1 min

Fort Diemerdam met rechts misschien de herberg (1787). Collectie Stadsarchief Amsterdam.

Hoge heren in de herberg

Herberg Diemerdam telde een voorhuis en twee zijkamers met een groot aantal tafels en stoelen. In de kelder stond de voorraad bier en wijn en enige mandjes met pijpen. Verder was er een binnenkeuken, een tuintje en een speelhuisje. In de zestiende eeuw nuttigde het Hoogheemraadschap van de Diemerzeedijk regelmatig een maaltijd of een biertje in herberg Diemerdam. Het dijkbestuur, maar ook het polderbestuur en de molenmeesters vergaderden in deze herberg en kregen daarbij uitgebreid te eten en te drinken.

Reizende muzijkanten in eene herberg, Jean B. Madou (1796 – 1877). Collectie Amsterdam Museum.

Terugloop klandizie

Het ging herberg Diemerdam echter niet altijd voor de wind. Vanwege de vernielingen ten gevolge van hevige gevechten tussen geuzen en Spaanse troepen om het bezit van de dijk, liep de klandizie vanaf 1572 sterk terug. Het feit dat de hoogheemraden in 1612 het westelijker gelegen huis De Jaeger als vaste vergaderplek aankochten zal ook niet bevorderlijk zijn geweest voor de omzet van de herberg.

Rust voor de herberg, door Jan Steen (1626-1679). Collectie Amsterdam Museum.

Vergane glorie

Toch heeft herberg Diemerdam tot in de achttiende eeuw bestaan. Het was in die tijd tevens een boerderij met ruim 30 stuks vee. Vijf paarden en een wagen onderstreepten de relatieve welstand van de herbergier. Maar Diemerdam was beduidend eenvoudiger dan andere taveernes en was bovendien uit de loop geraakt. De inrichting en boedel van 1732 lieten zien dat heel wat mensen ooit op deze plek neerstreken. Maar herberg Diemerdam was toen al vergane glorie.

Een gesprek in een herberg. Collectie Amsterdam Museum

Door: Aby Grupstra

Publicatiedatum: 03/05/2012