1 min

De maire (burgemeester) van Hoorn had een verzoekschrift geschreven waarin hij pleitte voor vernieuwing en rehabilitatie van de Hoornse haven. Een aantal jaren daarvoor was de marine uit Hoorn verplaatst naar Medemblik en Den Helder. Nu werd er een beroep gedaan op de keizer om zijn medewerking te verlenen aan de verbetering van de Hoornse haven. Of dit in keurig Frans gestelde stuk Napoleon ooit bereikt heeft is zeer de vraag. Tijdens het bezoek van de keizer bleek voor de overhandiging geen geschikt ogenblik aanwezig… Hij nam niet eens de moeite om ook maar een blik op de Hoornse haven te werpen.

Gezicht op de Hoofdtoren en de Admiraliteitsmagazijnen te Hoorn in 1802, door Pieter Aartsz. Blauw (1744-1808). Bron: Westfries Museum.

Nieuwe pogingen

Het document is ten slotte enige weken later aan de prefect overhandigd. Maar ook toen is er niets mee gedaan.

Ondanks de desinteresse van de keizer bleven de maire en zijn ambtenaren pleiten voor verbetering van de haven. Een jaar na het bezoek van de keizer publiceerde Hoorn opnieuw een voorstel, nu begeleid door een tekening waarop de verbeteringswerkzaamheden te zien zijn (zie foto).

De Hoornse Haven zoals die er na de verbeteringen zou moeten uitzien. Gemaakt een jaar na het bezoek van Napoleon (1812) door cartograaf D. Mentz. Bron: Noord-Hollands Archief.

Auteur: Emmie Snijders

Bron: Westfries Archief, toegangsnr. 0441 – Gemeentearchief en boekerij van de gemeente Hoorn, 1948-1974, inv. nr. 416. Krantenartikel betreffende het bezoek van Napoleon in Hoorn in 1811 (1961).

Publicatiedatum: 09/10/2011