3 min

“Je geeft écht wat terug aan de Amsterdammers”, zegt Michiel von Bönninghausen, projectmanager bij het Rijksvastgoedbedrijf. Het terrein ligt ten oosten van het centrum en is al sinds de zeventiende eeuw in gebruik bij de marine, toen nog de Admiraliteit van Amsterdam.

In 2013 werd bekend dat de marine het complex stap voor stap zou verlaten. Sindsdien is het geleidelijk veranderd van een gebied met een gesloten karakter in een terrein met een grotendeels open karakter. Innovatieve start-ups, scale-ups en grotere bedrijven, maar ook onderwijs- en kennisinstellingen als de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten hebben er een plek. Voorzien zijn o.a. een stadspark en pleinen.

Innovatiedistrict

De projectnota van de lokale overheid over het marineterrein markeert volgens Von Bönninghausen een nieuwe fase. Het RVB verkoopt het openbare gedeelte. Een flink deel van het terrein wordt herontwikkeld, bij elkaar circa 185.000 vierkante meter bruto vloeroppervlak.

Overigens verdwijnt Defensie niet helemaal. Er komt een nieuwe compactere kazerne. Centraal in voornoemd rapport staat het voornemen om van het Defensieterrein een ‘innovatiedistrict’ te maken waar Amsterdammers kunnen wonen, werken en leren. Von Bönninghausen hoopt op ‘kruisbestuivingen binnen een community van studenten, wetenschappers, ondernemers, kunstenaars en bewoners’.

Innovatie gaat niet helemaal vanzelf, een curator moet het werken aan vernieuwingen in goede banen leiden. Von Bönninghausen: “De curator richt zich straks op het doorontwikkelen van de huidige community en het aanjagen van nieuwe initiatieven. Hij of zij houdt de voortgang in de gaten van de doelen die zijn verbonden aan het innovatiedistrict”. Op het ogenblik loopt een aanbesteding voor een curator samen met een beheerorganisatie.

Michiel von Bönninghausen van het Rijksvastgoedbedrijf hoopt op ‘kruisbestuivingen binnen een community van studenten, wetenschappers, ondernemers, kunstenaars en bewoners’. Foto: Paul Tolenaar.

Werken en wonen

De gemeente Amsterdam en het RVB hopen dat op het marineterrein oplossingen worden bedacht voor grootstedelijke vraagstukken als leefbaarheid, duurzaamheid en sociale ongelijkheid.

In het innovatiedistrict is ruimte om nieuwe ideeën te testen en toe te passen. Neem Codam, een vernieuwende onderwijsinstelling waar programmeurs worden opgeleid. Codam stoomt iedereen van 18 jaar en ouder – ongeacht vooropleiding – klaar tot software engineer. Afgestudeerden kunnen vervolgens in het innovatiedistrict aan de slag bij start-ups. Op die manier vormt de onderwijsinstelling een schakel tussen leren en werken.

In totaal verrijzen ter plaatse ongeveer 800 woningen: van sociale huur en middenhuur tot duurdere huizen. “Met de bouw van nieuwe en betaalbare woningen wordt aangesloten op de rijksdoelen”, zegt Von Bönninghausen. “Het wordt een groene, nagenoeg autovrije en waterrijke omgeving. Het terrein levert een bijdrage aan ecologische diversiteit en natuurinclusiviteit”.

Monumentale waarde

De monumentale en historische waarde van het Marineterrein Amsterdam krijgt veel aandacht in de bouwplannen. Op basis van cultuurhistorisch onderzoek is vastgesteld welke gebouwen monumentaal zijn of behouden moeten blijven.

De ontwikkelplannen zijn hierop gebaseerd. Zo is de commandantwoning niet monumentaal, maar blijft vanwege haar historische betekenis overeind. Op die manier kan volgens het RVB een innovatiedistrict worden ontwikkeld zonder dat dit ten koste gaat van het historische karakter van het gebied. “Kom vooral langs om met eigen ogen te ervaren hoe uniek het terrein is en welke voorzieningen er nu al zijn”, aldus Von Bönninghausen.

Meer informatie staat op TenderNed: Marktconsultatie ‘Beheerorganisatie Marineterrein Amsterdam’ (tenderned.nl)

Bron: Monumentaal

Publicatiedatum: 03/02/2024