Als je vaker op station Amsterdam Centraal in de sprinter richting Hoorn bent gestapt, ben je wellicht bekend met de stop Santpoort-Noord. Nieuw is het niet, maar sinds vandaag staat het bekend als de eerste echte ‘buitenpoort’ van Nederland. Met verse wegwijsborden, foto’s, en andere hulpmiddelen willen onder andere de provincie Noord-Holland en de NS de Nederlandse reiziger bewust maken van de mogelijkheid om natuurgebieden gemakkelijk te bezoeken met de trein in plaats van met de auto. Dit begint op Amsterdam Centraal.
Amsterdam Centraal
Voor de gelegenheid is de donkere IJ-passage tijdelijk opgevrolijkt met een klein stukje natuur. Haast precies in het midden is een omheining te vinden, waar echte lenteplantjes en opgezette dieren tentoongesteld staan. Door deze ‘Tiny Forest’ wordt de reiziger attent gemaakt op de snelle route naar Zuid-Kennemerland. De trein vertrekt ieder half uur vanaf spoor 1.
Santpoort-Noord
Na precies negenentwintig minuten gereisd te hebben kom je aan op station Santpoort-Noord. Voorheen was het niet geheel duidelijk dat je je daar op steenworp afstand van een natuurgebied bevindt. Dit kwam door onduidelijke en onlogisch geplaatste bewegwijzering. Joost van Maaren, hoofd Conceptontwikkeling NS, legt uit dat dit station door nieuwe OV-fietsen, een opgeknapte tunnel met schilderingen van de lokale blauwe distel, en betere wegwijsborden een toegankelijkere poort is die stedelingen gemakkelijk naar de natuur vervoert. Van Maaren grapt dat het plafond nog gewit moet worden en ook het halletje niet al te fris ruikt – maar het is een pilotproject dat nog volop in ontwikkeling is.
Door onder station Santpoort-Noord heen te lopen beland je bij de eerste wegwijzer die de wandelroutes door Zuid-Kennemerland weergeeft. Net als het station bestaan ook de wandelroutes al langer. Om het gebied aantrekkelijker te maken zijn deze duidelijker gemarkeerd op de kaart, en zijn er extra borden toegevoegd aan de route.
Op de ingangsweg van Nationaal Park Zuid-Kennemerland zijn verschillende pilaren te vinden met foto’s en historische feitjes, die meer vertellen over de geschiedenis van het natuurgebied. Aan het eind van de straat zijn nieuwe versies van de bekende zandstenen pompoenen te vinden, die eerder gestolen werden. De pompoenen markeren het begin van landgoed Kennemergaarde.
Zuid-Kennemerland
De natuur van Zuid-Kennemerland is divers en het land is wijds. Volgens de boswachter is het een ‘hotspot’ voor wateramfibieën als kleine watersalamanders en padden. Op het moment dat je even stil bent en luistert naar wat er om je heen gebeurt, hoor je de geluiden van de stad van heel ver weg komen en overheerst het fijne gefluit van allerlei vogels.
De waardering voor dit natuurgebied is niet nieuw. Zo bouwde de elite hier vroeger buitenplaatsen om in de zomer te kunnen ontsnappen aan de stinkende en vervuilde grote steden. In het geval van dit natuurgebied is de eerste voormalige buitenplaats die je tegenkomt op de route het Landgoed Duin en Kruidberg, dat Jacob Theodoor Creemer in 1895 liet bouwen. Het is gebouwd in een stijl die doet denken aan Engelse country houses – dat deed Creemer zodat zijn vrouw wat minder heimwee zou hebben naar haar thuisland Ierland. Hij liet het bouwen als het grootste woonhuis van Nederland. Tegenwoordig is het een fijne plek om nog even neer te strijken voor een wandeling, met uitzicht over het nationaal park.
Vroeger bood dit station en het natuurgebied eromheen de recreatieve elite een manier om te ontsnappen aan de stad. Tegenwoordig kunnen we gemakkelijk genieten van het buitenleven door gebruik te maken van de nieuwe buitenpoort, bereikbaar met de trein. Mocht je dit doen, dan kun je het pilotproject helpen ontwikkelen door een beoordeling achter te laten in de NS-app. Meer informatie is te vinden op de website www.buitenpoorten.nl.
Tekst: Sjoukje Croux
Publicatiedatum: 05/04/2019
Vul deze informatie aan of geef een reactie.