Huis Kostverloren bezat de allure van een kasteel, al ontbraken er dikke muren. Een slotgracht moet er wel geweest zijn. En een bijzonder mooie tuinpartij. Hier woonde rond 1500 Jan Benningh met z’n vrouw. Benningh was een belangrijk man. In 1495 trad hij op als burgemeester van Amsterdam. Later kreeg hij als raadsheer zitting in het Hof van Holland.
Van Huis Kostverloren staat niets meer overeind. Ruijsdaal tekende de buitenplaats al als ruïne. Rond 1650 zou Kostverloren deels door een brand zijn verwoest. Het buiten is herbouwd, maar daarmee waren de problemen niet voorbij. De drassige bodem zorgde voor verzakkingen.
Archeologisch onderzoek
Kostverloren werd ook wel Ruijschenstein genoemd. Maar welke naam de buitenplaats ook droeg, in 1822 was het definitief bekeken: Kostverloren kwam onder de slopershamer. In de bodem blijkt nog van alles terug te vinden uit de gloriejaren. Archeologisch onderzoek wijst uit dat de eerste hofstede Kostverloren dateerde van rond 1420.
Het wonderlijke gebouw van eeuwen geleden spreekt nog altijd tot verbeelding. Enkele tientallen jaren geleden kocht een aannemer het terrein. Hij schakelde een architect in om Kostverloren te reconstrueren. De nieuwe buitenplaats zou naast de fundamenten van het oude Kostverloren moeten komen. Het is er niet van gekomen. We moeten het doen met de schetsen van schilders als Rembrandt.
Publicatiedatum: 18/03/2012
Vul deze informatie aan of geef een reactie.