Op 22 januari 1924 om kwart over elf ’s ochtends werd het vuur in de eerste Hoogoven voor het eerst ontstoken waarmee het bedrijf officieel in werking werd gesteld. “Zoals een jonge moeder de luiers van haar eersteling bekijkt”, zo bestudeerde Wenckebach naar eigen zeggen de eerste Nederlandse ‘ijzerbroodjes’. De stukken ruwijzer moest men naar zijn ziekbed brengen. De eerste directeur van Hoogovens kon vanwege gezondheidsproblemen namelijk niet bij de opening aanwezig zijn. Zijn vrouw nam de honneurs waar. Ankersmit was in 1916 al naar de VS vertrokken en overleed een maand na de opening. Beide initiatiefnemers hebben geen voordeel uit de Hoogovens kunnen halen.
22 januari 1924
Opening van de Hoogovens
De Eerste Wereldoorlog had aangetoond hoe belangrijk het was om als land zelfvoorzienend te zijn. Dit leidde bij de ingenieurs H.J.E. Wenckebach en J.C. Ankersmit tot het idee van de oprichting van de hoogovens. Beide mannen wisten het bedrijfsleven, de gemeente Amsterdam, de Staat en particuliere ondernemers achter hun plannen te scharen en op 22 januari 1924 werden de Hoogovens geopend.