Russische attractie
In 1697 was de leergierige Russische vorst op bezoek in Nederland, vooral in Amsterdam, om ideeën op te doen om Rusland in de vaart der volkeren op te stoten. De tsaar ontmoette hoogwaardigheidsbekleders, geleerden en kunstenaars, maar stak af en toe ook zelf de handen uit de mouwen. Zo was hij vijf dagen in Zaandam in de leer als scheepstimmerman. Hij logeerde in het eenvoudige huisje van zijn werkbaas. Hoe de meer dan twee meter lange Peter in de piepkleine bedstede heeft kunnen slapen, vertelt de geschiedenis niet.
Het korte vorstelijke verblijf is voor het voortbestaan van het huisje van cruciaal belang geweest. Omstreeks 1800 was het al uitgegroeid tot een bedevaartsplaats voor hoogwaardigheidsbekleders, volgestouwd met curiositeiten die aan de tsaar herinnerden. Napoleon was één van de eersten. De aantrekkingskracht nam in de negentiende eeuw nog verder toe nadat het Huis van Oranje door huwelijk met het Russische tsarenhuis was verbonden: Anna Paulowna, de zuster van tsaar Alexander I, was de echtgenote van onze koning Willem II.
Pas in de twintigste eeuw zouden de dagjesmensen volgen. Om de Russische toeristische attractie voor verder verval te behoeden zetten vader en zoon Salm in 1895 hun gebouw eromheen. Zij lieten zich inspireren door de bouwkunst van de Russisch-orthodoxe kerken. De stenen tsarenkronen op gevel en hekpijlers benadrukken het vorstelijke verleden van deze bijzondere plek. Een stukje Rusland in Zaandam: het kleine huisje van de grote man, ingepakt als een baboesjka-poppetje.
Graaf Orlov en Napoleon
Pas in 1780 ontstond er belangstelling voor het huisje. Dat was te danken aan het gezamenlijk bezoek van graaf Orlov, commandant van de Russische vloot, en de Nederlandse admiraal Van Kinsbergen. Dat hoge bezoek viel op in Zaandam. Nog opmerkelijker was het keizerlijke bezoek, een jaar later, van Jozef II van Oostenrijk. Weer een jaar later, in 1781, stapten de Russische troonopvolger Paul, de latere tsaar Paul I, en zijn echtgenote Maria Fjodorovna over de drempel van het bouwvallige huisje. Vooral dat laatste bezoek zette het Czaar Peterhuisje op de internationale kaart. Het zette een trend in gang voor hoogwaardigheidsbekleders om een reis naar Amsterdam te combineren met een tochtje naar Zaandam.
Rond 1800 groeide het huisje uit tot een bijzondere attractie waar jaarlijks zo’n duizend mensen op afkwamen. Onder hen keizer Napoleon Bonaparte die op 11 oktober 1811 met echtgenote Marie Louise een bliksembezoek bracht aan het huisje. Alles bij elkaar is Napoleon die dag een half uurtje in Zaandam geweest: genoeg om naar de molens en werven langs de Achterzaan te kijken, bloemen in ontvangst te nemen, naar een gedicht van de Zaanse Aaltje te luisteren en om met snelle pas naar het Czaar Peterhuisje te lopen. Het huisje moet Napoleon teleurgesteld hebben. Zo’n bouwvallige, armoedige hut paste niet bij zijn beeld van de grote Russische keizer. Hij moet er smadelijk om gelachen hebben. Marie Louise schijnt bij het zien van het hutje zelfs in een schaterlach uitgebarsten te zijn. Al was het bezoek teleurstellend, de sfeer aan boord van de boot die Napoleon na een half uur terugbracht naar Amsterdam moet geweldig geweest zijn. Een grenadier schreef in zijn dagboek dat “men de keizer in dit land nog nooit in zo’n goed humeur gezien had.”
Koninklijk eigendom
Op 3 juli 1814 was het de beurt aan tsaar Alexander I en tsarina Elizabeth Alexejevna, die samen met koning Willem I en echtgenote Wilhelmina van Pruisen de verkrotte woning aan ’t Krimp met een bezoek vereerden. En daar bleef het niet bij. In september 1818 werd het huisje koninklijk eigendom. Koning Willem I kocht de bouwval voor het absurde bedrag van zesduizend gulden van Jan Bulsing, eigenaar van herberg De Otter. Willem I gaf het direct cadeau aan schoondochter Anna Paulowna ter gelegenheid van de geboorte van haar tweede kind. Anna, de dochter van grootvorst Paul en grootvorstin Maria Fjodorovna, en echtgenote van de latere koning Willem II, had een bijzondere band met het huisje. Zij kwam er regelmatig en liet de eerste overkapping over het huisje plaatsen om het tegen verval te beschermen.
