Oneindig Noord-HollandBeleef de geschiedenis van jouw provincie
NL | EN

Oorlogsmusea eisen snellere openbaarmaking archieven Tweede Wereldoorlog

Veertien Nederlandse oorlogsmusea hebben in een gezamenlijke brief aan minister Eppo Bruins van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) gevraagd om archieven over de Tweede Wereldoorlog zo snel mogelijk openbaar te maken. De musea vrezen namelijk dat de openbaarmaking vanwege privacykwesties onnodig lang op zich kan laten wachten.

Persoonsgegevens in archieven

Als aanleiding voor de brief wordt verwezen naar de gang van zaken rondom het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR). Dit archief, dat informatie bevat over Nederlanders die tijdens en na de oorlog onderzocht zijn op collaboratie, zou oorspronkelijk op 2 januari 2025 volledig online beschikbaar komen. Echter, na een waarschuwing van de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) besloot minister Bruins de beperkte openbaarheid van het archief te verlengen.

Veel andere archieven zijn ook slechts gedeeltelijk toegankelijk of helemaal niet beschikbaar vanwege privacyregels. Dit geldt bijvoorbeeld voor het oorlogsarchief van het Nederlandse Rode Kruis, de cartotheek van de Joodse Raad en de archieven van verschillende Nederlandse kampen, waaronder Westerbork, Amersfoort, Vught en het Oranjehotel in Scheveningen.

De musea benadrukken dat privacy-discussies geen reden mogen zijn om de openbaarmaking van deze archieven uit te stellen.

Inspectie van een groep NSB-ers door Musserts plaatsvervanger Van Geelkerken, 1942. Beeldcollectie van de gemeente Haarlem, Noord-Hollands Archief.

Mogelijke schending van privacy

De AP heeft gewaarschuwd dat in het CABR mogelijk nog levende personen voorkomen, wat tot schending van hun privacy zou kunnen leiden. Ellen van der Waerden, directeur van WO2Net en medeondertekenaar van de brief, noemt deze benadering rigide. Zij erkent dat het recht op privacy een fundamenteel recht is, maar stelt dat dit geen absoluut recht is en dat andere belangen eveneens in overweging moeten worden genomen.

De musea wijzen erop dat de archieven waardevolle informatie bevatten voor kinderen van verzetsmensen en van slachtoffers van vervolging. Deze documenten kunnen bijdragen aan het onthullen van onderbelichte of onbekende gebeurtenissen. Vanwege de gevorderde leeftijd van deze tweede generatie is er volgens de musea haast geboden. De veertien musea stellen zich op als belangenbehartigers van deze groep.

Belang van persoonlijke verhalen

En niet alleen de tweede generatie wordt in ogenschouw genomen, ook de jongeren zijn van belang in dit verhaal. Brede toegankelijkheid van de archieven is cruciaal voor het overbrengen van de geschiedenis op deze doelgroep. De musea stellen dat toegang tot deze persoonlijke verhalen enorm belangrijk is om verbinding te krijgen met dit zeer relevante verleden.

Bron: De Erfgoedstem

Publicatiedatum: 03/03/2025

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie.

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vereiste velden zijn gemarkeerd met *. Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.