Je wandelt er langs zonder je te realiseren dat hier het oudste huis van Bergen staat. De kerkruïne in het hart van het dorp maakt meer indruk dan de bescheiden oude boerderij er vlakbij. Wie iets van de geschiedenis van Bergen – het lommerrijke dorp aan de rand van de duinen – wil weten moet in deze oude boerderij zijn.
Zoals zo vaak, hangt de geschiedenis in Bergen van toevalligheden aan elkaar. Begin vorige eeuw lieten de bestuurders van Bergen een fraai raadhuis bouwen. De bouwvallige, onbewoonbaar verklaarde, boerderij aan de kerkbrink tegenover het nieuwe raadhuis wachtte de slopershamer. Hoewel, de trapgevel en het jaartal 1655 deden vermoeden dat deze bouwval niet zomaar een boerderijtje was geweest. De gemeentebestuurders van Bergen kwamen echter tot de conclusie dat er geen geld was voor herstel van de boerderij. Het besluit viel: slopen. Dat was in 1912. Maar zie, Jacob Sterken kwam in actie. Hij liet weten de bouwval te willen kopen en te laten restaureren. Zijn beide dochters, Ella en Hendrika, steunden het plan en al in 1913 begon men met het opknappen van de boerderij uit 1655. Het achterhuis is bij de restauratie echter gehalveerd.
Kunstenaars
Rond de vorige eeuwwisseling gebeurde er van alles in het van oorsprong boerendorpje. Kunstenaars streken er neer, forensen kwamen er wonen. Voor de zomerse zonzoekers werd Bergen aan Zee gesticht (1906), een badplaats. De toenemende drukte maakten betere verbinding nodig tussen Bergen en Alkmaar. Dit waren de jaren dat Jacob van Reenen hier burgemeester (van 1885-1923) was. Thuis bij zijn ouders had hij als jongen een (negentienjarige) Duitse gouvernante leren kennen, Marie Amalie Dorothea Völter. Zodra hun innige relatie bekend raakte, vertrok Marie naar het verre Finland. Jacob besloot haar achterna te reizen. En alsof het een sprookjesverhaal is: zij trouwden.
Huize Kranenburgh
Vader Jan Jacob van Reenen (jarenlang wethouder in Bergen) schonk het jonge paar een ruim bemeten villa in het dorp: Huize Kranenburgh. De vroegere gouvernante bleek een creatieve en doortastende burgemeestersvrouw. ‘Zij bedacht,’ aldus haar man Jacob van Reenen, ‘en ik voerde uit’. Marie en Jacob hebben Bergen een ruime bekendheid bezorgd. En aan Marie is het te danken dat Bergen een oudheidkamer kreeg. Zij wist een mooie verzameling bijeen te brengen dat het verhaal vertelt van de geschiedenis van het dorp. De oudheidkamer die
begon op de zolder van het toenmalige raadhuis, heeft nu een voortzetting gekregen in de gerestaureerde boerderij anno 1655. Want de familie Sterken die deze boerderij wist te redden, schonk het historische gebouw in 1918
aan de gemeente op voorwaarde dat het pand altijd de bestemming houdt om kunsten en wetenschappen te bevorderen. Zo komt het dat het Bergens Museum in ‘Het Sterkenhuis’ is gevestigd, want om de mecenas te eren
is het museum naar hem genoemd.
Stijlkamer
Ongeveer dertig vrijwillig(st)ers houden het museum in Bergen levend. Zij tonen je een stijlkamer en boerenkeuken anno 1900. Je ziet er fraai zilver- en glaswerk. In de loop van de jaren is een uitgebreide textielverzameling bijeen gebracht van mode uit de streek. Van Victoriaanse korsetten tot barokke jurken. Je kijkt met verbazing naar een machine die diende om plooien te maken voor de kappen. Verderop zie je likstenen waarmee over de was werd gestreken, zodat je er vervolgens gelikt uit kon zien. Er ligt een roephoorn van de bakker, maar ook een kruithoorn. In een hoekje tref je een collectie rouwsieraden aan. Enfin, dit is een museum waar je in de tijd terug gaat. Naar het boerendorpje aan de rand van
duinen.
Invasie
Maar in datzelfde dorp is zwaar gevochten. Ook daarover vind je van alles terug in dit museum. Dat was in 1799, de tijd dat de Fransen het in ons land voor het zeggen hadden. Een vloot van wel 146 schepen was in de zomer van dat jaar uit Britse havens vertrokken, met zo’n vijftienduizend man aan boord, om Holland binnen te vallen. In de hoop de Fransen te verdrijven. De manschappen van deze coalitie van Engeland en Rusland landden iets verderop bij Callantsoog. De Frans/Bataafse troepen (23 duizend man) waren tegen deze Engels/Russische overmacht (35
duizend man) niet opgewassen en trokken zich terug richting Alkmaar. Om een lang verhaal kort te maken: uitgerekend in en rond Bergen is in september/oktober 1799 zwaar gevochten. De Russen wisten Bergen te veroveren, maar een dag later is het dorp weer door de Frans/Bataafse troepen ontzet. Er zitten nog kogelgaten in de Ruïnekerk. Die kerk is eeuwen eerder, in 1574, tijdens de Tachtigjarige Oorlog door de geuzen verwoest. En kort daarop gedeeltelijk weer opgebouwd.
Russenmonument
Tijdens de strijd van 1799 zijn in Bergen maar liefst twaalfduizend mannen gesneuveld. Onder wie veel Russische soldaten die met de Engelsen optrokken tegen de Fransen. In Bergen staat een monument op de plek waar vijfhonderd Russen liggen begraven. Deze grond is later door de familie Van Reenen aan het Russische keizerrijk geschonken. En nog steeds is het in handen van de Russische staat. Museum Het Sterkenhuis is betrokken bij een tijdelijke expositie die het Huis van Hilde wijdt aan de invasie van 1799. Overigens is de strijd destijds medio oktober met een wapenstilstand beëindigd. De Brits-Russische troepen kregen vanuit Den Helder een vrije aftocht. En de Frans-Bataafse krijgsgevangenen werden vrij gelaten. De Bataafse vloot kwam in Britse handen.
Exposities
In de wintermaanden is het museum gesloten, de medewerkers zijn dan druk doende een nieuwe wisselexpositie voor te bereiden. Maar ook in de vaste collectie worden steeds andere accenten gelegd. Een saai boerendorpje is Bergen zeker niet meer. Mede dankzij de kunstenaars die hier neerstreken, kreeg Bergen een levendige allure. Met in het hart van het dorp de ruïne van de kerk en ernaast het fraaie, bescheiden ogende Sterkenhuis.
Kijk voor meer informatie over openingstijden en toegangsprijzen op de website van Museum het Sterkenhuis.
Tekst: Jan Maarten Pekelharing, met dank aan Nel Jongejans (Museum Het Sterkenhuis)
Publicatiedatum: 22/09/2018
Vul deze informatie aan of geef een reactie.