de firma Kwaad, die een stoomwasserij in Hoorn exploiteert, laat de dichtader graag stromen getuigde de volgende advertentie uit 1935: ‘Wat is het best voor de wasch? En brengt de huisvrouw in haar sas. ’t Is zeker dat een kind het raad. Het beste voor de wasch is Kwaad.’
De Gebroeders Rotgans uit Alkmaar prijzen hun Blanka-Bleekextract in 1937 als volgt aan: ‘Zeg Juul, wat doe jij toch met je wasch, dat hij zoo kraak is?’ ‘Och kind, gebruik jij dan nog geen BLANKA? Ik ben direct begonnen met Blanka-Bleekextract, zoodra ik getrouwd was en werkelijk, Moeder heeft het nu ook, op mijn aanraden. Ze vindt het gewoonweg een uitkomst.’ En dat voor maar 3 cent per ‘helderwitte wasch!’.
Sunlight Zeep
Van wassen naar schoonmaken is een kleine stap. In de Gooi- en Eemlander treffen we een prachtige tekening aan van het ooit wereldberoemde zeepmerk Sunlight. We zien twee dienstmeisjes aan het schrobben. En waarom doen ze dat? Omdat ‘Sunlight Zeep uw Engelsche ledikanten als bij tooverslag reinigt, zoodat ze als nieuw staan te blakeren in het lentezonnetje!’. Met deze zeep maak je de boel grondig en vlug schoon, ‘zoodat er nog voldoende tijd overblijft om een half uurtje met de kleintjes, die de frissche lucht toch zoo nodig hebben, te gaan wandelen of te spelen.’
Als je door het gebruik van Sunlight Zeep tijd overhoudt, kun je met de kleintjes bijvoorbeeld een stukje gaan fietsen. De aan de Weteringschans in Amsterdam gevestigde firma Burgers heeft een koddige manier van adverteren. ‘Een kind kan dwalen, maar een kind koopt ook geen rijwiel. Maar dat een volwassen, verstandig mensch kan dwalen in de keus van zijn rijwiel blijkt iederen dag. Dwaal niet en kies een Burgers E.N.R.’ De letters E.N.R. staan voor De Eerste Nederlandse Rijwielfabriek, in 1869 opgericht door Hendrikus Burgers.
Poppendokter
Stel dat je in de Zaanstreek woont, en de pop van je dochter moet nodig gerepareerd, dan kun je naar de poppendokter die aan de Zuiddijk woont, want die man adverteert in De Zaanlander met de slogan: ‘Een kind speelt gaarne met haar pop, mits geen gebroken armen of pop. Voor weinig geld, de pop hersteld.’
Onderweg worden moeder en dochter door een regenbui overvallen. Hè, wat vervelend nou, maar eenmaal thuis is het leed snel geleden, want moeder maakt snel een beker warme chocolademelk. Net als Tante Jet uit de Advertentie waarop je een klein meisje in regenpak ziet, die opkikkert van een kop ‘heerlijke, dampende Van Houten’s cacao’. Elke dag komt ze na school even bij Tante Jet langs voor zo’n heerlijke kop choco. ‘Dat spaart een dokter uit,’ zegt Tante Jet.
En met zo’n dampende kop chocolademelk is het goed luisteren naar de radio, want tv is er natuurlijk nog niet, laat staan X-Box. De firma Barends in Haarlem heeft een alleraardigste manier bedacht om zijn radiotoestellen aan te prijzen. Dat gaat zo: ‘Bellie holt de kamer binnen. Moeder roept: ‘Wat is er kind, wat ben je druk.’ ‘Ja Moe, Opa heeft een nieuw radiotoestel gekocht. O, wat speelt dat mooi en opa kan Amerika en Indië er ook op beluisteren. Ja Moe, echt waar hoor en een geluid, je staat er paf van; ’t is mooier dan dat dure radiotoestel van buurman.’ Zo’n toestel kost 75 gulden en Moe vindt dat helemaal niet duur. Waar heeft opa dat toestel gekocht, wil ze weten. Nou, laat dat nu de firma Barends zijn.
King pepermunt
Dan dwalen haar ogen af naar een advertentie voor King-pepermint. Ze ziet een meisje dat bij haar opa op schoot zit. Opa heeft een groot uitgevallen pepermunt in zijn hand en de begeleidende tekst luidt: ‘Hetzij kind of grijsaard…wie eenmaal King-pepermunt heeft geproefd, lust geen andere meer.’ Nee, dat rijmt niet, maar de boodschap is duidelijk.
Werktuigelijk kijkt moeder nog even naar de aankondigingen van toneelvoorstellingen. De Zaanse Toneelvereniging ‘Vondel’ voert in ‘Ons Huis’ een blijspel in drie bedrijven op van J.Hartley Manners. Kaartjes kosten € 1,50, maar je kunt ook de generale repetitie bijwonen. En dan betaal je maar drie kwartjes. Oh ja, in Zwaagdijk wordt een toneelstuk opgevoerd met de enigszins morbide titel ‘Kind wie heeft jou gedood.’ Nou, het is maar goed dat er ook een blijspel op het programma staat.
Toevallig is haar zuster in Hilversum op dat moment ook de krant aan het lezen, al is het niet De Zaanlander, maar De Gooi- en Eemlander. Haar ogen glijden over de advertentie van de Hilversumse ondernemer Th. De Wit, die adverteert met de slogan: ‘Een goed kind dat naar z’n vader aart en De Wit’s Kleeding draagt’. Nou ja, rijmen is niet De Wits sterkste kant. Ze kijkt naar het ventje dat er bij staat afgebeeld. Net een klein jagertje, denkt ze. Best wel stoer. Ze neemt zich voor om snel maar eens een bezoek te brengen aan Magazijn De Ster aan de Groest, want daar hebben ze een speciale kinderetalage, met ‘sport en blousepakjes.’
Burgermeisje
Ze slaat de pagina om en leest de kleine personeelsadvertenties. Er worden in het Gooi vooral nette en flinke meisjes gevraagd: keukenmeisjes, dienstboden, linnenmeisjes en huisnaaisters. Een Hilversumse familie vraagt bijvoorbeeld een net Burgermeisje, dat goed kan verstellen en een burgerpot kan koken. Dagmeisje en werkster zijn al aanwezig. Ook worden er flinke knechten, loop- en spoeljongens gevraagd. De ‘Pax’ schoencremefabriek vraagt jongens van 14-16 jaar, naar niet iedereen hoeft de fabriek in, want de Hilversumse jongedames-fietsclub zoekt nog ‘eenige nette dames-leden.’
Dan valt haar oog op de advertentie van C&A die in de jaren dertig adverteert met kleding die zowel degelijk is als ‘op aardige en echt-kinderlijke wijze’ de nieuwe mode volgt. Onder de advertentie staat een moppenrubriek getiteld ‘Even lachen’. ‘Meester: Bob, vertel jij me eens, waarom trok Hannibal over de Alpen? Bob: Hij moest waarschijnlijk aan den overkant wezen, meester!’
Voor dit artikel zijn advertenties bekeken die tussen 1900 en 1940 zijn geplaatst in kranten die verschenen in Amsterdam, Haarlem, Hilversum, Hoorn en Alkmaar. Met dank aan het digitale archief www.delpher.nl van de Koninklijke Bibiliotheek.
Auteur: Arnoud van Soest
Publicatiedatum: 02/01/2021
Vul deze informatie aan of geef een reactie.