In 1927 werd een begin gemaakt met de aanleg van de Wieringermeerpolder, omdat er grote behoefte was aan nieuwe landbouwgrond. Bij het droogmaken werd gebruik gemaakt van het elektrische watergemaal Lely, die in de buurt van Medemblik stond, en het dieselgemaal Leemans, bij Den Oever op Wieringen. Op 10 februari 1930 werden de pompen in gebruik genomen en eind augustus viel het gebied al droog. Vier jaar later werden de eerste stukken land van elk 20 hectare door de overheid uitgegeven aan pionierende boeren. Ook het Joodse Werkdorp Nieuwesluis, een agrarisch opleidingscentrum voor gevluchte joden, kreeg er een plek. Op 1 januari 1941 werd Wieringermeer een zelfstandige gemeente.
Foto: Het watergemaal Lely bij Medemblik. De vlag hangt in top vanwege het droogvallen van de polder. Collectie Zuiderzeemuseum.