Veldgraf van Engelse soldaat uit 1799
Op een koude dag in maart vorig jaar werd het eenzame veldgraf van een Engelse soldaat uit 1799 gevonden. Het daarop volgende onderzoek leverde fascinerende informatie, maar ook veel vragen op. Zou deze man ooit definitief worden geïdentificeerd? Van wie waren de wapens waar hij mee was begraven? En waar was de rest van de slachtoffers? Het afgelopen jaar is het één en ander duidelijk geworden.
Musketkogels
Het begon met een uitgebreide survey en begeleiding van het afvlakken en afplaggen van het terrein rondom uitkijktoren Botgat. Hierbij werd een grote hoeveelheid musketkogels gevonden. Als we bedenken dat er in de loop van de tijd maar een klein deel van deze kogels is blijven liggen en dat we dáárvan maar een deel hebben gevonden, wordt weer duidelijk hoe hevig de strijd in 1799 moet zijn geweest. Elke kogel staat voor een keer het geweer laden, één keer een knal, één keer een wolk kruitdamp… En bedenk ook: afgezien van de kogels die in de paniek werden verloren, staat elke kogel die we vonden voor een poging van een man om een andere man om te brengen.
Schedel
Een paar maanden later kregen wij een telefoontje dat er – u gelooft het niet – één meter naast waar wij hadden gezocht een menselijke schedel was opgedoken. Vrij letterlijk opgedoken – hij was vermoedelijk door konijnen blootgegraven. De vrijwilligers van Landschap Noord-Holland dachten in eerste instantie dat het een grote zwam was en daar leek het ook precies op!
In tegenstelling tot het graf van de Engelse soldaat troffen wij geen resten van wapens of uniform bij de schedel aan en het is dus niet te bewijzen of het een Brit, een Fransman of een Bataaf was – en of hij überhaupt uit 1799 stamt – maar die kans is natuurlijk levensgroot aanwezig.
Bij de schedel lagen ook een half bovenbeen en een half onderbeen, met het stuk bij de knie er tussenuit. Hoewel een compleet skelet natuurlijk nauwkeuriger resultaten oplevert, lijkt de schedel afkomstig van een man en een vrij jonge man bovendien. Dat is te zien aan de schedelnaden. Als we geboren worden zijn alle aparte onderdelen van onze schedel nog niet aan elkaar gegroeid. Dat gebeurt later, en het proces van het dichtgroeien van je schedelnaden gaat in principe je hele leven door. De naden van deze schedel zijn vrijwel open: een jong iemand dus.
De schedel is flink beschadigd. Ik ben er mee naar verschillende antropologen geweest – onder wie die van het Nederlands Forensisch Instituut –, maar niemand kon mij met zekerheid zeggen of de beschadigingen waren toegebracht rond het tijdstip van overlijden of erna. Normaal zou je dat kunnen zien aan de manier waarop het bot is gebroken (oud bot breekt op een andere manier dan vers bot) of aan het feit dat het bot is ‘doorbloed’ – een dood iemand heeft geen hartslag meer en als je zijn bot beschadigt, reageert het daar dus ook niet meer op. Maar deze methoden werken vooral bij bot dat in een goede staat verkeert.
Kijkend naar die schedel kan ik me heel goed voorstellen hoe hij aan die beschadigingen is gekomen: een sabelhouw in het gezicht misschien, of een coupe de grace met een scherp voorwerp terwijl de soldaat al op de grond lag. Ook noordelijk van het schietterrein Botgat werden botten gevonden – en die vormen een mooie illustratie van wat er na 213 jaar in het veranderlijke duin van een mens kan overblijven: een scheenbeen, een knieschijf, een stukje schouderblad en mogelijk een stukje kuitbeen. Een schamel hoopje bot wat vroeger een mens was die is gesneuveld toen hij onze kust verdedigde – of aanviel. Dat is bij deze botten al helemaal onmogelijk te zeggen.
Royal Scots en Coldstream Guards
Dit soort vondsten maakt ook weer duidelijk hoeveel geluk we hebben gehad met de vondst van het graf van de Engelse soldaat in maart 2011. Helemaal toen in de zomer een plaatje met cijfers opdook dat op de plek van het graf gevonden was. Op elk musketgeweer zat zo’n plaatje – een zogenaamde thumb plate – en dat was het enige onderdeel dat we niet in het graf hadden gevonden, van geen van de daar aanwezige musketten. Op de achterkant van het plaatje stonden assemblagemerken. Elk apart onderdeel van een musket kreeg zo’n merk, zodat het, als hij uit elkaar lag, duidelijk was welk onderdeel bij welk musket hoorde. Het merk op de thumb plate kwam overeen met één van de musketten uit het graf. Op de voorkant stond een 1 met een horizontale streep en daaronder een 20.
Natuurlijk hoopten wij dat dit plaatje de laatste aanwijzing voor de identiteit van de soldaat zou zijn. Ik heb de Royal Armouries in Leeds om advies gevraagd. Zij hebben het volgende ontdekt: de 1 staat voor het regiment, de 20 voor het wapennummer binnen het regiment. Dat zou betekenen dat het musket afkomstig is van het eerste regiment, de Royal Scots, en dus niet van de Engelse soldaat zelf! Dit ondersteunt de theorie dat de soldaat op een brancard van kapotte musketgeweren naar zijn graf is gedragen en dat de geweren daar zijn achtergelaten.
Frappant in dit geval is dat juist de Royal Scots een regiment is waarmee de Coldstream Guards, waartoe de Engelse soldaat behoorde, een eeuwenlange rivaliteit hebben. De Coldstream Guards zijn immers het op één na oudste regiment en daarom regiment nummer 2, iets waar ze het zelf natuurlijk niet mee eens zijn. Vandaar hun motto: ‘Second to none’. En wie waren nu juist het oudste regiment en dus nummer 1? Inderdaad, de Royal Scots. Onze Coldstream Guard is dus begraven met een musket van een Royal Scot in zijn graf.
Hoe dat zo is gekomen? Misschien zijn de twee mannen wel zij aan zij gesneuveld en is onze Coldstream Guard weggedragen met het gebroken geweer van de Royal Scot, die deze laatste nog in zijn hand klemde, terwijl de Royal Scot samen met zijn gevallen regimentsgenoten is begraven… We weten het niet. Op basis van het nummer 20, het wapennummer, was de identiteit van de Royal Scot niet te achterhalen.
Dit was een overzicht van wat er dankzij Landschap Noord-Holland binnen een jaar is gevonden in het kleine stukje kust en duin bij Groote Keeten. We kunnen hieruit concluderen dat oorlog wel een ontzettende rommel geeft, maar de zooi van de ene generatie is de schat van de volgende. Zelfs achter de poverste bodemvondsten kan een prachtig verhaal schuilgaan.
Musketplaatje of thumb plate.
Op de voorkant een 1 met een horizontale streep en daaronder een 20. De 1 staat voor het regiment (Royal Scots), de 20 voor het wapennummer binnen het regiment.
De tentoonstelling Expeditie Noordkop was tot 10 december 2012 te zien in De Helderse Vallei.
De Helderse Vallei
Jan Verfailleweg 9-11
Den Helder
Publicatiedatum: 27/09/2012
Vul deze informatie aan of geef een reactie.