Oneindig Noord-HollandBeleef de geschiedenis van jouw provincie
NL | EN

Middeldorpstraat en Roemerdorpstraat

Als gevolg van de industrialisatie vond er in de tweede helft van de 19e eeuw een enorme trek plaats van het platteland naar de steden. Al snel ontstond er een groot tekort aan woningen, waardoor veel mensen in ongekend slechte omstandigheden woonden. Omstandigheden waarbij meerdere gezinnen in dezelfde ruimte woonden, en een tekort aan licht en lucht in de woningen kwamen veelvuldig voor. De overheid stelde in 1901 de Woningwet vast, met als doel het bevorderen van de bouw van goede woningen. Het wordt algemeen beschouwd als het begin van de overheidsbemoeienis met de volkshuisvesting in Nederland. Met de Woningwet in de arm konden gemeenten zo overgaan tot onbewoonbaarverklaring, onteigening en krotopruiming.

Woningcorporaties

Er kwamen regels dat eengezinswoningen uit tenminste drie vertrekken moesten bestaan, en rug-aan-rug-woningen werden verboden: er moesten aan twee kanten van de woning ramen zijn. Die regels klinken allemaal prachtig, maar bijna niemand kon zulke woningen betalen, en dus wilden aannemers de huizen niet bouwen. Gemeenten besloten subsidies te verstrekken voor huizen die wel aan deze regels voldeden.

Krotwoningen in de Amsterdamse Pijp, eind 19e eeuw.

Dit leidde ertoe dat woningbouwcorporaties in het leven werden geroepen die met de gemeentelijke subsidies woningen bouwden, en die weer verhuurd werden aan arbeiders. Het heeft jaren geduurd voordat dit allemaal geregeld was. Pas vanaf 1914 werd er flink gebouwd aan woningen die voldeden aan de Woningwet, zo ook in Amstelveen. In de Middeldorpstraat zie je een tableau in de gevelwand van de woningcorporatie uit 1914 die deze woningen met subsidie bouwde: woningbouwvereniging Amstelland.

Leefomstandigheden in de 19e eeuw in Amsterdam.

Publicatiedatum: 20/11/2014

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie.

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vereiste velden zijn gemarkeerd met *. Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.