De ontwerpen van de Zochers, Jan David (1762-1817), zoon Jan David junior (1791-1870) en kleinzoon Louis Paul (1820-1915) zijn op allerlei plekken in Noord-Holland en elders in Nederland terug te vinden. Maar nergens zijn hun sporen zo tastbaar aanwezig als in en rond hun woonplaats Haarlem.
Multitalenten
De drie Zochers domineerden een kleine eeuw lang de Nederlandse park- en landschapsarchitectuur. Hun uitvalsbasis was de bomen- en vaste plantenkwekerij Rozenhagen, kort na 1800 gesticht door Jan David senior aan het tegenwoordige Frans Halsplein in de Spaarnestad. Hun klantenkring bestond uit gemeentebesturen, kooplieden, bankiers en ondernemers, tot en met adellijke families en leden van het Koninklijk Huis. Al in 1807 werd Jan David senior door koning Lodewijk Napoleon Bonaparte als architect aangesteld bij de herinrichting van de tuinen van het Haagse Paleis Huis ten Bosch. Een serie andere grote en kleine tuin- en parkontwerpen volgde. Maar als multitalenten draaiden de Zochers ook hun hand niet om voor het ontwerp van een villa of openbaar gebouw en parkornamenten als een châlet of rustieke koestal.
Van stadswal tot wandelpark
Het handelsmerk van de Zochers werd hun wijze van ontwerpen in de Engelse landsschapsstijl, een ‘natuurlijke’ tuin- en parkinrichting die eind achttiende eeuw in de mode kwam in plaats van de formele Franse tuinarchitectuur van geometrische vormen en strak geschoren hagen. Met hun werk brachten de Zochers voor het eerst de ‘wilde’ natuur de stad in. Vanaf de jaren 1820 werden overal rond de steden stadsmuren en poorten gesloopt. In Haarlem herschiepen de Zochers delen van de voordien onbeplante stadswallen en bolwerken in een romantisch parklint, met als hoogtepunten het Staten- en Prinsenbolwerk en het Kenaupark. In een latere fase ontwierpen ze ook villa’s rond het park. Eenzelfde metamorfose ondergingen de stadswallen van Alkmaar, Utrecht en Arnhem.
Einde van een tijdperk
Door een samenloop van omstandigheden kwam er na drie generaties een eind aan de Zocher-dynastie. De derde Zocher, Louis Paul, verloor in korte tijd zijn vrouw en hun enige zoontje. Ook de jongste van zijn twee dochters die hem vaak naar zijn projecten vergezelde, overleed al vroeg. Zijn tweede huwelijk bleef kinderloos. Omdat hij nauwelijks leerlingen opleidde, kwam er toen Louis Paul in 1915 op 95-jarige leeftijd overleed een definitief einde aan een tijdperk.
Nieuwe generatie landschapsarchitecten
Al in 1900 had Louis Paul zijn adviseurschap bij de gemeente Haarlem moeten afstaan aan zijn vijfendertig jaar jongere stadgenoot Leonard Anthony Springer, vertegenwoordiger van een nieuwe generatie landschapsarchitecten. Springer werd vaak gevraagd om de werken van de Zochers te onderhouden of te moderniseren en maakte onder meer naam met het ontwerp voor villapark Duin en Daal in Bloemendaal (1900). De villawijk verrees op de plaats van het vroegere landgoed met dezelfde naam, waarvan de tuinen nog waren ingericht door Jan David Zocher jr.
Springer
Zoon Louis Paul had geen goed woord over voor Springers ingrepen. Als hoogbejaarde maakte hij, bijna blind en geleid door zijn hond, nog regelmatig een wandelingetje naar de Haarlemmerhout. Daar ergerde hij zich mateloos aan de ingrijpende reorganisaties die de ‘vandaal en woudschenner’ Springer er vanaf 1902 liet uitvoeren. In de Hout en in tal van andere Noord-Hollandse parken en tuinen is desondanks nog altijd de hand van de Zochers te herkennen.
Bronnen
- Constance D.H. Moes, Architectuur als sieraad van de natuur. De architectuurtekeningen uit het archief van J.D. Zocher jr. (1791-1870) en L.P. Zocher (1820-1915) (Rotterdam 1991).
- Jan David Zocher jr.: Nederlands Architectuur Instituut, http://zoeken.nai.nl/CIS/persoon/3936
- Louis Paul Zocher: Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis, http://www.inghist.nl/Onderzoek/Projecten/BWN/lemmata/bwn5/zocher
Publicatiedatum: 01/05/2011
Vul deze informatie aan of geef een reactie.