Zo’n 150 jaar geleden begonnen Franse kunstenaars zich te bevrijden van de plicht om de zichtbare werkelijkheid zo natuurgetrouw mogelijk weer te geven. Ze vertikten het om nog langer kunst te maken die voldeed aan de opgelegde normen van de academies. Ze keerden de officiële Salon de rug toe, groepeerden zich in kunstenaarsverenigingen en richtten eigen tentoonstellingen in, waar ze hun nieuwe kunst voor het voetlicht brachten. Daarin vervormden en verkleurden zij naar hartenlust wat zij waarnamen en lieten hun individuele gevoel en stemming voor zich spreken.
Revolutionair kleurgebruik
De kunstverzameling die Singer Laren laat zien, wordt gekenmerkt door een groot gevoel en uitstekend oog voor dit destijds revolutionaire kleurgebruik. In hun keuze hebben de verzamelaars zich gericht op Nederlandse en Belgische kunstenaars van rond 1900, die de Franse vernieuwingen op de voet volgden en deze op eigen wijze inkleurden. Met hun grote kwaliteit passen deze kunstwerken naadloos in Singer Laren dat zich meer en meer manifesteert als museum van het modernisme.
De tentoonstelling en de bijbehorende publicatie zijn samengesteld door Roby Boes, conservator van Singer Laren.
Bezield landschap
De impressionisten richtten zich vooral op het weergeven van het licht op specifieke momenten van de dag, waarna de volgende generatie zich vooral onderscheidde door haar vrije en expressieve kleurgebruik. Deze modernisten gingen de kleuren van het zonlicht ̶ rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en violet ̶ toepassen in een puurheid zoals wij die in de natuur slechts zelden kunnen ervaren. Zo behoort Zonsopgang van Jan Sluijters tot een van de absolute hoogtepunten van de zogenoemde Amsterdamse luministen. In het ochtendgloren heeft Sluijters zijn sensatie van het landschap uitgedrukt in een fel kleurenpalet van losse toetsen die als confetti zijn rondgestrooid.
Kleuren als vertolkers van expressie en emotie
Leo Gestel bewoog zich op dat moment in het net ontluikende Amsterdamse uitgaansleven, waar hij vermoedelijk de danseres Lili Green op doek vereeuwigde in Danse orientale. Met de uitgesproken kleuren geel, groen, paars en blauw weet hij de geheimzinnige sfeer van de oosterse dans op te roepen.
Stralend bewijs
Tegelijkertijd was er ook in België sprake van een vorm van luminisme. De in Nederland geboren autodidact Willem Paerels bracht het grootste deel van zijn leven door in België en wordt gerekend tot de Brusselse coloristen. Interieur is een prachtig voorbeeld van zijn fauvistisch aandoende oeuvre.
Primaire kleuren
Iets totaal anders is Twee meisjes van Chris Beekman, dat is opgebouwd uit platte geometrische vlakken in de primaire kleuren blauw, geel en rood. Het zijn kenmerken van De Stijl-beweging, die net was opgericht toen Beekman deze voorstelling in 1918 maakte. Hij schilderde het hoogstwaarschijnlijk in Eemnes, niet ver verwijderd van Laren waar de nu wereldberoemde beweging van Piet Mondriaan en Beekmans vriend Bart van der Leck was ontstaan. Voor dit doek moet hij geboeid zijn geweest door een orgeldraaister die met een buikorgel om haar nek haar geld op straat verdiende.
Alle getoonde kunstwerken zijn uitingen van gevoel en tekenen van vrijheid. De tentoonstelling Liefde voor kleur is van 16 mei t/m 3 september 2023 te zien.
Bron: Singer Laren
Publicatiedatum: 16/05/2023
Vul deze informatie aan of geef een reactie.