Fort Coehoorn is één van de forten van de Stelling van Amsterdam. Tussen 1880-1920 werd rondom Amsterdam een bijzonder verdedigingswerk van forten, batterijen, dijken en sluizen aangelegd. Militairen konden de toegang tot de hoofdstad blokkeren door de omliggende gebieden onder water te zetten. Tot de uitvinding van nieuwe militaire technieken en de komst van het vliegtuig bleef Amsterdam zo beschermd tegen invallen van vijanden. Ondanks dat de Stelling van Amsterdam nooit als geheel in werking is getreden, is het een belangrijk militair monument. Sinds 1996 staat de Stelling op de Werelderfgoedlijst van UNESCO en vanaf juli 2021 maakt het samen met de Nieuwe Hollandse Waterlinie onderdeel uit van het werelderfgoed Hollandse Waterlinies .
Een fort bij Muiderberg
Het plan om een fort bij Muiderberg te bouwen ontstond toen de steden Weesp en Muiden in 1893 aan de Stelling van Amsterdam werden toegevoegd. Deze vestingen vormden aan de oostzijde van de Stelling de hoofdverdedigingslinie . De vestingen en forten die hier stonden, waren ouder dan de rest van de Stelling en niet goed bestand tegen moderne explosieven. Door een nieuw fort bij Muiderberg te bouwen, kon de hoofdlinie naar het oosten opschuiven. Dure aanpassingen aan de verouderde forten bij Muiden en Weesp waren daardoor niet meer nodig.
Eerste fort van gewapend beton
Het Fort Coehoorn zou gebouwd worden aan de Krommedijk, de oorspronkelijke Zuiderzeedijk ten oosten van Muiderberg. Voor de bouw was in 1912 een budget van zo’n 850.000 gulden vrijgemaakt, ruim twee keer zoveel als een stellingfort gemiddeld kostte. Het fort zou maar liefst 29 vertrekken krijgen, in plaats van de gebruikelijke 16 tot 20. Ook zouden er drie stalen pantserkoepels worden geplaatst, die het geschut dat eronder stond beschermden tegen vijandelijk vuur. Aan weerszijden van het gebouw zouden, net als bij veel andere stellingforten, hefkoepels met kanonnen komen. Vanuit het hoofdgebouw waren alle koepels te bereiken via poternes . Nieuw was dat het hoofdgebouw volledig van gewapend beton gemaakt zou worden. Dit met staal versterkte beton was al voor kwetsbare plekken in stellingforten gebruikt, maar nog nooit voor een heel fortgebouw.
Eerste Wereldoorlog legt de bouw stil
Doordat de Eerste Wereldoorlog in 1914 uitbrak, is het Fort Coehoorn er uiteindelijk niet gekomen. Als voorbereiding op de bouw waren in 1912 aarden verdedigingswerken en een fundering aangelegd. In 1913 was ook de fortwachterswoning aan de huidige Eikenlaan af. Toen de bouwvakkers in de zomer van 1914 klaar waren om aan het hoofdgebouw te beginnen, brak de oorlog uit. De bouw van nieuwe forten werd toen stilgelegd. Wel werd de hoofdverdedigingslinie van de Stelling in 1915 naar het oosten verlegd. Via Fort Uitermeer liep de nieuwe hoofdverdedigingslinie over de Keverdijk via Hakkelaarsbrug naar het onvoltooide Fort Coehoorn.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog bleek dat kringstellingen niet zo goed werkten als gedacht. De stellingen van Antwerpen en Luik waren tijdens de oorlog zonder veel moeite veroverd door de Duitsers en maakte geen gebruik van het onderwater zetten van land. Na het einde van de oorlog in 1918 besloot het ministerie van Defensie om de onvoltooide forten binnen de Stelling van Amsterdam niet meer af te maken. Langs de hoofdverdedigingslinie zouden veldstellingen komen waarvan er maar een aantal zijn gebouwd: verdedigingsposities buiten de forten met betonnen bunkers als schuilplaatsen. Het Fort Coehoorn zou oorspronkelijk een nieuwe bestemming krijgen. Op de bestaande aarden verdedigingswerken zouden een aantal schuilplaatsen en kazematten komen. Deze moesten onderling verbonden worden met loopgraven . Ook dit plan werd uiteindelijk niet uitgevoerd.
Stelling opgeheven
Na 1918 was de Stelling van Amsterdam ingehaald door moderne oorlogsvoering. Door de snelle ontwikkeling van kanonnen en vliegtuigen, die makkelijk over onder water gezette gebieden heen konden, was de een waterlinie minder meer beschermend. In 1921 besloot het leger om de Stelling van Amsterdam op te heffen als zelfstandige verdedigingslinie . De Stelling ging in 1922 op in de Vesting Holland , een groter verdedigingsgebied in het westen van Nederland dat onder één commando stond. Het deel boven het Noordzeekanaal werd het noordfront, het deel van Muiden tot Hinderdam ging tot het nieuwe oostfront behoren. In 1940 bleek ook de Vesting Holland niet sterk genoeg voor het Duitse leger. Ondanks dat grote stukken land onder water werden gezet en forten in staat van verdediging werden gebracht, moest Nederland zich na enkele dagen overgeven.
Opschuiven van de linie
Vanwege de politieke spanningen werd tussen 1936-1939 een grote loods en een aantal barakken op het fortterrein geplaatst. In de jaren 1950 en 1960 werden in deze barakken Molukse vluchtelingen opgevangen. In de jaren 1970 is er op de plaats van het fortterrein een nieuwbouwwijk aangelegd. Waar nu de Paulus Potterlaan loopt, was ooit de fortgracht van Fort Coehoorn uitgegraven. Alleen de oude fortwachterswoning aan de huidige Eikenlaan, die de naam ‘De Coehoorn’ heeft gekregen, verwijst nog naar het fort dat hier zou komen.
Tekst: Jephta Dullaart (2012). In 2024 herzien door de redactie van Oneindig Noord-Holland.
Meer informatie
Meer informatie over het Fort Coehoorn is te vinden op de volgende websites:
Publicatiedatum: 15/05/2024
Vul deze informatie aan of geef een reactie.