In 1890 werd het sterk vervallen Czaar Peterhuisje door het bekende Amsterdamse architectenbureau Salm gerestaureerd. Bij die gelegenheid is het bouwsel rechtgezet en op een stenen fundering geplaatst. Opdrachtgever tsaar Alexander III was zó tevreden met het eindresultaat dat Salm sr. de onderscheiding ridder derde klasse van de Orde van Sint Anna van Rusland ontving. Uit het Russische contact rolde vijf jaar later een belangrijke vervolgopdracht voort. Dit keer werd vader en zoon Salm gevraagd een stenen overkapping te ontwerpen om het kwetsbare gebouwtje tegen weersinvloeden te beschermen. Een karakteristiek element is het boogvenster dat bijna de hele voorgevel beslaat, waardoor het gebouw als één grote vitrine oogt. De vorstelijke opdracht omvatte ook de bouw van een conciërgewoning en een hekwerk rond het gehele terrein. Het stenen omhulsel heeft in de loop der tijd allerlei bijnamen gekregen, van ‘vorstelijke tramremise’ tot ‘neogotische bedevaartskapel’.
Lijnveerdiensten
Tot ver in de twintigste eeuw was de boot hét vervoermiddel om vanuit Amsterdam een bezoek te brengen aan het Czaar Peterhuisje. Bij mooi weer was een dergelijk tochtje over het IJ en de Zaan een plezierig uitje. Eeuwenlang werden tussen Amsterdam en Zaandam lijnveerdiensten onderhouden, eerst met zeilschepen, later met stoomboten en nog weer later met motorboten. Zo heeft Napoleon via het water de oversteek gemaakt en na hem vele anderen, onder wie leden van de Russische en Nederlandse vorstenhoven. De beroemde handtekeningencollectie van het Czaar Peterhuisje getuigt hier nog steeds van. Toeristen en dagjesmensen bleven niet achter en lieten ook tekenen van hun aanwezigheid in het huisje achter. Zij deden dit echter vooral door hun namen in de houten wanden en de glazen ruitjes te krassen. Het huisje werd een steeds populairdere bestemming. Omstreeks 1900 konden sommige schepen wel 200 passagiers tegelijk vervoeren. Misschien werd aan boord dan wel ‘en we gane met ze alle naar de Zaan’ gezongen.
Vóór de bouw van het Centraal Station waren de ligplaatsen van de boten op Zaandam en Alkmaar te vinden aan de oude IJkant van de stad. Daarna werden ze verplaatst naar de De Ruyterkade achter het station, niet ver van café Czaar Peter. Aan de steigers 10, 11 en 12 lagen de luxueuze salonstoomboten van de rederij Alkmaar Packet aangemeerd, die op weg naar Alkmaar ook Zaandam aandeden. ‘Zaandammerboten’ werden ze door de Amsterdammers genoemd. Misschien wel het mooiste schip dat de lijndienst onderhield was de Prins van Oranje die in 1908 te water werd gelaten. Van de roemruchte vloot van de in 1950 opgeheven Alkmaar Packet is dit het enige schip dat nog vaart. Na bijna tot schroot te zijn verwerkt is het nu gerestaureerd en maakt het – met Amsterdam als thuishaven – opnieuw tochtjes over de Nederlandse binnenwateren.
Jeltsin en Poetin
Vol verbazing stappen duizenden bezoekers jaarlijks over de drempel. Het Czaar Peterhuisje heeft een magische aantrekkingskracht op toeristen uit de gehele wereld. Voor Russen heeft het huisje de allure van een bedevaartsoord. Peter de Grote, Keizer van Rusland, Tsaar aller Russen, is een Zaanse mythe geworden. De kortdurende logeerpartij (slechts acht dagen) in dat bescheiden huisje heeft bijgedragen aan zijn onsterfelijkheid. In 2013 is het houten bouwsel in zijn stenen omhulling uit 1895 uitgebreid gerestaureerd.
Aan gekroonde en ongekroonde hoofden geen gebrek in het huisje. Ook in de twintigste eeuw bracht de tot mythische proporties uitgegroeide verblijfplaats van Czaar Peter tal van prominenten over de vloer, zoals Sovjetleider Michail Gorbatsjov in 1993. De Russische president Boris Jeltsin liet in 1997 tot twee keer toe weten het huisje te willen bezoeken. Zijn komst werd telkens uitgesteld wegens zijn slechte gezondheid. In de voorbereidingen was daar reeds rekening meegehouden. Zo gold als eis dat ziekenhuis De Heel te Zaandam op de dag van het bezoek voorbereid moest zijn op een spoedopname van de president. Bovendien moest er een ambulance paraat staan en personeel beschikbaar zijn. Wie wel kwam in 1997 was de Russische premier Tsjernomyrdin. Hij arriveerde in een grote zwarte limousine op ’t Krimp, gevolgd door nog dertien limo’s, waarmee het straatje gelijk propvol was. Het laatste hoge bezoek dateert uit 2005 met de komst van de Russische president Vladimir Poetin en kroonprins Willem-Alexander.
Wil je het Czaar Peterhuisje zelf eens van binnen bekijken? Kijk voor meer informatie over openingstijden en toegangsprijzen op de website van het museum.
Publicatiedatum: 01/06/2012
Vul deze informatie aan of geef een reactie.